2010 JAARDOCUMENT

JAARDOCUMENT
2010
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Jaardocument 2010
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
1
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Jaardocument 2010
Inhoud
Pagina
Verslag van de raad van bestuur
Verslag van de raad van toezicht
4
9
1. Uitgangspunten van de verslaggeving
12
2. Profiel van de organisatie
2.1
Algemene identificatiegegevens
2.2
Structuur van het concern
2.3
Kerngegevens
2.3.1
Kernactiviteiten
2.3.2
Productie
2.4
Belanghebbenden
2.5
Werkgebied
13
13
14
14
16
17
23
3. Corporate Governance
3.1
Bestuur en toezicht
3.1.1
Zorgbrede governance
3.1.2
Raad van bestuur
3.1.3
Raad van toezicht
3.1.4
Stafbestuur
3.1.5
Bestuurscollege
3.2
Bedrijfsvoering
3.2.1
Trimester- en maandgesprekken
3.2.2
Risicomanagement en fraudebeheersing
3.2.3
Samenwerking met PAMM
3.3
Medezeggenschapsorganen
3.3.1
Ondernemingsraad
3.3.2
Cliëntenraad
3.3.3
Verpleegkundige AdviesRaad (VAR)
24
24
24
25
28
29
30
30
31
33
33
33
36
37
4. Beleid, inspanningen en prestaties
4.1
Visie/meerjarenbeleid
4.2
Doelstellingen en verwachting komend jaar
4.3
Missie, visie, waarden en normen
4.4
Algemeen kwaliteitsbeleid
4.4.1
Patiëntveiligheid
4.4.2. Re-actief leren
4.4.3
Pro actief leren
4.4.4
Thema’s/projecten
4.4.4.1 Landelijke thema’s patiëntveiligheid
4.4.4.2 Medicatieveiligheid
4.4.4.3 Cultuur
4.4.4.4 Escalatie team locatie Eindhoven
4.4.4.5 Brandveiligheid
4.4.5
(externe) Toetsing
39
40
42
44
44
45
48
48
48
48
49
50
51
51
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
2
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.4.6
4.4.7
4.4.8
4.4.9
4.5
4.6
4.7
4.8
4.8.1
4.8.2
4.8.3
4.9
4.10
4.11
4.12
4.13
4.14
Beleving door patiënten
Medewerkers veiligheid
Bedrijfsveiligheid
Commissies
Toegankelijkheid
Informatie en Communicatie Technologie (ICT)
Wachttijden en toegangstijden
MMC Academie
Medische Opleidingen
Bedrijfsopleidingen 2011
Wetenschappelijk Onderzoek
Human Resource Management (HRM)
Facilitair beleid (Services)
Samenleving
Marketing en communicatie
Vastgoed en huisvesting (inclusief milieu)
Financieel beleid
Bijlagen
A.
Overzicht leden vereniging medische staf per
31 december 2010
B.
Instemmings- en adviesvragen OR MMC 2010
C.
Wetenschappelijke publicaties naar
zorggroep 2010
D.
Informatiebijeenkomsten patiëntenverenigingen
2010
E.
Resultaten patiënt tevredenheidsmetingen
Jaarrekening 2010
53
59
60
60
63
63
64
65
65
66
67
69
75
76
77
79
80
82
87
91
109
114
117
Colofon
Uitgave:
Jaarverslag commissie:
Máxima Medisch Centrum, mei 2010
Ralph van Disseldorp, marketing, communicatie en
klantrelatie; Eduard van Helvoort, finance, control en
informatiemanagement; Hanneke Kuijten, Kwaliteit en
veiligheid; Liliane Hopstaken, secretaris raad van bestuur/
bestuurscollege
Tekst en eindredactie:
Afdeling marketing, communicatie en klantrelaties
Vormgeving omslag en binnenwerk: Afdeling marketing, communicatie en klantrelaties
Drukwerk omslag:
Huisdrukkerij Máxima Medisch Centrum
Binnenwerk en afwerking:
Huisdrukkerij Máxima Medisch Centrum
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
3
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Verslag van de raad van bestuur
Met genoegen biedt de raad van bestuur van Máxima Medisch Centrum (MMC) u het
Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording 2010 aan. Wij leggen in dit document
verantwoording af over de ontwikkelingen van MMC in het afgelopen jaar. Dit doen wij door
terug te blikken op de ambitie en doelstellingen van MMC als topklinisch ziekenhuis en de
belangrijkste activiteiten en behaalde resultaten in 2010 te benoemen.
Het jaar 2010 kenmerkte zich voor Máxima Medisch Centrum als het jaar van voortbouwen en
gestaag verder gaan op de ingezette koers. Dit leidt tot een fors aantal zichtbare resultaten,
zoals het vrouw-moeder-kind-centrum dat in aanbouw is in Veldhoven (ter grootte van circa een
derde deel van de bestaande locatie). Een belangrijke voorziening voor de topreferente functie
van MMC in de perinatologie en zorg voor vrouw-moeder-kind krijgt hiermee in de loop van
2010/2011 fysiek gestalte. Patiënten van ver buiten de regio kunnen hier terecht voor zorg,
gebaseerd op het in Nederland unieke ‘family centered care’ principe. Het nieuwe gedeelte
wordt in 2011 in gebruik genomen en biedt dan tevens onderdak aan een aantal andere
specialismen, zoals cardiologie (alle functies rondom cardiologie ondergebracht op één
verdieping) en sportgeneeskunde.
In 2010 is de laatste hand gelegd aan de planvorming voor een ingrijpende revitalisering van de
locatie Eindhoven, de plaats voor planbare zorg. Zoals vorig jaar kende deze locatie in 2010
opnieuw de kortste toegangstijden in de regio. We gaan beginnen met een moderniseringsslag,
wat leidt tot een ziekenhuislocatie voor planbare zorg die met verve veilig, vaardig en aardig
genoemd mag worden.
Grote uitdagingen lagen afgelopen jaar in het vinden van antwoorden op financiële uitdagingen,
ondermeer gegeven de kortingen die de overheid oplegt. De voorbereiding van de exacte
uitvoering daarvan strekte zich uit over een groot deel van het jaar, onder andere door de
kabinetswijziging en de zorgdossiers die tijdelijk controversieel waren verklaard, en is eind 2010
nog niet afgerond. Rekening houdend met een aandeel in de landelijke korting is in dit
verslagjaar een ombuigingsprogramma geformuleerd, op basis van een meerjaren financieel
kader. Een randvoorwaarde om onze ambities te verwezenlijken en ‘state of the art’
patiëntenzorg te kunnen bieden is immers een financieel gezonde organisatie. Dit verslagjaar
hebben we afgesloten met € 1,578.000 positief resultaat, conform verwachting.
Naast de reguliere bedrijfsvoering, ondersteund door de beleid- en budgetcyclus, passeerden in
2010 een groot aantal gebeurtenissen en onderwerpen de revue. Een aantal daarvan benoemen
wij hier kort.
Bezoek van HKH Prinses Máxima
Op 13 april 2010 werden wij vereerd met een bezoek van HKH Prinses Máxima. Zij bezocht
onder andere de kinderafdeling. Het bezoek van de prinses heeft grote belangstelling genoten
van publiek, personeel en pers. Het was een uniek moment, waar het ziekenhuis dankbaar en
trots op terugziet.
Beleidsconferenties als opmaat naar strategisch kader 2011- 2014
In 2010 zijn de laatste activiteiten uitgevoerd van het vigerend strategisch kader, dat een looptijd
kent van 2008 tot en met 2010. In twee beleidsconferenties heeft het bestuurscollege met de
hoofden zorggroep en bedrijfsmanagers gediscussieerd over ontwikkelingen in de Nederlandse
gezondheidszorg en de koers van het MMC. Expliciet is aandacht besteed aan profilering op
twee strategische hoofdlijnen, t.w. 1) excellente, brede basiszorg voor de regio en 2) bundeling
van specifieke kennis in een aantal centra, met bovenregionale werkingskracht. De
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
4
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Ondernemingsraad heeft zich eveneens gebogen over externe en interne ontwikkelingen, die
van belang zijn voor het strategische kader van MMC en de implicaties van beleid voor het
personeel.
Ombuigingsprogramma en meerjaren financieel kader
Medio 2010 heeft het bestuurscollege besloten om een ombuigingsprogramma op te stellen, in
samenspraak met de rve’s. De eerder genoemde financiële kortingen van VWS (voor MMC naar
verwachting 4% van de omzet) en een achterblijvende productieontwikkeling in de eerste
maanden waren mede daarvoor aanleiding. Verbeteren van de aansturing van het resultaat ging
hand in hand met verbetering van de aansturing van de organisatie. De communicatie tussen
bestuurscollege en de rve’s is via een directe, eenduidige lijn belegd en meer op inhoud gericht
door het instellen van een nieuwe overlegvorm, namelijk het resultaatverantwoordelijk overleg
dat het Plenair Overleg vervangt. In een rvo neemt een aantal rve’s gezamenlijk de
bedrijfsvoering, kwaliteitsaspecten, efficiency e.d. door, vaak georganiseerd aan de hand van
een thema. Drie hoofddoelstellingen staan centraal: 1. winstgevende marktgroei, 2. efficiency, 3.
kostenreductie door middel van samenwerking
De transitie is onderbouwd met een meerjaren financieel kader gericht op een forse besparing,
waarvan het accent ligt op de jaren 2011 tm 2013.
NIAZ
In 2010 zijn de voorbereidingen ter hand genomen voor een instellingsbrede NIAZ-accreditatie.
Hiermee wordt tevens een deel van het Veiligheids Management Systeem (VMS) verwezenlijkt.
Er is een intern auditsysteem ontwikkeld, waarvoor intern auditoren zijn geworven en opgeleid.
Een aantal medisch specialisten maakt deel uit van deze auditteams. Daarnaast is een
documentatiesysteem opgericht en hebben afdelingen zelfevaluatierapporten geschreven,
waarin staat in hoeverre zij op dit moment voldoen aan de NIAZ-normen. Een stuurgroep
rapporteert regelmatig over de vorderingen, onder andere door updates in een nieuwsbrief. Het
streven is om in 2012 organisatiebreed de NIAZ-accreditatie te behalen.
Verkenning van samenwerking
Er zijn in 2010 samenwerkingsgebieden op diverse terreinen verkend. Zo is bijvoorbeeld de
samenwerking met de huisartsen aan de eisen van deze tijd ingericht en opnieuw vormgegeven
door oprichting van de stichting TransMax. Daarnaast is gekeken naar strategische bundeling
van krachten in de tweede lijn met het Maastricht Universitair Medisch Centrum (MUMC+) en
het Catharina-ziekenhuis Eindhoven.
- Maastricht Universitair Medisch Centrum (MUMC+)
In de loop van 2009/ 2010 hebben vele medisch specialisten van MMC met medisch
specialisten van vakgroepen van het MUMC+ gesprekken gevoerd over kansrijke
samenwerkingsgebieden. De gedachte daarachter is dat door de combinatie van de
academische en topklinische zorg de kwaliteit van de patiëntenzorg, onderzoek en onderwijs
versterkt kan worden. De patiënt kan gebruik maken van breed beschikbaar gestelde medische
expertises en medisch specialisten kunnen gebruik maken van elkaars kennis en
expertisegebieden.
Uit gespreksoriëntaties bleek dat samenwerking op de gebieden oncologie, gynaecologie en
kindergeneeskunde het meest in aanmerking kwamen voor een verdieping en onderbouwing in
businessplannen. Ook is gekeken naar de mogelijkheid van kwalitatieve versterking in de
klinische neurofysiologie en beeldvormende technieken. Ieder deeltraject kent een eigen
dynamiek, dat zich kenmerkt door het benutten van voornamelijk bottom-up krachten om het
samenwerkingspotentieel te benutten.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
5
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
- Catharina-ziekenhuis Eindhoven (CZE)
In het najaar van 2010 is gestart met verkennen van samenwerkingsmogelijkheden met CZE. Dit
is onder andere ingegeven door de landelijke ontwikkeling van concentratie van zorg: het
vergroten van het volume is een belangrijke trend, die zowel kwalitatieve als financiële
voordelen biedt. Beide ziekenhuizen leveren basiszorg en complexe zorg aan patiënten binnen
de regio en daarbuiten. Door samenwerking kunnen de twee ziekenhuizen kwalitatief
hoogwaardige zorg blijven bieden, die ieder ziekenhuis afzonderlijk als gevolg van de continue
financiële druk niet meer kan leveren. De medische staven van beide ziekenhuizen hebben in
een kick-off meeting elkaar geïnformeerd, de belangstelling gepolst en commitment
uitgesproken. Er is vervolgens een brede verkenning uitgevoerd onder alle specialismen, wat
heeft geleid tot een paar thema’s met veel toekomstperspectief, zoals in de orthopedie,
oogheelkunde, oncologische chirurgie, gynaecologie en kindergeneeskunde. Op de meest
kansrijke gebieden zijn werkgroepen van start gegaan. Parallel wordt gekeken naar de
governancestructuur voor samenwerking. In 2011 zal een en ander verder vorm krijgen. Roland
Berger Strategy Consultants ondersteunen de ziekenhuizen in dit proces.
Health Technology Park (HTP)
Rondom het ziekenhuis in Veldhoven wordt een campus ontwikkeld onder de naam Health
Technology Park. Aanvankelijk werd deze campus de High Med Campus genoemd. Een van de
aanleidingen is gelegen in het feit dat ziekenhuizen economisch eigenaar zijn van het eigen
vastgoed. Terreinen en gebouwen leveren een bijdrage aan de exploitatie en vermogenspositie.
Een tweede aanleiding is dat specifiek voor Stadsregio Eindhoven (SrE) het programma
Brainport investeert in een technologische kennisregio, die een uitwerking krijgt in de A2-zone.
Dit heet Brainport Avenue en wordt ontwikkeld i.s.m. ASML, de gemeente Veldhoven en ons
ziekenhuis. Doelstelling is dat bedrijven en instellingen die zich richten op medische innovaties
zich in de nabijheid van het ziekenhuis vestigen en het ziekenhuis als proeftuin kunnen
benutten. In dit kader is in 2010 een stedenbouwkundige visie ontwikkeld en een
governancestructuur ontworpen, waar een stuurgroep HTP deel van uitmaakt. Inmiddels zijn er
contacten met vastgoedpartijen en bedrijven, die zich potentieel willen vestigen. Daarnaast heeft
intensief contact plaatsgevonden met de gemeente Veldhoven over wijziging van het
bestemmingsplan.
Top- 5 Gastvrijheid Awards
MMC behaalde met locatie Veldhoven de vierde en met locatie Eindhoven de vijfde plaats bij de
uitreiking van de Gastvrijheidszorg Awards. In 2009 waren dit nog de negende respectievelijk
tiende plaats. De jury roemde het uitstekende voedingsbeleid, en met name het nieuwe
maaltijdconcept: het “Máx á la Carte”-principe. Dit houdt in dat patiënten aan het bed beslissen
welke maaltijd zij willen gebruiken en hoeveel ze willen eten. Uit onderzoek is gebleken dat als
patiënten hun maaltijden zelf mogen kiezen er veel minder voedsel wordt verspild: 2,2 % van de
maaltijden wordt dan weggegooid in plaats van 42% in de oorspronkelijke maaltijdverstrekking.
Tegelijkertijd nam de tevredenheid over de maaltijden ruim toe, namelijk van waarderingscijfer 6
naar 8.
Naast het voedingsconcept was er een hoge waardering van de jury voor de wijze waarop
medewerkers met patiënten omgaan en werd het inzetten van de shuttlebus tussen beide
ziekenhuislocaties positief gewaardeerd. MMC is met deze prestatie het enige topklinische
opleidingsziekenhuis in de top-5.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
6
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Fysiologie
MMC heeft een fysiologieconcept uitgewerkt. Centraal in deze gedachte staat het patiëntgericht
handelen. Veiligheid, compassie, beleving en efficiency vormen het gemeenschappelijk
referentiekader. In MMC werken betrokken teams, die goed samenwerken en de patiënt centraal
stellen. Alle leidinggevenden hebben hierin training en onderwijs gehad, onder andere door
sessies met de Amerikaanse auteur Fred Lee, die het gedachtegoed van de Disney-parken over
belevenissen van klanten en bezoekers op ziekenhuisomgevingen projecteert. Vervolgens
hebben afdelingen een eigen Team Ontwikkelings Plan (TOP) geschreven, dat deze
fysiologiegedachte in de praktijk op de eigen afdeling gestalte geeft. Medisch specialisten
participeerden in deze sessies. Het fysiologieproject is een stimulans gebleken om de
dienstverlening verder te professionaliseren, gestoeld op de ervaringen van patiënten.
Medewerkertevredenheid
Een extern bureau heeft een onderzoek verricht naar de medewerkertevredenheid.
Hiervoor zijn 3622 medewerkers aangeschreven, van wie bijna 52% de vragenlijst heeft
ingevuld. Het gemiddelde tevredenheidcijfer kwam op een 7,1.
De rapportage bestaat uit 80 deelrapporten en een rapport specifiek over de ervaringen van
verpleegkundigen. De conclusies zijn besproken in het bestuurscollege, met het
bedrijfsmanagement en de unithoofden. Vervolgens hebben leidinggevenden de resultaten met
hun medewerkers besproken en verbeterpunten geformuleerd. De vorderingen hierop zijn in een
trimestergesprek besproken.
Financiële gang van zaken
De beweging die MMC vorig jaar inzette om structureel een financieel gezond ziekenhuis te zijn
heeft zich in 2010 voortgezet. Het jaar is met een positief resultaat van ruim 1,5 miljoen euro
afgesloten, wat conform verwachting was. Door dit gunstige resultaat voldoen wij ruimschoots
aan de doelstellingen. Het eigen vermogen komt daarmee eind 2010 op 16,5%. Dit is berekend
inclusief een eenmalige vergoeding in het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten van ruim
18 miljoen als gevolg van eenmalige extra afschrijving conform de overgangsregeling
kapitaalslasten. Dit leidt tot een effect aan de opbrengstenkant (extra vergoeding in het wettelijk
budget) en de kostenkant (afschrijvingen) van 18,3 miljoen euro. Zonder deze eenmalige
vergoeding zou de vermogenspositie in 2010 zijn gestegen naar 17,9%. Het vermogensniveau
ligt hiermee naar verwachting eind 2010 boven het landelijk gemiddelde vermogensniveau van
topklinische ziekenhuizen.
Risicomanagement
Het bestuurscollege heeft in 2010 concreet de risicodomeinen benoemd, en de risicobeheersing
in een matrix uitgewerkt. De onderscheiden domeinen zijn financieel, patiënt (medisch en
verpleegkundig), arbeid, medische informatie, governance, facilitair en vastgoed en huisvesting.
Per domein is van de onderscheiden risico’s vastgelegd wat het incident is, het gevolg, de
oorzaak, de beheersing, acties naar aanleiding van restrisico. Op deze wijze zijn risico’s
geclassificeerd. Er zijn domeineigenaren benoemd, die verantwoordelijk zijn voor de follow up.
Rapportage vindt met ingang van 2011 tweemaal per jaar plaats.
Dankwoord
De raad van bestuur ziet met voldoening en trots terug op de prestaties van onze medewerkers.
Met onder andere het jaarlijkse nieuwsjaarfeest spreken wij onze dank daarvoor uit. Ook zijn wij
verheugd over de goede samenwerking met de raad van toezicht, het stafbestuur en de
medische staf, de ondernemingsraad en de cliëntenraad, met wie wij ook in 2010 in alle
openheid de ontwikkelingen bespreken en delen.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
7
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Graag spreken wij op deze plaats onze waardering uit voor ieders bijdragen aan deze
resultaten. Wij spannen ons gezamenlijk in, uiteindelijk voor een doel, namelijk onze patiënten
en patientjes, hun naasten en de vele verwijzers en andere betrokkenen.
Het jaar 2010 is een waardevol jaar gebleken. Wij willen graag eenieder onze erkentelijkheid
tonen voor de inzet en inspanningen en het in ons gestelde vertrouwen.
dr. R.H.J. van ’t Hullenaar,
voorzitter raad van bestuur
prof.dr. J.H. Zwaveling
lid raad van bestuur
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
8
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Verslag van de raad van toezicht
Met het Jaardocument 2010 informeert Máxima Medisch Centrum (MMC) u over de
belangrijkste ontwikkelingen in afgelopen jaar. Als raad van toezicht blikken wij terug op met
name governancevraagstukken en andere ontwikkelingen, waarin de raad van toezicht een rol
heeft vervuld. Onze inzet is om proactief toezicht uit te oefenen op de realisatie van de missie,
performance en continuïteit van MMC.
Als gevolg van de overschrijdingen van het macrokader gezondheidszorg en de korting die VWS
ziekenhuizen oplegde alsmede een achterblijvende productie in de eerste helft van 2010 heeft
het ziekenhuis zich voorbereid op deze extra financiële opgave. De raad van toezicht heeft een
ombuigingsprogramma akkoord bevonden en een meerjaren financieel kader, waarmee in de
looptijd van ruim 3 jaar een substantiële besparing wordt gerealiseerd. Hiermee streven wij naar
de borging van een solide financiële basis, nodig om de continuïteit van goede zorg te
garanderen en ambities te verwezenlijken.
Naast het veilig stellen van een gezonde financiële positie is een tweede aandachtsgebied het
thema veiligheid en kwaliteit. Dit heeft er ondermeer toe geleid dat de raad van toezicht een
commissie kwaliteit en veiligheid in het leven heeft geroepen. Deze is samengesteld uit een
drietal leden van de raad van toezicht. In 2010 heeft de commissie in twee bijeenkomsten een
groot aantal onderwerpen besproken en belegd. Verderop in dit verslag lichten wij het oprichten
en doelstelling van deze vaste commissie nader toe.
Afgelopen jaar stonden de volgende onderwerpen en gebeurtenissen op enige wijze in de
belangstelling bij de raad van toezicht: het werven van een nieuw lid raad van toezicht op
voordracht van de Cliëntenraad (eind maart), het bezoek van HKH Prinses Máxima (april), het
uitvoeren van een zelfevaluatie door de raad van toezicht (april), het tussentijds evalueren van
het functioneren van het bestuurscollege als bestuursvorm (juni/ augustus), de
governancestructuur voor MMC (augustus), het ‘pas toe of leg uit’ principe van de
governancecode 2010 (september) en de oprichting van een Zelfstandig Behandelcentrum
(ZBC) (december).
Naast de reguliere cyclus van beleid en kwaliteit, begroting, jaarrekening, ging in het verslagjaar
de aandacht uit naar thema’s zoals consequenties van overheidsbeleid voor de zorgkwaliteit,
risicomanagement, opmaat naar het strategisch kader 2011-2014, vastgoed- en bouwbeleid, de
financiële gang van zaken en verkenning van samenwerkingsverbanden.
Tussentijdse evaluatie bestuurscollege
Het bestuurscollege vormt vanaf 2009 het hoogst organisatorische bestuursorgaan van MMC en
rapporteert aan de raad van toezicht. In organisatorisch opzicht zijn de leden van het
bestuurscollege gezamenlijk verantwoordelijk voor strategische en tactische besluiten. De raad
van bestuur is wettelijk en statutair belast met het besturen van de Stichting Máxima Medisch
Centrum en uit dien hoofde eindverantwoordelijk voor (de resultaten van) het gevoerde bestuur
en de leiding van de stichting. Het bestuurscollege bestaat uit zeven leden: voorzitter en lid van
de raad van bestuur, voorzitter en vicevoorzitter van het stafbestuur, directeur bedrijfsvoering,
directeur financiën-control-informatie-management en de directeur organisatieontwikkeling.
Het functioneren van dit bestuurscollege is medio 2010 geëvalueerd aan de hand van de
vraagstellingen:
- in hoeverre voldoet de oprichting van het bestuurscollege als hoogst bestuurlijk orgaan in
termen van governance en besturing van MMC, een jaar na oprichting?
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
9
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
-
wat zijn de ervaringen van sleutelfiguren binnen MMC met het functioneren van het
bestuurscollege afgelopen jaar?
In de evaluatie zijn vertegenwoordigers van de hoofden zorggroep, bedrijfsmanagers, delegaties
van de adviesorganen VMS, OR en CR, leden bestuurscollege en leden raad van toezicht
betrokken (totaal ca. 30 personen).
Op basis van de uitkomsten is een tweetal aanknopingspunten voor verbetering gedefinieerd,
waarop aanpassingen zijn doorgevoerd. In 2011 volgt een definitieve evaluatie van deze
bestuursvorm.
Zelfevaluatie raad van toezicht
In maart en april heeft de raad van toezicht bijeenkomsten belegd om het functioneren van de
raad van toezicht te evalueren. Als voorbereiding is gekeken naar de checklist (zelf)evaluatie
raad van toezicht, zoals opgenomen in de Toolkit Toezicht Zorginstellingen. De besproken
onderwerpen waren o.a. functioneren van het bestuurscollege, koppelgesprekken en follow up,
rolverandering raad van toezicht in relatie tot bestuurscollege, taakinhoud nieuw te benoemen lid
op voordracht van de Cliëntenraad, belangrijkste aandachtspunten 2010, ontbrekende
functionaliteit in raad van toezicht, deskundigheidsbevordering en berichtgeving aan de raad van
toezicht. Over het algemeen is de betrokkenheid van de raad van toezicht bij het reilen en zeilen
van de organisatie groot te noemen en voelt men zich voldoende geïnformeerd om de taken uit
te voeren.
MMC governancestructuur
De landelijke ontwikkelingen bieden ziekenhuisorganisaties nieuwe kansen en mogelijkheden op
het terrein van vastgoedontwikkeling, services en andere activiteiten die in joint venture met
derden ontplooid kunnen worden. MMC voert een actief beleid om zich strategisch goed te
positioneren en gebruik te maken van deze mogelijkheden voor flexibilisering en risicospreiding.
Dit is in 2009 reeds in gang gezet door de oprichting van een aantal BV’s in joint ventures
waarin het ziekenhuis een meerderheidsbelang heeft. Aansluitend bij deze ontwikkeling is eind
2010 de ZBC MMC Health opgericht.
Toepassing governancecode 2010
De Zorgbrede Governancecode 2010 is toegepast op de organisatie. Dit heeft geleid tot een
document “Zorgbrede Governancecode 2010; verantwoording van de toepassing”. Incidenteel is
bij een bepaling een kanttekening geplaatst. Dit kan zijn omdat MMC daar sinds toepassing van
de Governancecode 2006 inmiddels aan voldoet, of omdat MMC op dat punt afwijkt van de code
en wat dan de verklaring dan wel vervolgactie is. Deze uitzonderingen raken bijna altijd aan het
feit dat MMC een bestuurscollege kent. Afspraken bijvoorbeeld over taak, werkwijze,
belangenverstrengeling zijn verbreed naar het bestuurscollege en opgenomen in het
bestuursreglement. Een algemene conclusie vat de toepassing van de Governance-code 2010
samen.
Commissie kwaliteit en veiligheid van de raad van toezicht
Het leveren van veilige en hoogwaardige zorg is een van de kerntaken van MMC. In het kader
van proactief toezicht en ‘good governance’ wil de raad van toezicht op systematische en
transparante wijze invulling geven aan het toezicht op de kwaliteit van zorg. Hiertoe is een vaste
commissie opgericht, die zich frequent laat informeren over de zorgkwaliteit. Deze commissie is
samengesteld uit drie leden raad van toezicht. Zij overleggen op deze thema’s met het lid raad
van bestuur, de voorzitter/vice-voorzitter van het stafbestuur en de directeur organisatie
ontwikkeling. Een van de thema’s is het besluit om een ziekenhuisbrede NIAZ- accreditatie te
halen; een ander het volgen van de operationalisering van het Veiligheids Management
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
10
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Systeem (VMS). MMC heeft de structuur van het “veiligheids- en kwaliteitsbouwwerk” onlangs
herzien, onder andere door het instellen van een kernteam kwaliteit waarvan een stafarts
kwaliteit deel uitmaakt. De commissie wordt driemaal per jaar geïnformeerd door een kwaliteitsen veiligheidsmonitor, die is samengesteld uit drie assen: veiligheid, patiëntbeleving en externe
toetsing. Ook risicobeheersing op het gebied van de patiëntenzorg vormt een vast agendapunt.
Milieu en duurzaamheid
Bij de bouw en renovatieprojecten en aankoop dan wel vervanging van systemen heeft het
ziekenhuis bewust gekozen voor milieuvriendelijke en duurzame oplossingen. Locatie
Veldhoven maakt vanaf 2010 gebruik van een duurzaam energieopslagsysteem voor het koelen
en verwarmen van het ziekenhuis, de zogenoemde warmte/koude energieopslag in de bodem.
Hiervoor is extra energie nodig en deze duurzame energieopwekking levert een CO2 reductie
van 22% op ten opzichte van de traditionele methode. Om een beeld te geven: dit staat gelijk
aan 52200 bomen of, omgerekend naar energiebehoefte, een besparing van energielevering
voor 160 huishoudens voor gas en elektra. Ook is het ziekenhuis dat inmiddels 21 jaar oud is
afgelopen jaar voorzien van duurzame HF verlichting en verbeterde isolatie door vernieuwing
van de daken. Buiten de infrastructurele duurzame oplossingen werkt MMC bewust aan nieuwe
concepten, zoals het eerder genoemde voedselconcept, dat leidt tot minder afval en verspilling.
Algemene aandachtspunten 2010-2011
Het spreekt voor zich dat de raad van toezicht zich gedurende het verslagjaar nauwgezet heeft
laten informeren over de samenwerkingsvraagstukken, de ontwikkeling van het financieel
resultaat, de ontwikkeling van strategisch vastgoed, zoals het Health Technology Park, en de
opmaat naar het strategisch kader 2011-2014. In gesprekken over de ontwikkeling van het
financieel resultaat stond de tegenvallende productie in de eerste helft van 2010 in relatie tot
zorg over de ontwikkeling van het marktaandeel centraal. Dit is mede impuls geweest voor het
ombuigingsprogramma. Ondanks een productie die het eerste halfjaar op de begroting
achterbleef heeft het ziekenhuis 2010 met een positief resultaat afgesloten. Genoemde
onderwerpen zijn terugkerende gesprekspunten met de raad van bestuur en het bestuurscollege
geweest. In het verslag raad van bestuur is hierop inhoudelijk ingegaan.
In 2010 heeft MMC kunnen voortbouwen en doorgaan met haar profilering. Voor komend jaar
noemt de raad van toezicht als aandachtspunten het VWS-beleid waaronder de nieuwe
bekostiging medisch specialisten, marktpositie, veiligheid en kwaliteit, risicomanagement,
vastgoed, revitalisering locatie Eindhoven alsmede de solide financiële positie.
De raad van toezicht ziet terug op een constructief jaar, waarin veel werk is verricht in een
goede sfeer en ambiance. De communicatie met de raad van bestuur, het bestuurscollege, de
medezeggenschap- en adviesorganen is adequaat en plezierig verlopen. Wij spreken onze dank
uit voor de grote inzet en moeite van velen om invulling te geven aan het type ziekenhuis dat
MMC wil zijn en de zorg die de patiënten ontvangen.
Wederom is dit het werk van velen. De medewerkers, hoofden zorggroep, bedrijfsmanagers,
andere leidinggevenden en betrokkenen bij het ziekenhuis zijn wij zeer erkentelijk voor de
getoonde professionaliteit, inzet en bijdragen aan dit resultaat.
raad van toezicht
J. Wilkes RA, voorzitter
april 2011
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
11
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1. Uitgangspunten van de verslaggeving
Eén van de belangrijke uitgangspunten voor corporate governance is het afleggen van
verantwoording aan belanghebbenden. Doorgaans gebeurt dit door een openbare publicatie
over het gevoerde beleid in het verslagjaar en over de (totale) in dat jaar geleverde prestaties.
Met dit Jaardocument legt Máxima Medisch Centrum verantwoording af aan haar
belanghebbenden.
Het kader zoals dat door het Ministerie van VWS is aangereikt hebben wij hierbij als
uitgangspunt gehanteerd. De informatie die in het kader van de Wet openbaarmaking uit
publieke middelen gefinancierde topinkomens moet worden gepubliceerd, is terug te vinden in
de financiële bijlagen bij dit Jaardocument. Het Jaardocument is gepubliceerd op
www.jaarverslagenzorg.nl, wordt in een papieren versie uitgebracht en is ook via onze website
toegankelijk. Het document gaat vergezeld van een samenvatting.
Máxima Medisch Centrum heeft, naast een zorgdoelstelling, expliciet aangegeven een tweede
doelstelling te hebben, namelijk het opleiden van professionals in de zorg.
De inspanningen en resultaten die op dit terrein zijn bereikt mogen volgens ons dan ook niet in
een Jaardocument ontbreken. In dit jaarverslag is bovendien ingezet op goede verslaglegging
van kwalitatieve productie parameters zoals wacht- en toegangstijden. Facilitaire zaken worden
voor ons steeds belangrijker. Deze bepalen voor een aanzienlijk deel de ervaringen van de
patiënten met het Maxima Medisch Centrum als zorgorganisatie. Een voorbeeld is het
voedselconcept, ter ondersteuning aan de primaire zorg, een belangrijke ervaringsfactor is.
Daarnaast komen de kosten die hiermee gemoeid zijn in onze kostprijzen terug.
Maatschappelijke betrokkenheid wordt beschreven in paragrafen over milieu en samenleving.
Tenslotte wijden wij een apart hoofdstuk aan Informatie en Communicatie Technologie (ICT)
omdat wij van mening zijn dat deze steeds meer de zorg van voor- tot achterdeur begeleidt. De
professionaliteit daarvan is een op een terug te vinden in de kwaliteit van de verleende zorg en
diensten. Om die redenen willen wij belanghebbenden hierover graag informeren.
In het Jaardocument zijn kaders met tekst opgenomen met concrete gebeurtenissen die in 2010
hebben plaatsgevonden.
Totstandkoming
In het Jaardocument worden zowel de voorgenomen plannen als de resultaten hiervan
weergegeven. De voorgenomen plannen worden door ons jaarlijks vastgelegd in een kaderbrief.
Aan de hand van voortgangsrapportages wordt ten behoeve van de raad van toezicht, ter
voorbereiding op de evaluatie van de raad van bestuur, beschreven in welke mate we de
voorgenomen plannen ook daadwerkelijk hebben gerealiseerd. Deze informatie wordt
gegenereerd bij de verantwoordelijken voor bepaalde resultaatgebieden en vervolgens door de
raad van bestuur beoordeeld. Deze rapportages vormen de basis voor het Jaardocument.
Het concept jaardocument wordt inhoudelijk besproken met het stafbestuur en met het
bestuurscollege van het ziekenhuis alvorens het door de raad van bestuur wordt vastgesteld.
Vervolgens wordt het Jaardocument door de raad van toezicht goedgekeurd.
Reikwijdte
In dit document wordt over de Stichting Máxima Medisch Centrum verslag gedaan.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
12
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2. Profiel van de organisatie
Het profiel van de organisatie beslaat behalve de algemene identificatiegegevens en structuur
van het concern de kerngegevens, productie, belanghebbenden en het werkgebied van MMC.
2.1 Algemene identificatiegegevens
Algemene identificatiegegevens
Naam verslagleggende rechtspersoon:
Rechtsvorm:
Adres:
Postcode:
Plaats:
Telefoonnummer:
KVK nummer:
Emailadres:
Internetpagina:
stichting Máxima Medisch Centrum
Stichting
De Run 4600
5504 DB
Veldhoven
(040) 888 98 31
17141651
[email protected]
www.mmc.nl
2.2 Structuur van het concern
Juridische structuur
Máxima Medisch Centrum heeft als rechtsvorm een stichting, waarvan de bestuursvorm is
vormgegeven overeenkomstig het raad van bestuur– raad van toezicht model. Máxima Medisch
Centrum is een algemeen ziekenhuis met twee voorzieningen in het kader van de Wet
Bijzondere Medische verrichtingen (WBMV).
Binnen de veranderende gezondheidszorg krijgt Máxima Medisch Centrum steeds meer te
maken met marktwerking. Tussen de verschillende ziekenhuizen ontstaat concurrentie en ook
steeds meer privéklinieken bieden dezelfde behandelingen aan.
Dit vraagt om een gerichte, slagvaardige aanpak. Door het vormen van zorggroepen die zelf
verantwoordelijk zijn voor hun productie, budget, personeel en kwaliteit van de zorg gaat
Máxima Medisch Centrum mee in die ontwikkelingen. De medische en medisch ondersteunde
beroepsgroepen vormen per specialisme als zorggroep één ‘bedrijf’: samen zijn zij er
verantwoordelijk voor dat de patiënt de beste behandeling krijgt, maar ook dat het bedrijf
financieel gezond is. Meetbare kwaliteit blijft daarbij het allerbelangrijkst, want zonder kwaliteit
zullen patiënten niet voor ons ziekenhuis kiezen.
De zorggroepen functioneren als Resultaat Verantwoordelijke Eenheden (RVE). Een rve wordt
geleid door een hoofd zorggroep. Dit is een medisch specialist uit de zorggroep, die voor
managementzaken wordt bijgestaan door een bedrijfsmanager. Het hoofd zorggroep en de
bedrijfsmanager maken deel uit van het managementteam van een rve, dat zij naar eigen inzicht
samenstellen. Het hoofd zorggroep is verantwoordelijk voor de rve en rapporteert uit hoofde van
diens functie aan het bestuurscollege.
.
Toelatingen
Door de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) worden vanaf 1 januari 2007 academische,
algemene, categorale ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra instellingen voor medisch
specialistische zorg (IMSZ) genoemd. Máxima Medisch Centrum is een IMSZ (type 2): wij
leveren alle voorkomende zorg en vallen tot 1 januari 2008 voor een deel van de
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
13
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
bouwactiviteiten (zoals nieuwbouw en vervangende nieuwbouw) onder het bouwregime. Máxima
Medisch Centrum is daarnaast door het College voor Zorgverzekeringen toegelaten als Instelling
voor Geestelijke Gezondheidszorg (PAAZ).
Besturingsmodel
De organisatie wordt bestuurd vanuit een aantal hoofdprincipes, te weten:
• Oriëntatie op de patiënt staat centraal. Er wordt naar een organisatie toegewerkt waarin
meerwaarde voor de patiënt ontstaat door de kwaliteit van en afstemming tussen
zorgprocessen centraal te stellen;
• Er is een nauwe betrokkenheid van de medisch specialist bij het beleid en de besturing van
het ziekenhuis;
• De leiding van decentrale eenheden draagt integrale managementverantwoordelijkheid (is
verantwoordelijk voor en geeft sturing aan zowel zorginhoudelijke als
bedrijfsvoeringaspecten);
• De organisatie wordt gekenmerkt door een ‘platte’ organisatiestructuur, met korte lijnen
tussen het bestuur en het bestuur van de zorggroepen. Voor elke zorggroep is een medisch
specialist in “the lead”, met ondersteuning van een bedrijfsmanager.
• En er is sprake van een effectieve positionering van ondersteunende functies (staffuncties),
aansluitend bij de integrale managementverantwoordelijkheid.
Contractmanagement (Service Level Agreements) en het werken naar
resultaatverantwoordelijke eenheden is in ontwikkeling.
Organisatorisch
De raad van bestuur vormt samen met de voorzitter en vice voorzitter van de vereniging
medische staf en de drie directieleden (bedrijfsvoering, organisatie ontwikkeling en financiën,
control & informatiemanagement) het bestuurscollege. Het bestuurscollege neemt de
strategische besluiten.
Medezeggenschap
Máxima Medisch Centrum kent op het gebied van medezeggenschap een ondernemingsraad en
een cliëntenraad. Voor de samenstelling en de werkwijze van zowel de ondernemingsraad als
de cliëntenraad verwijzen wij naar paragraaf 3.3.
Bovendien functioneert onder de directie bedrijfsvoering sinds 2007 een Verpleegkundige
AdviesRaad (VAR). Via de VAR zijn de belangen van verpleegkundigen goed behartigd. De
VAR heeft geen formele medezeggenschap.
2.3 Kerngegevens
2.3.1 Kernactiviteiten
Máxima Medisch Centrum in Eindhoven en Veldhoven is zowel een algemeen als een
opleidingsziekenhuis.
Zorg
Máxima Medisch Centrum is een algemeen ziekenhuis en beschikt bovendien over een aantal
uitgebreidere voorzieningen:
• Dialysecentrum;
• Neonatale intensive care unit (NICU);
• Derdelijnsvoorziening voor obstetrische high care;
• Hemofiliebehandelcentrum.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
14
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Máxima Medisch Centrum kent de volgende zorggroepen:
Poortspecialismen
• Allergologie;
• Cardiologie;
• Chirurgie;
• Dermatologie;
• Gynaecologie/verloskunde;
• Interne geneeskunde;
• Kaakchirurgie;
• keel- neus en oorheelkunde;
• Kindergeneeskunde en neonatologie;
• Longgeneeskunde;
• Maag-, darm-, leverziekten;
• Neurologie;
• Oogheelkunde;
• Orthopedie;
• Plastische chirurgie;
• Pijnbestrijding;
• Psychiatrie;
• Reumatologie;
• Revalidatiegeneeskunde;
• Sportgeneeskunde;
• Urologie;
Ondersteunende specialismen
• Anesthesiologie
• Apotheek/CSA
• Intensive care geneeskunde
• Klinische fysica
• Klinische laboratoria
• Medische psychologie
• Nucleaire geneeskunde
• Radiologie
Máxima Medisch Centrum heeft in vergelijking met andere ziekenhuizen een compleet
pakket aan vormen van zorg nagenoeg voor alle specialismen. Máxima Medisch Centrum heeft
innovatie hoog in het vaandel staan. Dat blijkt onder meer uit de geavanceerde techniek en
apparatuur waarmee op tal van terreinen diagnostiek en therapie worden bedreven. Het betreft
onder andere de geavanceerde beeldvormende technieken en bijzondere vormen van chirurgie.
MMC is een erkend topklinisch ziekenhuis. In dit kader zijn een aantal expertcentra van MMC
door de STZ erkend. Deze centra zijn medisch wetenschappelijk toonaangevend en hebben een
bovenregionale uitstraling:
- neonatale intensive care en perinatologie
- bijkwandpijn en ACNES
- staartbeenpijn
- obesitas en bariatrische chirurgie Catharina en Máxima
- bijniertumoren
- retinopathie bij kinderen
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
15
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
- sportgeneeskunde en topsport
2.3.2 Productie
Het totaal aantal polikliniekbezoeken is in 2010 licht gestegen ten opzichte van 2009 van
445.966 bezoeken in 2009 naar 452.990 polikliniekbezoeken in 2010. Hiervan zijn 171.629
eerste polikliniekbezoeken.
Er is duidelijke stijging te zien bij Cardiologie, Plastische chirurgie en Interne geneeskunde. Een
daling is te zien bij Neurologie en in mindere mate bij Orthopedie.
De laatste jaren is duidelijke tendens te zien van substitutie van klinische opnamen naar
dagbehandelingen. Ook in 2010 heeft deze trend zich voortgezet. Er zijn 37.775
dagbehandelingen in 2010 gerealiseerd ten opzichte van 34.497 in 2009. Een stijging van 9,5%.
Deze stijging heeft zich vooral voorgedaan bij de beschouwende vakken. Er is dan ook een
daling van het aantal ‘zware dagbehandelingen’. Een dagbehandeling wordt tot ‘zwaar’
gerekend wanneer er een operatieve ingreep plaats vindt. De vergoeding voor een zware
dagbehandeling is ongeveer drie keer zo hoog.
Het aantal opnamen bedroeg in 2010 24.564 en was daarmee ruim 3% lager dan 2009. De
daling is vooral te zien bij cardiologie en urologie. Bij longgeneeskunde is een stijging te zien.
De gemiddelde verpleegduur is iets opgelopen, van 5,7 dagen naar 5,8 dagen. Doordat er veel
meer patiënten in dagbehandeling geholpen worden is het logisch dat de gemiddelde
verpleegduur iets toeneemt. Het zijn immers relatief zwaardere patiënten die opgenomen
worden.
In 2010 zijn 367 kindjes opgenomen op de Neonatale Intensive Care (NICU). Dit is een
aanzienlijke stijging ten opzichte van 2009, toen er 333 kindjes opgenomen waren.
Het aantal beademingsdagen op de Intensive Care is in 2010 gedaald ten opzichte van 2009,
van 3.132 in 2009 naar 2.657 in 2010.
In 2010 zijn er 413 mensen opgenomen op de PAAZ, dit zijn ruim 30 patiënten meer dan in
2009. De patiënten verbleven gemiddeld iets minder lang. Het totaal aantal verpleegdagen is
licht afgenomen.
Er is duidelijke stijging te zien bij de extramurale behandeling bij de psychiatrie. Het aantal
contacten is gestegen van 13.476 in 2009 naar 15.912 in 2010.
Het aantal behandelingen op de dialyse afdeling is iets afgenomen. Voor 2011 wordt verwacht
dat deze weer zal stijgen.
De productieafspraken met de zorgverzekeraars lagen voor zowel het A-segment als het Bsegment hoger dan de realisatie. De verwachte productiegroei zette pas later in het jaar in.
Ook in 2010 zijn er door zorgverzekeraars COPE controles uitgevoerd. Een groot van de
correcties spitste zich toe op serieliteit en parralelliteit van de geregistreerde dbc's. Het betrof
zowel het A-segment als het B-segment. Alle zorgverzekeraars hebben hier aan deelgenomen.
Het Maxima Medisch Centrum heeft alle controles afgerond eind december. Nog niet van alle
zorgverzekeraars is een reactie ontvangen.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
16
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.4 Belanghebbenden
Máxima Medisch Centrum kent een groot aantal stakeholders:
 patiënten(organisaties);
 zorgverzekeraars;
 overheid en (haar) inspecties (gemeentelijk, provinciaal en landelijk);
 andere zorgaanbieders;
 opleidingsinstellingen;
 particuliere instellingen.
Patiëntenorganisaties
Het draait in Máxima Medisch Centrum om de patiëntenzorg. In dat kader koestert MMC het
uitgebreide netwerk van contacten met patiëntenverenigingen. Máxima Medisch Centrum heeft
in 2010 maar liefst 70 bijeenkomsten georganiseerd en/of mogelijk gemaakt (bijlage C).
De onderwerpen variëren hierbij van borstvoeding tot rugklachten en van posttraumatische
dystrofie tot stoppen met roken.
Als medisch partner van marathon Eindhoven participeerde Máxima Medisch Centrum
bovendien actief op de runnersbeurs waar sporters werden gewezen op het belang van gezond
sporten en de mogelijkheden voor blessurebehandeling.
Máxima Medisch Centrum participeert in het Regio-overleg om lokale aangelegenheden te
bespreken met betrekking tot patiëntenvoorlichting en in het landelijke overleg (Compris).
Zorgverzekeraars
Máxima Medisch Centrum voert regelmatig overleg met zorgverzekeraars, zowel op bestuurlijk
niveau, alsook technisch in het kader van lokaal overleg (technisch lokaal overleg).
In het kader van zorginkoop fungeert binnen MMC een sales team met vertegenwoordigers van
bedrijfsvoering, medische staf, marketing, financiën en control. Het salesteam voert in het TLO
het overleg met de marktleiders over het A-segment en voert met alle verzekeraars separaat
overleg over het B-segment.
CZ groep en UVIT zijn voor Máxima Medisch Centrum de marktleiders.
SMáSH
SMáSH staat voor Stichting Máxima Specialisten Huisartsen. Het bevorderen, afstemmen en
coördineren van een goede samenwerking tussen huisartsen en Máxima Medisch Centrum is
onverminderd de doelstelling van SMáSH. De Stichting tracht haar doel onder andere te
bereiken door het initiëren, formuleren, implementeren, borgen en (wetenschappelijk) evalueren
van samenwerkingsafspraken tussen huisartsen en medisch specialisten.
2010 heeft in het teken gestaan van een transformatieproces.
Vanuit de oude echelongedachte zullen de 1e en 2e lijnsgezondheidszorg elkaar meer en meer
nodig hebben om de zorg aan de vergrijzende patiëntenpopulatie met zijn complexer wordende
zorgvraag efficiënt en doelmatig te kunnen bedienen. Het gezamenlijk medische zorg leveren
aan de patiënt, vanuit de principes dat de zorgbehoefte van de patiënt centraal staat en dat de
zorg wordt geleverd daar waar het medisch en financieel het meest efficiënt en doelmatig is,
vraagt een intensieve afstemming tussen 1e en 2e lijn.
Om recht te doen aan de nieuwe verhoudingen tussen samenwerkingspartners is er, in
samenwerking met de zittende SMáSH bestuurders Anneke Dalinghausen en Casper van
Sambeek, een nieuwe en breed gedragen visie op transmurale samenwerking uitgewerkt.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
17
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tevens is SMáSH omgevormd tot een hernieuwde bestuurlijke overlegstructuur met een nieuwe
naam TransMáx. De formele en juridische structuur van TransMáx zal in 2011 zijn uitwerking
krijgen.
Binnen TransMáx wordt over de gezamenlijk te ontwikkelen en/of te leveren zorg informatie
uitgewisseld en afgestemd. TransMáx bestaat uit bestuurlijke vertegenwoordigers uit de
eerstelijn (de Huisartsenkring ZOB, huisartsen zorggroepen (PoZoB, SGE, DOH, HEO), de
acute huisartsen zorg (CHP en SHOKO) en vanuit MMC de raad van bestuur en een
vertegenwoordiging vanuit de medische staf.
Binnen Máxima Medisch Centrum is TransMáx het aanspreekpunt voor alle activiteiten die
betrekking hebben op de samenwerking tussen huisarts en specialist.
Overheidsinspecties
Het algemeen jaarlijks toezichtsbezoek van de IGZ heeft eind 2010 plaatsgevonden.
Onderwerp van gesprek waren:
Recente ontwikkelingen
Resultaten aangeleverde kwaliteits indicatoren
Voortgang landelijke thema’s en thematisch toezicht
Het bezoek is positief verlopen en naar aanleiding van dit bezoek zijn door de IGZ geen
maatregelen genomen.
TOP 2
In januari 2010 heeft de inspectie, als vervolg op een bezoek in 2009, beide MMC locaties
bezocht in het kader van follow up Toezicht Operatief Proces. Door de Inspectie werd
geconstateerd dat er hard gewerkt is en dat er een goed systeem van interne audits draait. Een
enkele tekortkoming werd nog geconstateerd. Aan het ziekenhuis is opdracht gegeven over
deze punten te auditten en de Inspectie daarover te rapporteren. Naar aanleiding van die
rapportage heeft de Inspectie haar waardering uitgesproken en het dossier gesloten.
SEH
Naar aanleiding van het verschijnen van het uitgebracht rapport ‘Spoedeisende Hulp: vanuit een
stevige basis, oktober 2009’ heeft MMC een werkgroep gestart om invulling te geven aan
hetgeen beschreven in dit rapport.
Naar aanleiding hiervan zijn een aantal acties in gang gezet, zo is o.a. een inhaalslag gemaakt
voor wat betreft het scholingsbeleid van de artsen voorafgaand aan de tewerkstelling op de
SEH. In februari 2011 heeft een toezichtbezoek op de SEH plaatsgevonden.
Separaties
In mei 2010 heeft in het kader van het TT separeren / project Dwang en Drang een
Inspectiebezoek plaatsgevonden. Naar aanleiding hiervan heeft MMC een aantal verbeteracties
in gang gezet o.a. op het gebied van het verder terugdringen van het aantal en de duur van
separaties.
Brand Almelo
In 2008 is de Inspectie gestart met een onderzoek naar de veiligheid van de gebruikte medische
technologie en de brandveiligheid op de operatiecomplexen in de Nederlandse ziekenhuizen. In
het kader hiervan heeft MMC in 2008 een plan van aanpak opgesteld. De reactie van de
Inspectie op dit plan is in 2010 ontvangen. De acties zoals beschreven in het plan van aanpak
van 2008 waren in 2010 geïmplementeerd.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
18
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
IC
In 2010 is de Inspectie een onderzoek gestart naar alle IC-afdelingen in ziekenhuizen met een
IC niveau 2 of 3. De eerste fase van dit onderzoek bestond uit het invullen van een vragenlijst.
De tweede fase bestond uit een inspectiebezoek en dossieronderzoek aan 16 aselect gekozen
ziekenhuizen. MMC was één van deze ziekenhuizen. Dit, kort van te voren aangekondigde
bezoek heeft plaatsgevonden op 25 en 26 november 2010. Het onverwachte avondbezoek vond
plaats op 14 december 2010. Naast een enkel verbeterpunt, o.a. het accorderen van het
zorgbeleidsplan door de medische staf, complimenteerde de Inspectie het ziekenhuis en de IC
calamiteiten en trendgegevens uit de NICI analyseren en gebruiken voor verbeteracties.
Werktijden Arts assistenten
In 2010 is, samen met de opleiders, intensief gecontroleerd op en gewerkt aan de naleving van
de arbeidstijdenwet (ATB/ATW) en de CAO-ziekenhuizen door arts-assistenten. Op 7 april 2010
heeft er een daadwerkelijke controle plaatsgevonden binnen MMC door de arbeidsinspectie.
Hierbij zijn enkele overtredingen geconstateerd van de ATW. Een en ander heeft geleid tot een
verdere aanscherping van regelgeving en procedures, welke zijn terug te vinden op het intranet
van MMC. Tijdens het controlebezoek van de arbeidsinspectie op 9 september 2010 is
geconstateerd dat alle geregistreerde overtredingen zijn opgeheven. Voor een blijvend resultaat
blijkt het echter noodzakelijk, om verantwoordelijke opleiders en bedrijfsmanagers hier
consequent op te blijven bevragen.
Daarnaast heeft het bestuurscollege besloten dat naleving van de werktijden van artsassistenten t.z.t. via SP-Expert gaat plaatsvinden. Om dit te realiseren is een pilot gestart met
het specialisme Interne geneeskunde. De pilot loopt op dit moment nog.
Informatiebeveiliging
In november 2008 publiceerde de IGZ en het College Bescherming Persoonsgegevens de
resultaten van het onderzoek ‘Informatiebeveiliging in ziekenhuizen voldoet niet aan de norm”.
Naar aanleiding hiervan moesten alle ziekenhuizen een plan van aanpak opstellen en is aan alle
ziekenhuizen de verplichting opgelegd om in 2010 een externe audit te laten uitvoeren om te
toetsen of zij voldoen aan de norm voor informatiebeveiliging (NEN7510). Speciaal hiervoor is
door de brancheorganisatie NVZ een toetsingsreglement opgesteld.
Om hier binnen MMC uitvoering aan te geven is de Information Security Board ingesteld. Deze
breed samengestelde board heeft o.a. het Beleidsplan informatiebeveiliging MMC
geactualiseerd. Dit beleid is geaccordeerd door het bestuurscollege. Eind 2010 heeft de externe
audit plaatsgevonden. De resultaten hiervan zijn pas in 2011 bekend.
Naleving kernenergiewet
In juli 2010 heeft de arbeidsinspectie de naleving van de kernenergiewet op de afdeling
Nucleaire Geneeskunde gecontroleerd. Door de arbeidsinspectie zijn geen overtredingen
geconstateerd. Wel hebben ze enkele verbetermogelijkheden opgemerkt die door MMC worden
opgepakt.
Samenwerkende Topklinische opleidings-Ziekenhuizen (STZ)
Met 25 andere topklinische ziekenhuizen in Nederland werkt Máxima Medisch Centrum samen
in de Vereniging Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen (STZ). Kern van het
samenwerkingsverband van deze ‘Teaching Hospitals’ vormen de medisch specialistische
opleidingen. De STZ-ziekenhuizen voelen zich gezamenlijk verantwoordelijk voor:
• onderwijs en opleidingen in brede zin;
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
19
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
•
•
het bevorderen van hoogwaardige patiëntenzorg, topklinische behandeling en
topreferente zorg;
toegepast wetenschappelijk onderzoek en zorginnovatie.
In het kader van het landelijk Veiligheidsprogramma ‘Voorkom schade, werk veilig' zijn
netwerken van ziekenhuizen samengesteld. Netwerken zijn er om de verspreiding van kennis en
producten efficiënt en doelmatig te laten plaatsvinden.
MMC maakt deel uit van netwerk STZ-3. Andere leden van dit netwerk zijn: Albert Schweitzer
ziekenhuis, het Amphia Ziekenhuis, Atrium Medisch Centrum, het Jeroen Bosch Ziekenhuis, het
Sint Elisabeth Ziekenhuis en het VieCuri Medisch Centrum. Per ziekenhuis is ook een
coördinator benoemd. In 2010 hebben de coördinatoren en andere betrokkenen hun kennis
tussen de ziekenhuizen op het gebied van patiëntveiligheid gedeeld.
Op het gebied van onderwijs en opleidingen zijn er twee netwerken samengesteld; te weten
O&O&O voor de managers en leidinggevenden van de leerhuizen/ academies. Deze
bijeenkomsten worden 3 maal per jaar georganiseerd voor alle STZ ziekenhuizen. Tijdens de
bijeenkomst komen diverse thema’s aan bod die voor alle betrokkenen relevant zijn. Het doel is
om kennis en expertise met elkaar te delen en uit te wisselen.
Naast de bijeenkomst voor de leidinggevende vindt er twee jaarlijks ook een netwerkbijeenkomst
plaats voor de opleidingsadviseurs, opleidingsfunctionarissen en onderwijskundigen van alle
STZ ziekenhuizen. Tijdens de bijeenkomsten worden onderwerpen besproken die voor alle
betrokken interessant zijn. Er is gelegenheid tot het uitwisselen van informatie en expertise.
Deze bijeenkomsten worden bekostigd door STZ.
MMC verkent samenwerking derdelijnszorg met MUMC+
MMC onderzoekt met MUMC+ momenteel of en hoe derdelijns zorg gebonden kan worden in de
grootste stad van Nederland zonder academisch ziekenhuis. In dit kader liggen er diverse
kansen op het gebied van gynaecologie, kindergeneeskunde, neonatologie en oncologie.
MMC verkent samenwerking met Catharina-ziekenhuis (CZE)
MMC heeft in de zomer van 2010 samen met CZE aangekondigd een brede verkenning te
starten naar de mogelijkheden van onderlinge samenwerking. De insteek is dat door bundeling
van kennis en ervaring nog betere patiëntenzorg gerealiseerd kan worden met een
bovenregionale uitstraling. Deze betere patiëntenzorg wordt gerealiseerd doordat expertise
gebundeld kan worden evenals dat patiëntenstromen door de grote volumes nog strakker
georganiseerd kunnen worden. De verkenning biedt vele kansen. De besturen van beide
organisaties zullen in de lente van 2011 besluiten nemen over hoe en op welke terreinen de
samenwerking geëffectueerd zal worden.
Brabant Medical School (BMS)
Máxima Medisch Centrum participeert o.a. samen met het St. Elisabeth Ziekenhuis
in Tilburg, het Catharina-ziekenhuis in Eindhoven, de provincie Noord-Brabant,
de gemeenten Tilburg en Eindhoven, de Universiteit van Tilburg, de Technische Universiteit
Eindhoven en de Fontys Hogescholen in de Brabant Medical School (BMS). De BMS leidt
studenten op voor de gezondheidszorg, bevordert onderwijsvernieuwing
en ontwikkelt nieuwe opleidingen en beroepen. Inmiddels is de BMS uitgegroeid
tot een opleidingsconsortium waarin Brabant breed ziekenhuizen en universiteiten samenwerken
op het gebied van hoger onderwijs in de gezondheidszorg in Brabant.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
20
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
In 2010 heeft MMC in samenwerking met de BMS de cursus Evidence Based Medicine voor
AIOS verzorgd. Ook hebben een aantal AIOS uit MMC deelgenomen aan regionaal overstijgend
onderwijs, verzorgd door één van de samenwerkingspartners van de BMS.
TU/e
Máxima Medisch Centrum onderhoudt intensieve wetenschappelijke contacten met de TU/e.
Vier medisch specialisten van MMC hebben deeltijdaanstellingen aan deze universiteit: prof. dr.
ir. H. Vader, prof. dr. P. Wijn, prof. dr. G. Oei en prof. dr. Bambang Oetomo. Het speerpunt van
Máxima Medisch Centrum, vrouw, moeder en kind zorg is op via de twee laatstgenoemden
medisch wetenschappelijke wijze geborgd. Zo is de meest recente aanstelling van Bambang
Oetomo onderdeel van het samenwerkingsplan dat Máxima Medisch Centrum en de TU/e op dit
moment uitwerken. Onderdeel van dit plan is een gezamenlijk onderzoek van ziekenhuis en
universiteit naar betere instrumenten en apparatuur om de functie van de hersenen, ademhaling
en bloedsomloop bij ernstig zieke pasgeborenen te kunnen monitoren. De komende jaren
worden op de universiteit prototypes ontwikkeld die op de neonatale intensive care unit (NICU)
van Máxima Medisch Centrum getest worden. Een tweede belangrijk onderdeel van het
samenwerkingsplan is de verdere ontwikkeling van geavanceerde modellen voor
multidisciplinaire teamtrainingen, zoals de babysimulatiepop.
Alliantie Ziekenhuizen Zuidoost-Brabant (AZZB)
De raden van bestuur van de regionale ziekenhuizen en het District Specialisten Beraad (DSB,
gevormd door de voorzitters van de medische staven) voeren overleg via de Alliantie
Ziekenhuizen Zuidoost Brabant (AZZB).
Regionaal Overleg Curatieve Zorg (ROCZ)
Het samenwerkingsverband ZBZ (Zorgvernieuwing en Bekostiging Ziekenhuiszorg) is vanaf
2001 voortgezet in het Regionaal Overleg Curatieve Zorg. Hierin zijn de raden van bestuur van
de regionale ziekenhuizen, het District Specialisten Beraad (DSB, gevormd door de voorzitters
van de medische staven), vertegenwoordigers van diverse huisartsenverenigingen, de raad van
bestuur van de Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven (GGzE) en de lokale zorgverzekeraars
verenigd.
Stichting Integraal Kankercentrum Zuid (IKZ)
Máxima Medisch Centrum is lid van het Integraal Kankercentrum Zuid (IKZ). Het IKZ is een
kennis- en kwaliteitscentrum op het gebied van de oncologie en de palliatieve zorg. De
hulpverleners, instellingen en patiëntenorganisaties in de regio Noord-Brabant en NoordLimburg vormen samen een netwerk van deskundigen binnen de oncologie en de palliatieve
zorg. Het IKZ ondersteunt hulpverleners, beleidsmakers en patiëntenverenigingen, waarbij de
aandacht uitgaat naar onderlinge uitwisseling en afstemming. Samen met de hulpverleners
ontwikkelt het IKZ producten en diensten om de zorg te kunnen bieden.
Stichting Hemofiliebehandelcentrum Eindhoven (HBE)
Máxima Medisch Centrum werkt samen met het Catharina-ziekenhuis en de Nederlandse
vereniging van Hemofiliepatiënten in de Stichting Hemofiliebehandelcentrum Eindhoven. Het
doel van de stichting is het bieden van hemofiliebehandeling en het stimuleren en optimaliseren
van de samenwerking tussen medisch specialisten en andere zorgverleners.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
21
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Unieke samenwerking Dialyseafdelingen
Als eerste van de zestig dialysecentra in Nederland heeft Máxima Medisch Centrum samen met
het Catharina-ziekenhuis de opvang van dialysepatiënten geregeld, mochten we door
calamiteiten onze eigen voorzieningen niet kunnen gebruiken. In dat
geval kunnen de dialyseafdelingen van Máxima Medisch Centrum en het Catharina-ziekenhuis
gebruik maken van elkaars voorzieningen. Dit gebeurt bovenop de eigen patiëntenplanning en
vraagt dus om een strakke organisatie. De twee afdelingen hebben de procedure vastgelegd in
protocollen, waarin zowel hun rol als gastheer als die als gast is beschreven.
Elektronische Communicatie (RHECO)
Stichting RHECO is een platform voor overleg en besluitvorming op het terrein van ICT-beleid in
de zorg voor de regio Zuidoost-Brabant. Dit omvat alle initiatieven die het niveau van de
individuele instelling of afzonderlijke beroepsgroep overstijgen.
LOMOZ
Sinds een aantal jaren is de ondernemingsraad lid van het LOMOZ. LOMOZ is hét platform voor
de ondernemingsraden in de zorgsector. Het dagelijks bestuur bezoekt alle Lomoz-dagen voor
STZ (Samenwerkende Topklinische Ziekenhuizen). De voorzitter OR is vanuit haar functie als
voorzitter ondernemingsraad Máxima Medisch Centrum toegetreden tot de werkgroepen
decentralisatie CAO en format sociaal beleid/sociaal plan van het LOMOZ.
Zorgvoorzieningen
Máxima Medisch Centrum werkt naast de bovengenoemde samenwerkingsverbanden samen met diverse partners voor specifieke zorgproducten.
Overige partners
 Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven (GGzE);
 verpleeghuizen de Weerde en Kempenhof;
 GGD's en ambulancediensten van de regio;
 Velthuiskliniek en Stimezo;
 Diagnostiek Voor U (DVU);
 Bloedafnamedienst Regio Eindhoven;
 Revalidatiecentrum Blixembosch;
 Microbiologie Stichting PAMM.
 Medisch Centrum Waalre
 Zuidzorg
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
22
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.5 Werkgebied
Máxima Medisch Centrum is gevestigd in Eindhoven en Veldhoven. Voor wat betreft de
basiszorg heeft het ziekenhuis een regionale functie. Voor wat betreft de topreferente en
topklinische zorg is het werkgebied veel omvangrijker en strekt zich uit tot heel Nederland. In
onderstaande figuur is weergegeven uit welk gebied de patiëntenpopulatie van Máxima Medisch
Centrum grotendeels afkomstig is.
Figuur 1: werkgebied MMC in marktaandelen in Zuidoost Brabant (2010) volgens Tragpi
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
23
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3. Corporate Governance
3.1 Bestuur en toezicht
3.1.1 Zorgbrede governance
Máxima Medisch Centrum voldoet aan de eisen van de Governancecode 2010 of heeft
toegelicht om welke redenen eventueel op een onderdeel van de code wordt afgeweken volgens
het “pas toe- of leg uit-principe”. Dit is vastgelegd in een document Zorgbrede Governancecode
2010: verantwoording van de toepassing. De afdeling Financiën Control en Informatie heeft
gestructureerd overleg met de externe accountant. De externe accountant beoordeelt uiteraard
het jaarverslag en de jaarrekening.
3.1.2 Raad van bestuur
De raad van toezicht draagt zorg voor een capabel bestuur en stelt de maatschappelijke
passende beloning vast.
Tabel 1: samenstelling raad van bestuur per 31 december 2010
Naam
Bestuursfunctie
Voor de functie relevante nevenfuncties
voorzitter raad
- Lid bestuur Ronald McDonald Huis
Dhr. dr. R.H.J. van ’t
van bestuur
- Lid Bestuur BZW Kring Eindhoven
Hullenaar
- Voorzitter klankbord Health Technology
Park
Dhr. prof. dr. J.H.
lid raad van
- Hoogleraar Intensive Care geneeskunde
Zwaveling
bestuur
aan de faculteit FHML Universiteit
Maastricht
Beleid bezoldiging raad van bestuur
Máxima Medisch Centrum kent een reglement raad van bestuur, waarin de
verantwoordelijkheden van de raad van bestuur zijn geëxpliciteerd. De bezoldiging van de leden
van de raad van bestuur wordt bepaald door de raad van toezicht. De raad van toezicht heeft
wat zijn verantwoordelijkheid voor de beloning van de bestuurder(s) betreft, zoals die in artikel
3.2.2 van de Zorgbrede governance Code is vastgelegd als “het vaststellen van een
maatschappelijk passende beloning”, besloten om daaraan te verbinden dat die beloning met
ingang van 2009 voor nieuwe leden van de raad van bestuur wordt vastgesteld conform de
Beloningscode Bestuurders Zorg. Deze beloningscode is door de Nederlandse vereniging van
raden van toezicht (NVTZ) en de vereniging van bestuurders in de zorg (NVZD) vastgesteld en
wordt door de raad van toezicht onderschreven.
Conform de Beloningscode Bestuurders Zorg (BBZ, augustus 2009, NVDZ/NVTZ) zijn de criteria
gehanteerd om te komen tot het toekennen van een schaal aan MMC als organisatie. Deze
criteria volgend wordt MMC met een score van 8 punten ingedeeld in categorie I en er is een
adequate markttoeslag toegekend. De RvT heeft zich aan de hand van in de BBZ genoemde
markten, waarbij de nadruk ligt op verkoopmarkten, een oordeel gevormd of en zo ja in welke
mate er sprake is van een onderscheiden dan wel groter risico (een scherper risicoprofiel) van
de zorginstelling. Op basis van dit oordeel heeft de RvT besloten om deze markttoeslag
permanent toe te kennen voor de omgeving- en risicofactoren (inclusief marktwerking), zolang
zich geen grote verschuivingen voordoen in deze context. De motivatie voor de hoogte van de
toeslag zal begin 2011 ter toetsing worden voorgelegd aan de door de NVZD en NVTZ
ingestelde Monitoringscommissie. De bonusregeling was in 2009 reeds beëindigd.
Er bestaat voor beide leden van de raad van bestuur een vooraf overeengekomen
vertrekregeling.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
24
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De raad van toezicht ziet toe op mogelijke belangenverstrengelingen door de raad van bestuur.
Nevenfuncties van de raad van bestuur worden in dit kader altijd met de raad van toezicht
besproken en in geval van een positieve beoordeling, goedgekeurd.
3.1.3 Raad van toezicht
De raad van toezicht opereert op het snijvlak van de organisatie en de samenleving
daaromheen. In die zin beschouwt de raad zich als maatschappelijk toezichthouder.
De raad van toezicht heeft de verantwoordelijkheid Máxima Medisch Centrum van goed toezicht
en goed bestuur te voorzien, proactief toezicht uit te oefenen, mee te denken over strategie,
beleid en koers van de organisatie en de organisatie te voorzien van adequate statuten en
reglementen voor de besturing. De raad regelt daartoe zijn werkzaamheden in een reglement en
legt daarover verantwoording af.
In zijn functioneren volgt de raad van toezicht de kaders zoals die gesteld worden door de
Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Ziekenhuizen (NVTZ) en handelt hij conform de
Zorgbrede Governancecode 2010.
Beleid bezoldiging raad van toezicht
Voor de bezoldiging van de leden van de raad van toezicht is begin 2010 gekozen voor
toepassing van de adviesregeling van de NVTZ inzake de honorering voor raden van toezicht.
Bezoldiging heeft met ingang van 2010 conform dit advies plaatsgevonden.
Samenstelling raad van toezicht
De samenstelling van de raad van toezicht is in 2010 is gewijzigd vanwege het aftreden m.i.v. 1
januari 2010 van prof.dr. L.B.A. van de Putte. Aan de hand van een profielschets en een
werving- en selectieprocedure is m.i.v. 29 maart 2010 de heer mr.drs. J.L.M. van Helmond
benoemd tot lid van de raad van toezicht, op voordracht van de Cliëntenraad. Met het aantreden
van de heer Helmond voldoet de raad van toezicht ruimschoots aan het governance kader om
minstens één lid van de raad van toezicht relevante kennis en ervaring in de zorg te laten
hebben.
Vanwege het moment van de definitieve evaluatie van het bestuurscollege als bestuursvorm
voor MMC in 2011 is de zittingstermijn van de heer Kegelaer in 2010 met ruim een jaar verlengd
(tot 1 juli 2011); dit vanwege diens rol op het moment van oprichten. Eind 2010 is wel gestart
met het formuleren van de profielschets voor diens opvolger.
Tabel 2: samenstelling raad van toezicht per 31 december 2010
Naam
Functie
1e maal
Laatste her- Herbenoembaar na huidige
benoemd benoeming* termijn
Dhr. J. Wilkes RA
voorzitter
31/08/04
2008
n.v.t.
Dhr. drs.
Vice01/01/02
2006
n.v.t
J.G.M.Kegelaer
voorzitter
Mw. drs. A.M.L.M.
Lid
19/5/08
1 periode
Nelissen-Hanssen
Mw. S.R. de MoorLid
19/05/04
2008
n.v.t.
Bullinga
Dhr. mr. drs. J.L.M.
Lid
29/03/10
1 periode
van Helmond
* Volgens de statuten is de benoemingstermijn 4 jaar en kan besloten worden die termijn met
een tweede termijn van 4 jaar te verlengen.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
25
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tabel 3 : hoofd- en nevenfuncties leden raad van toezicht in 2010
Naam + geboortejaar
Hoofdfunctie
Andere nevenfuncties
Dhr. J. Wilkes RA, geb laatstelijk financieel directeur
- bestuurslid NVTZ
jaar 1946
Philips Electronics Nederland
Dhr. drs.
laatstelijk voorzitter raad van
- arbiter geschillencommissie
J.G.M.Kegelaer, geb
bestuurziekenhuis Leyenburg
arbodiensten
jaar 1940
Mw. drs. A.M.L.M.
voormalig partner
- lid Raad van Commissarissen
Nelissen-Hanssen, geb Nelissenvanden dungen
Attero NV
jaar 1948
- diverse bestuurlijk
maatschappelijke functies
Mw. S.R. de Moorvoormalig regiodirecteur
- lid van de raad van toezicht van
Bullinga, geb.jaar 1950 ENECO
zorgcentrum Zuiderhout te
Teteringen
- lid landelijke beroepscommissie
klachten.
Dhr. mr.drs. J.L.M. van Longarts
- bestuurslid Nederlandse
Helmond, geb jaar
Franciscusziekenhuis
Longartsenvereniging
1953
Roosendaal
- lid Regionaal Tuchtcollege voor
de Gezondheidszorg
Verantwoording
In 2010 heeft de raad van toezicht zesmaal regulier en eenmaal extra vergaderd met raad van
bestuur dan wel bestuurscollege. In onderstaand schema ziet u de aanwezigheid van de leden
raad van toezicht bij deze vergaderingen.
Presentielijst vergaderingen raad van toezicht met raad van bestuur/bestuurscollege
voorzitter
vice-vz
X = aanwezig
Wilkes
Kegelaer
De Moor
Nelissen
Van Helmond
- = afwezig
Datum
25 januari
29 maart
17 mei
21 juni
23 augustus
18 oktober
Extra
bijeenkomst:
13 september
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Ook heeft de raad van toezicht aparte vergaderingen gehad met de ondernemingsraad en een
met de cliëntenraad.
Informatie uitwisseling
Met de leden van het bestuurscollege onderhielden de leden van de raad van toezicht intensieve
contacten door het regelmatig voeren van zogenoemde koppelgesprekken.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
26
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De raad van toezicht heeft het eigen functioneren geëvalueerd in een zelfevaluatie bijeenkomst
op 29 maart 2010. Daarvoor is leidraad gebruik gemaakt van de checklist voor het (eigen)
functioneren van de raad van toezicht uit de Toolkit voor toezichthouders van zorginstellingen.
Er is verslag gedaan van de verschillende nagelopen aandachtspunten, zoals bijvoorbeeld het
functioneren van het bestuurscollege, rolverandering raad van toezicht in relatie tot het
bestuurscollege en deskundigheidsbevordering.
Zoals in het verslag van de raad van toezicht reeds is gememoreerd (zie het begin van dit
jaardocument) ging de aandacht in dit verslagjaar, naast de reguliere cyclus van beleid en
kwaliteit, begroting, jaarrekening, in het bijzonder uit naar o.a. de governancestructuur MMC,
de tussentijdse evaluatie van het bestuurscollege, samenwerkingsvraagstukken (MUMC+,
Catharinaziekenhuis), kwaliteit en veiligheid, het meerjarenombuigingsprogramma,
risicomanagement, governancecode 2010, Health Technology Park en beleid ten aanzien van
onroerend goed en daaraan gerelateerde verantwoording voor de kapitaallasten.
Commissies
De raad van toezicht kent een financiële commissie, een commissie kwaliteit en veiligheid, een
strategische commissie en een honoreringscommissie. De financiële commissie komt structureel
vier maal per jaar bijeen, voorafgaand aan een reguliere raad van toezicht vergadering en
bespreekt dan alle financiële onderwerpen met de raad van bestuur. De commissie kwaliteit en
veiligheid vergadert driemaal per jaar en heeft tot taak om het voorgestelde kwaliteit- en
veiligheidsbeleid te toetsen en de raad van bestuur hieromtrent te adviseren. De bedoeling van
de strategische commissie was om twee keer per jaar voor vergadering met de raad van bestuur
bijeen te komen. In de praktijk is echter gebleken dat de onderwerpen van strategische aard,
zoals verkennen van samenwerking, strategisch kader e.d., steeds in de reguliere vergadering
geagendeerd worden. De strategische commissie is daarom in 2010 niet apart bijeen gekomen.
De honoreringscommissie komt één maal per jaar bijeen en bespreekt dan het functioneren en
de beloning van de leden van de raad van bestuur.
Tabel 4 : samenstelling financiële commissie per 31 december 2010
Naam
Functie
Dhr. J. Wilkes RA
Voorzitter
Dhr. drs. J.G.M. Kegelaer
Lid
Mw. S.R. de Moor-Bullinga
Lid
Dhr. dr. R.H.J. van ’t Hullenaar
Lid
Dhr. G.H.A.M. van Berlo MAC
Lid
Tabel 5: samenstelling commissie kwaliteit en veiligheid per 31 december 2010
Naam
Functie
Dhr. J. Wilkes RA
Voorzitter
Dhr. drs. J.G.M. Kegelaer
Lid
Dhr. drs. mr. G.L.M. van Helmond
Lid
Dhr. prof.dr. J.H. Zwaveling
Lid
Dhr. drs. D.R.A.J. de Munck
Lid
Dhr. T.W.M. van de Schepop MBA-H
Lid
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
27
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tabel 6 : samenstelling strategische commissie per 31 december 2010
Naam
Functie
Dhr. J. Wilkes RA
Voorzitter
Dhr. drs. J.G.M.Kegelaer
Lid
Drs. A.M.L.M. Nelissen-Hanssen
Lid
Dhr. dr. R.H.J. van ’t Hullenaar
Lid
Dhr. prof. dr. J.H. Zwaveling
Lid
Tabel 7 : samenstelling honoreringscommissie per 31 december 2010
Naam
Functie
Dhr. J. Wilkes RA
Voorzitter
Dhr. drs. J.G.M.Kegelaer
Lid
Dhr. dr. R.H.J. van ’t Hullenaar
Lid
Dhr. prof. dr. J.H. Zwaveling
Lid
Leden van de raad van toezicht worden geworven op basis van een profielschets, waarin is
meegenomen dat de leden onafhankelijk moeten zijn en geen enige vorm van
belangenverstrengeling met de organisatie kunnen hebben.
3.1.4 Stafbestuur
De medische staf bestaat uit de in het ziekenhuis werkzame medisch specialisten en andere in
het reglement van de medische staf aangewezen in, of ten behoeve van het ziekenhuis
werkzame personen. Voor een overzicht van de medische stafleden verwijzen wij naar bijlage
A).
Tabel 8: Samenstelling Stafbestuur per 31 december 2010
functie MMC
functie Stafbestuur
Dhr. D.R.A.J. (Dirk) De Munck
longarts
voorzitter/penningmeester
Dhr. dr. M.R. (Marten) Nijziel
internist
vice-voorzitter/secretaris
Mw. B.P.C.M. (Dianne) van de Ven
anesthesioloog
Lid
Dhr. P.H.M. (Peter) Reemst
chirurg
Lid
Dhr. prof. dr. ir. P.F.F. (Pieter) Wijn
klinisch fysicus
Lid
Mw. drs. A.M.H.P. (Rian) SchuybroekGiesbergen
beleidsadviseur
Het doel, de organisatie en de bevoegdheden van de medische staf zijn vastgelegd in een door
de medische staf en de toenmalige raad van bestuurgezamenlijk vastgesteld reglement. Het
doel van de Vereniging Medische Staf is het bevorderen en handhaven van een optimale
kwaliteit van de medische zorg van patiënten in het ziekenhuis en die van de medisch
specialistische zorg in het bijzonder, door de leden van de vereniging gezamenlijk en onder
gemeenschappelijke verantwoordelijkheid.
Er is nauwe betrokkenheid van de medisch specialisten bij het beleid en de besturing van het
ziekenhuis.
Het bestuur van de Vereniging Medische Staf (het stafbestuur) vormt samen met de raad van
bestuur, aangevuld met de drie directieleden voor bedrijfsvoering, financiën en
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
28
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
organisatieontwikkeling, het bestuurscollege. De medische staf als geheel komt maandelijks
bijeen.
Het stafbestuur hanteert het IFMS model voor het boordelen van stafleden. In 2010 zijn in dit
kader 20 medisch specialisten via de systematiek van het Individueel Functioneren Medisch
Specialist beoordeeld middels de 360 graden feedback systematiek en besproken.
Inhoudelijk
Het stafbestuur heeft in 2010 een beleidsagenda opgesteld van met een viertal hoofdpunten:
1. relatie tussen de eerste lijn en de medisch specialist
2. de betrokkenheid van de stafleden bij de vereniging medische staf
3. het inhoudelijk functioneren van stafleden en maatschappen
4. kwaliteit en veiligheid
Bovendien is opnieuw veel aandacht besteed aan het tot stand brengen van een reële
ziekenhuisbegroting en aan de bouw- en renovatieplannen. Het stafbestuur bestond per 31
december 2010 uit vijf leden. Van de activiteiten van de medische staf in 2010 is verslag
gedaan.
3.1.5 Bestuurscollege
Het bestuurscollege vormt het hoogst bestuurlijk orgaan van het ziekenhuis. De statutaire
eindverantwoordelijkheid is belegd bij de raad van bestuur. Medio 2010 is deze bestuursvorm
geëvalueerd. De raad van toezicht en raad van bestuur hebben dit in hun verslagen over 2010
opgenomen. In de samenstelling van het bestuurscollege hebben zich in 2010 de volgende
personele wisselingen voorgedaan:
per 1 januari 2010 is de heer prof.dr.J.H. Zwaveling benoemd tot lid raad van bestuur
en daarmee lid van het bestuurscollege;
per 1 maart 2010 is de heer G.H.A.M. van Berlo benoemd tot directeur Financiën,
Control en Informatiemanagement (FCI) en daarmee eveneens als lid toegetreden tot
het bestuurscollege;
medio september 2010 is de heer drs. D.R.A.J. De Munck, longarts, benoemd tot
voorzitter Stafbestuur en is hij daarmee als zodanig vertegenwoordigd in het
bestuurscollege;
de heer dr. M. Nijziel, vicevoorzitter Stafbestuur, is als zodanig lid bestuurscollege.
Zijn zittingstermijn voor het stafbestuur zal in 2011 verstrijken en in 2010 zijn reeds
voorbereidingen getroffen voor diens opvolging.
Twee jaar na oprichting van het bestuurscollege wordt deze bestuursvorm opnieuw
geëvalueerd, waarna de raad van toezicht definitief bepaalt of het bestuurscollege wordt
gecontinueerd.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
29
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tabel 9 : Samenstelling bestuurscollege per december 2010
Dhr. dr. R.H.J. van ’t Hullenaar
voorzitter raad van bestuur (voorzitter)
Dhr. prof. dr. J.H. Zwaveling
lid raad van bestuur
Dhr. D.R.A.J. De Munck
Longarts
Dhr. dr. M.R. Nijziel
voorzitter stafbestuur
Dhr. M.J.M. Hendriks MBA
Dhr. G.H.A.M. van Berlo MAC
Dhr. T.W.M. van de Schepop MBA-H
Mw. dr. L.E.M. Hopstaken MA
vice-voorzitter stafbestuur;
internist
directeur bedrijfsvoering
directeur financiën, control en
informatiemanagement
directeur organisatieontwikkeling
secretaris raad van bestuur/
bestuurscollege/ raad van toezicht
Reglement Bestuurscollege
Met inachtneming van de statuten van de stichting heeft de raad van bestuur, na goedkeuring
door de raad van toezicht op 24 augustus 2009, het reglement voor het bestuurscollege op 8
september 2009 vastgesteld. Dit reglement beschrijft in acht artikelen de positionering en
samenstelling van het bestuurscollege (artikel 1), collectieve en individuele taak- en
bevoegdheidsverdeling (artikel 2), besluitvorming (artikel 3), vergaderingen (artikel 4),
verantwoording (artikel 5), waarneming en bereikbaarheid (artikel 6), geheimhouding (artikel 7)
en slotbepalingen (artikel 8).
Lopende het jaar is om praktische redenen enige verschuiving van verantwoordelijkheden
binnen portefeuilles tussen een aantal leden bestuurscollege opgetreden. De toepassing van de
Governancecode 2010 leidt eveneens tot actualisatie van het reglement bestuurscollege. Deze
aantekeningen zijn als amendement op het reglement geplaatst en worden in 2011 bij de
definitieve evaluatie verwerkt in een aangepast reglement bestuurscollege.
3.2 Bedrijfsvoering
3.2.1 Trimester- en maandgesprekken
De trimester- en maandgesprekken geven inhoud aan de relatie tussen de
verantwoordelijkheden van het Bestuurscollege en de RVE’s. De verantwoordelijkheden
onderscheiden zich doordat het bestuurscollege zich richt op het concern Máxima Medisch
Centrum (de strategie, het beleid en de realisatie van de doelstellingen) en de RVE’s richten
zich op de eigen integrale bedrijfsverantwoordelijkheid. De trimestergesprekken worden door het
Bestuurscollege gevoerd met het management van de RVE (het hoofd zorggroep als
eindverantwoordelijke, en de bedrijfsmanager). De met het management van alle RVE te
bespreken onderwerpen zijn per trimestergesprek verschillend. Het voorjaarsgesprek heeft
betrekking op de kwaliteits- inhoudelijke beleidsontwikkeling incl. opleiden, het
najaarsoverleg heeft betrekking op de bedrijfsmatige beleidsontwikkeling van de RVE incl. de
financiële vertaling hiervan (het jaarplan en de begroting).
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
30
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De directeur Bedrijfsvoering voert maandelijks gesprekken met het management van alle RVE’s
betreffende de ontwikkelingen en resultaten in productie, formatie, financiën en lopende
projecten binnen de rve.
Verbeteringen in 2010
In 2010 heeft per RVE een eerste positiebepaling plaatsgevonden door middel van een
beoordeling van alle resultaatgebieden binnen de integrale verantwoordelijkheid van de RVE.
De zes integrale resultaatgebieden zijn beleid en besturing, kwaliteit en veiligheid, personeel,
productie en zorglogistiek, opleiden en financiën.
Met ingang van het vierde kwartaal heeft een wijziging plaatsgevonden in de overlegstructuur.
Onder voorzitterschap van de directeur bedrijfsvoering vindt, aanvullend op de
maandgesprekken, maandelijjks Resultaat Verantwoordelijke Overleg (RVO) plaats. In de
drie RVO's participeren de hoofden zorggroep en bedrijfsmanagers van snijdende vakken,
beschouwende vakken dan wel de medisch ondersteuners.
Doel van de RVO’s is het creëren van gemeenschappelijkheid door middel van het richten op
samenhang en informatieuitwisseling. De RVO’s worden vormgegeven voor, door en met de
RVE’s. Naast de vaste agendapunten worden thematische onderwerpen besproken (fysiologie,
kwaliteit, relatie huisartsen, en algemeen marketing). Het overleg is beleidsvoorbereidend en
vormt een platform voor afstemming en verkenning van voorgestelde veranderingen, tussen
hoofden zorggroep en Bestuurscollege.
Beleidsconferentie
Twee maal per jaar vindt een beleidsconferentie plaats met de hoofden zorggroep,
bedrijfsmanagers en bestuurscollege. Deze conferenties zijn beleidsvoorbereidend voor
concernbrede zaken.
Service Level Agreement- management
In het kader van inzicht en versterking van de eigen bedrijfsvoering zijn eind 2010 alle contacten
en afspraken met externe partijen (met name huurders) herzien en geformaliseerd in nieuwe
dienstverleningsovereenkomsten.
3.2.2.Risicomanagement en fraudebeheersing
Zowel vanuit het oogpunt van Corporate Governance (Zorgbrede Governancecode) als vanuit
de wens als organisatie inzicht te hebben in de mate waarin we ‘in control’ zijn, te weten welke
risico’s het behalen van onze doelstellingen belemmeren en risicobewustzijn te creëren, is in
2010 een vervolg gegeven aan de opzet van een integraal risicomanagementsysteem. De opzet
hiervan is medio 2010 vastgesteld door het bestuurscollege. Na vaststelling is direct gestart met
de nadere uitwerking en implementatie.
In het integraal risicomanagementproces onderscheidt Máxima Medisch Centrum de volgende
stappen:
1. Inventariseren risico’s
2. Beoordelen risicoprofiel (prioriteren)
3. Bepalen risicomanagement strategie (risico houding)
4. Inrichting beheersprocessen (beheersmaatregelen)
5. Monitoren (interne controle)
6. Verbeteren
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
31
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De aanpak is in de basis ontleend aan de Healthcare Failure Mode and Effect Analysis, een
methode voor proactieve risicoanalyse.
In een multidisciplinaire workshop in aanwezigheid van het bestuurscollege zijn de domeinen
vastgesteld voor de integrale prospectieve risico inventarisaties. De domeinen zijn zodanig
gekozen dat ze aansluiten bij de verantwoordelijkheden van de leden van het bestuurscollege
en alle kritieke onderdelen van ons ziekenhuis raken. Ieder domein kent een verantwoordelijke
vanuit het bestuurscollege.
Per domein hebben in 2010 initiële risico inventarisatie sessies plaats gevonden waarbij in een
multidisciplinaire setting samen met de domein verantwoordelijke de risico’s van het domein
geïnventariseerd en geprioriteerd zijn. De prioritering vindt plaats middels de wegingcriteria:
voorkomen, ernst en detectie van het risico. De ernst is gescoord vanuit de invalshoeken
patiëntveiligheid, financieel en vertrouwelijkheid van (patiënt) informatie. Per risico zijn tevens de
aanwezige en gewenste beheersmaatregelen in kaart gebracht. Per domein heeft dit
geresulteerd in een risicoprofiel, vastgesteld door het bestuurscollege en ter informatie
voorgelegd aan de raad van toezicht.
Structurele inbedding
In 2011 wordt de risico inventarisatie en –evaluatie structureel organisatorisch ingebed. De
domeinverantwoordelijke draagt zorg voor een twee jaarlijkse update van de risico’s en bewaakt
de tijdige follow-up op geformuleerde actiepunten zodat de target-risicoscore behaald wordt. In
2011 legt de domeineigenaar tweemaal per jaar verantwoording af over de risico’s en de
beheersmaatregelen binnen zijn domein aan het bestuurscollege.
Alle risicoprofielen samen vormen het integraal risicoprofiel van MMC. De toprisico’s die hierin
naar voren komen worden speerpunten voor de organisatie waarvoor een gedegen plan van
aanpak geformuleerd wordt. De voortgang wordt in de halfjaarrapportage gemonitord. De
coördinerende rol is belegd bij de afdeling FCI.
Het risicoprofiel van MMC wordt jaarlijks door het bestuurscollege met het toezichthoudende
orgaan besproken.
Uitrol resultaat verantwoordelijke eenheden
Na de structurele inbedding in 2011 zullen we in 2012 het risicobewustzijn verder laten
doordringen in de organisatie. Middels een top-down benadering wordt na de initiële
inventarisatie fase overgaan tot de uitrol naar de RVE’s. In een multidisciplinaire setting vinden
per RVE inventarisatie sessies plaats die een beeld zullen geven van de risico’s die spelen op
RVE-niveau.
Planning & Control cyclus
Een belangrijk sturings- en beheersingsmechanisme vormt de planning & control cyclus. Het
vertrekpunt voor de jaarlijkse planning & control cyclus is de financiële verkenning die samen
met de going concern activiteiten en (nieuwe) beleidsvoornemens worden vastgelegd in de
kaderbrief. Deze kaderbrief vormt de leidraad voor de organisatie om haar plannen te vertalen in
een (financiële) begroting. Dit geschiedt zowel op het niveau van elk deel van de organisatie
(RVE), als voor de organisatie als geheel. Door middel van de kaderbrief, het jaarplan, het
verkoopplan en de begroting worden de doelstellingen en kaders vastgelegd.
Het bewaken van de operationele performance vindt plaats middels maandelijkse
managementrapportages die maandelijks besproken worden tussen directie en management
van de RVE. Een meer uitgebreide informatievoorziening omtrent de financiële gang van zaken
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
32
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
vindt plaats middels kwartaalrapportages bestemd voor het bestuurscollege en externe
stakeholders. De tactische en strategische performance van de RVE wordt besproken in
trimestergesprekken (3 x per jaar) tussen enerzijds het bestuurscollege en anderzijds het
management van de RVE.
Eens per jaar wordt tot slot verantwoording afgelegd over de (financiële) prestaties van het
afgelopen jaar aan in- en externe stakeholders middels het jaarverslag incl. jaarrekening. Na
externe accountantscontrole wordt het jaarverslag vastgesteld door de RvB en goedgekeurd
door de RvT waarna openbare publicatie volgt bij het Ministerie van VWS.
Deze rapportage- en verantwoordingsstructuur zorgt ervoor dat de bedrijfsvoering “in control”
(beheersbaar) blijft. Tijdens de periodieke gesprekken worden maatregelen geformuleerd om bij
te sturen. Dit kan eventueel leiden tot bijstelling van activiteiten en/of processen dan wel het
heroverwegen en zo nodig aanpassen van het voorgenomen beleid. De follow-up van de
maatregelen wordt gemonitord.
De spelregels en verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn geborgd in procedures en
duidelijk voor alle betrokken partijen. Hierdoor is ook de betrouwbaarheid van de
informatievoorziening zover mogelijk geborgd.
Administratieve Organisatie & Interne Controle
In aanvulling op de reguliere beheersingsmechanismen vindt interne controle plaats. De interne
controle functionaris heeft een onafhankelijke positie en kan zich, indien nodig, rechtstreeks
wenden tot de raad van bestuur dan wel de raad van toezicht.
De interne controles vinden plaats op basis van het AO/IC-jaarplan. Aan de hand van de
uitkomsten van de interne controles en de controles van de externe accountant wordt een
actieplan opgesteld voor de verbetering van de administratieve organisatie. Het bestuurscollege
ontvangt minimaal 2 x per jaar een overzicht van de stand van zaken van de
verbetermaatregelen in het actieplan.
In 2011 worden de mogelijkheden verkend om de toetsing van de werking van de geformuleerde
beheersmaatregelen in het kader van integraal risicomanagement te integreren in de interne
audits vanuit de afdeling AO/IC en de interne audits in het kader van NIAZ.
Máxima Medisch Centum en de PAAZ voldoen in 2010 aan de nadere regel van het NZa,
“Regeling AO/IC”. De verantwoordingen gefactureerde DBC’s 2010 zijn dan ook voorzien van
een goedkeurende controleverklaring overlegd aan de Nederlandse Zorgautoriteit.
DOT
MMC bereidt zich volop voor op de gevolgen van invoering DOT financiering, zowel
administratief alsmede middels voorlichtingssessies aan de leden van de medische staf.
Op basis van de P&C-cyclus en de AO/IC kan vanuit het oogpunt van corporate governance
vastgesteld worden dat risicomanagement onderdeel uitmaakt van de monitoring structuur van
Máxima Medisch Centrum.
MMC kent een klokkenluiders regeling om fraude of misstanden anderszins vertrouwelijk te
kunnen melden.
3.2.3 Samenwerking met PAMM
Máxima Medisch Centrum werkt met andere regionale ziekenhuizen voor de Medische
Microbiologie en de Pathologische Anatomie samen in de Stichting PAMM.
Deze stichting is in 1951 opgericht. De belangen van de aangesloten ziekenhuizen worden
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
33
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
behartigd door een Ziekenhuisraad-PAMM waarin namens elk ziekenhuis een lid van de raad
van bestuur en een lid van de medische staf participeren.
Deze Ziekenhuisraad-PAMM heeft instemmingsrecht ten aanzien van het meerjaren beleidsplan
en keurt jaarlijks de jaarrekening goed. In 2010 is verkend in hoeverre MMC met een naburig
ziekenhuis de samenwerking met PAMM kunnen intensiveren.
3.3 Medezeggenschapsorganen
3.3.1 Ondernemingsraad
Ondernemingsraad
Ook dit jaar heeft de ondernemingsraad te maken gekregen met 2 maal tussentijdse
verkiezingen. In 2010 hebben Frans van Es, Freek Timmermans en Marion Poldervaart om
diverse redenen hun lidmaatschap beëindigd. Met de komst van vier nieuwe leden (de helft van
de OR) is de opgave om uitvoering te gaan geven aan onze ambitieuze koers zwaar maar o.i.
niet onmogelijk. Vooral het wegvallen van de voorzitter van onze raad Marion Poldervaart
betekende een forse aderlating op het gebied van kennis en inzicht in het OR-werk. Het
vertrouwen in onze nieuwe voorzitter, Francisca Tanis is echter groot wat blijkt uit het feit dat zij
unaniem gekozen is tot voorzitter. Door al deze mutaties zijn wij niet in staat geweest om ons
voornemen , alle 7 onderdeelcommissies in 2010 van start te laten gaan, te verwezenlijken. Wij
hebben daarom besloten om de onderdeelcommissies 4, 5 en 7 in de eerste helft van 2011 op
te starten. Ook een aantal andere beleidsvoornemens hebben we door genoemde oorzaken in
2010 niet kunnen verwezenlijken. In ons beleidsvoornemen en jaarplan 2011 hebben ons tot
taak gesteld de voorgenomen ontwikkelingen van 2010 verder uit te voeren. De ontwikkeling van
de OR-leden en de OC-leden blijft binnen het beleid van de ondernemingsraad een belangrijke
plaats innemen.
In ons OR jaarverslag kunt u lezen met welke activiteiten we dit jaar bijzonder in de weer zijn
geweest. Veel aandacht is uitgegaan naar de financiële situatie van Máxima Medisch Centrum.
Door externe begeleiding van een financieel deskundige is het inzicht en de kennis van de
ondernemingsraad op dit punt flink verbeterd. Verder heeft de fysiologie, de samenwerking met
Maastricht, het onderzoek naar samenwerking met CZE, de transitie naar een gezonde
bedrijfsvoering en de uitkomsten van het medewerkerstevredenheidsonderzoek onze bijzondere
aandacht gehad.
De ondernemingsraad is de raad van bestuur en de directie erkentelijk voor de openheid,
transparantie en de wijze van informeren en betrekken bij de ontwikkelingen binnen Máxima
Medisch Centrum.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
34
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Samenstelling ondernemingsraad 2010 (per 31 december 2010)
Ester Aarts
Oncol.verpl.k. dagbehandeling
(vanaf oktober 2010)
José Cremers
Secretaresse Training en Scholing vanaf oktober 2010)
Wilma van Cuijk
Oncol.verpl.k. dagbehandeling
(vanaf april 2010)
Frans van Es
Verpleegkundige AOA afdeling
(gestopt september 2010)
Gerry Hovens
Diabetesverpleegkundige
Kristel Kelgtermans
Verpleegkundige afdeling 3D
Evy Oorts
Inkoper
Marion Poldervaart
Stafmedewerker HRM
Pim Schaeps
Verpleegkundige dagbehandeling
Petra Schoones
Afdelingssecretaresse 8e etage
Freek Timmermans
Unithoofd IC/MC
Marij Berlo
Ambtelijk secretaris
Marjan v.d. Woord
Secretaresse
(vanaf april 2010)
(gestopt september 2010)
(gestopt september 2010)
In 2010 is de Kern-ondernemingsraad 6 maal in reguliere vergadering met de raad van bestuur
bijeen geweest.
Hoofdpunten uit de overlegvergaderingen in 2010.
26 januari 2010
Thema bespreking: het Huis op orde. Presentatie n.a.v. bijeenkomst van 21 januari
(bedrijfsmanagement).
2 maart 2010
Kennismaking met Prof. dr. Jan Harm Zwaveling.
Thema bespreking: Fysiologie Máxima Medisch Centrum.
25 mei 2010
Thema bespreking: Strategische beleidskeuzes t.a.v. de koers 2010 - 2014 Máxima Medisch
Centrum.
13 juli 2010
Onderzoek samenwerking MMC en CZE.
Stand van zaken samenwerking AZM (MUMC+).
Uitkomsten medewerkerstevredenheidsonderzoek.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
35
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
28 september 2010
MMC in transitie naar gezonde bedrijfsvoering.
23 november 2010
Juridisch structuur MMC.
Voorrangsbehandeling medewerkers MMC bij onderzoek en behandeling.
Overleg met de raad van toezicht
Er heeft 1 maal overleg plaatsgevonden met de raad van toezicht inzake evaluatie
bestuurscollege, intensivering contacten raad van toezicht/ondernemingsraad en de financiële
situatie MMC
De OR van Máxima Medisch Centrum heeft een eigen jaarverslag 2010 geleverd. De advies- en
instemmingsvragen in 2010 zijn bijgevoegd als bijlage B.
3.3.2. Cliëntenraad
Máxima Medisch Centrum kent een Cliëntenraad. De Cliëntenraad functioneert op basis van de
Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ).
De samenstelling van de Cliëntenraad heeft in het verslagjaar een aantal wijzigingen ondergaan
in die zin dat enkele leden besloten hebben te stoppen met werkzaamheden voor de
cliëntenraad.
Per 31 december 2010 bestond de Cliëntenraad uit onderstaande personen:
• Mw. T. Hanneman-Wöltgens, voorzitter
• Hr. P. Rieter, vice voorzitter
• Mw. A. Feenstra
• Mw. E. de Koning
• Hr. B. Leenhouts
• Mw. E. v.d. Meijden
• Vacature
De Cliëntenraad wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris, die werkzaam is binnen
MMC.
Deze functie werd in 2008 ingevuld door de heer J. Duijsters, adviseur kwaliteit & veiligheid.
De Cliëntenraad kwam in het verslagjaar dertien maal bijeen, waarvan vijfmaal met de raad van
bestuur. Tijdens één van deze bijeenkomsten was ook de raad van toezicht aanwezig. Naast de
reguliere CR-vergaderingen is de CR, als toehoorder, vertegenwoordigd in de stuurgroep
patiëntveiligheid en werkgroep ‘voeding’.
Op verzoek van de CR is een vooroverleg gestart tussen de raad van bestuur en de (vice-)
voorzitter van de CR. Het doel hiervan is, om sneller geïnformeerd te zijn over lopende zaken.
Anderzijds verlopen hierdoor, de formele bijeenkomsten met raad van bestuurefficiënter .
Met betrekking tot onderstaande onderwerpen heeft de cliëntenraad op verzoek van de raad van
bestuur een gewoon advies gegeven:
• de begroting 2010
• nieuw lid raad van toezicht
• de bestuursstructuur
• de samenwerking tussen ‘Diabeter’ en MMC
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
36
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
•
de samenwerking met ICUZON
een verzwaard advies gegeven:
• Invoering betaald parkeren
• Advies inzake ‘meten van patiëntenervaringen’
• Een idee, suggestie of compliment?
• Notitie patiëntveiligheid
Met betrekking tot onderstaande onderwerpen heeft de cliëntenraad o.a. informatie ontvangen
over:
• Positie dienst geestelijke verzorging binnen MMC
• Gebruik van de pendelbussen tussen locatie Ehv en Vhv in relatie tot de hiervoor gemaakte
kosten.
• Strategisch kader 2011-2014
• Onderzoek ‘medewerkertevredenheid’
• De ontwikkelingen betreffende de verkenning van samenwerkingsmogelijkheden tussen
MMC en MUMC
• De verkennende gesprekken tussen MMC en CZE
• De ontwikkeling van een Health Technology Park
3.3.3 Verpleegkundige AdviesRaad (VAR)
De VAR is het in Máxima Medisch Centrum ingestelde orgaan dat de professionele belangen
van de verpleegkundigen en de inhoud van het vak verpleegkunde behartigt. Iedere
verpleegkundige is lid van de VAR. De VAR geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de
directeur organisatieontwikkeling in beleidsontwikkelingen die direct te maken hebben met de
verpleegkundige beroepsgroep. De VAR heeft een eigen beleidsplan. Daarin zijn als
doelstellingen voor 2010 opgenomen:
- presentatie en P.R. van de VAR
- functiedifferentiatie en loopbaanbeleid
- financiën
- kwaliteit en BIG-registratie
- EPD
- scholing
- visie op zorg
- fysiologie
- onderhouden van de kenniskring
- overleg/ participatie
De VAR heeft in een eigen Jaarverslag 2010 de ontwikkelingen op deze doelstellingen
beschreven.
Gevraagde adviezen die zijn afgegeven in 2010:
• Verpleegkundige methode van M. Gordon en diagnoses volgens NANDA standaarden in
fase 3 tot EVD (maart 2010).
• Invoering van het Kwaliteitsregister van V&V (juli 2010).
Ongevraagd advies dat is afgegeven in 2010:
• Bezuiniging maatregelen op de Geestelijke Verzorging binnen het MMC (december).
Tabel: Samenstelling bestuur VAR (per 31 december 2010)
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
37
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Naam
Nancy Peeters
Annelies van Beers
Heidi Dieles
Nelleke Pineda
Marianne van Eijk
Brigitte Tournoy
Functie
voorzitter
penningsmeester
bestuurslid
bestuurslid
secretaresse
secretariaat
Overleg/ participatie
Het overleg met de Ondernemingsraad heeft met regelmaat plaats gevonden en wordt van
beide kanten erg gewaardeerd.
Het bijwonen van het Unithoofdenoverleg (UHO) dat 3 a 4 keer per jaar gepland was is in het
begin van het jaar moeilijk gestart, mede omdat overlegmomenten werden afgezegd. Een van
de VAR leden is tijdelijk waarnemend unithoofd en daarom standaard aanwezig op het UHO.
Overleg met de Cliëntenraad heeft niet plaats gevonden.
Het overleg met de Dienst Geestelijke Verzorging van maart heeft in december een vervolg
gekregen in verband met de bezuinigingsmaatregelen voor 2010.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
38
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hoofdstuk 4. Beleid, inspanningen en prestaties
Dit hoofdstuk geeft een beschrijving van de visie en het meerjarenbeleid van MMC. Ook
benoemt het de doelstellingen voor 2011. Daarna passeren de volgende beleidsterreinen de
revue: kwaliteit en MMC Academie, HRM, facilitair, ICT, zorglogistiek en de ziekenhuisbrede
normen en waarden. Het hoofdstuk wordt afgesloten met het ziekenhuisbeleid ten aanzien van
samenleving, marketing en communicatie, milieu en financieel beleid.
4.1. Visie en meerjarenbeleid
Het verslagjaar past in de looptijd van het strategisch kader 2009 -2011. Dit kader is opgesteld
in samenspraak met interne belanghebbenden en in 2009 definitief vastgesteld door de raad van
bestuur, na goedkeuring door de raad van toezicht.
In dit kader staan de volgende uitgangspunten beschreven.
MMC is een naar buiten gericht dynamisch opleidingsziekenhuis met bovenregionale uitstraling
en aantrekkingskracht en kiest als strategische hoofdlijnen voor 2009-2011:
• Uitblinken in basiszorg
Máxima Medisch Centrum stuurt op een excellente procesorganisatie van specialistische
basiszorg, als beste van de regio. Procesinnovatie staat centraal en ambities, investeringen
en opleiding zijn hierop gericht. Onze patiënten waarderen Máxima Medisch Centrum om de
hoge service, het transparante zorgtraject,
de kwaliteit van zorg en de aangename omgeving.
Máxima Medisch Centrum wil de toekomst in als opleidingsziekenhuis met het geloof in de
sterke bijdrage daarvan aan excellente basiszorg. Bovendien is een factor van belang voor
de kwaliteit van zorg en continuïteit van Máxima Medisch Centrum in het aantrekken van
professionals.
• Topreferente zorg: moeder en kind
Máxima Medisch Centrum versterkt haar imago van topreferent centrum voor complexe
verloskunde en neonatologie, met uitbreiding naar brede specialistische zorg rond het kind.
Máxima Medisch Centrum speelt een leidende rol in fundamentele vernieuwing op deze
terreinen, door inbedding in de unieke technologische omgeving van Máxima Medisch
Centrum: de High Med Campus. Ouders en verwijzers uit de regio kiezen voor Máxima
Medisch Centrum vanwege de persoonlijke aandacht en expertise.
Máxima Medisch Centrum kiest voor uitblinken in specialistische basiszorg op beide locaties,
volgens de inmiddels doorgevoerde locatieprofilering. Gemeenschappelijk accent dat centraal
staat op beide locaties is het leveren van excellente en brede basiszorg, dicht bij huis. Maar de
locaties zijn ook onderscheidend ten opzichte van elkaar en de omringende ziekenhuizen:
 Máxima Medisch Centrum Eindhoven: planbare en laagrisico zorg, in aantrekkelijke
nieuwbouw;
 Máxima Medisch Centrum Veldhoven: acute en hoogrisico zorg en zorg voor moeder en
kind, in specifiek daarop aangepaste inrichting.
Een randvoorwaarde voor de realisatie van deze strategie is dat het eigen huis op orde is:
 een financieel gezonde exploitatie door focus op specialistische basiszorg en verbetering
van zorglogistiek;
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
39
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
 een goede ICT ondersteuning van zorgprocessen en informatieoverdracht;
 een strategieondersteunende vastgoedontwikkeling en functionele huisvesting;
 een professioneel kwaliteitssysteem.
Onze organisatie bestaat uit Resultaat Verantwoordelijke Eenheden die de hoekstenen
vormen voor kwaliteit van zorg en bedrijfsvoering.
4.2 Doelstellingen en verwachting komend jaar
In 2010 is de zorgvisie geactualiseerd, met een centrale plaats daarin voor de cliënt in relatie tot
diens omgeving. Bij een zorgvraag betrekt MMC ieder aspect van het menselijk welbevinden,
zowel lichamelijk, psychisch, sociaal als spiritueel. Deze aspecten zijn onlosmakelijk met elkaar
verbonden en beïnvloeden elkaar. Onze hoogwaardige zorg- en dienstverlening kenmerkt zich
door een inlevende, gastvrije en professionele beroepshouding. Wij geven hieraan uiting door
respect te tonen en het bevorderen van:
- vertrouwen
- veiligheid
- autonomie
- samenwerking.
Ook heeft in 2010 een herijking plaatsgevonden van het strategisch kader. Dit zal leidraad zijn
voor beleid zijn in de periode 2011-2014. In belangrijke mate wordt voortgebouwd op
strategische keuzes 2008-2011.
Strategische hoofdlijnen
Ziekenhuizen staan voor de uitdaging van verhoging van kwaliteit en doelmatigheid,
concentratie van zorg en differentiatie van het zorgaanbod. Ze moeten ook ondernemend en
financieel gezond zijn. MMC heeft zich daarom opnieuw beraden over haar profiel. MMC herkent
zich in het profiel dat in het strategisch kader 2008 - 2011 is beschreven, en wil dit anno 2011 2014 verbijzonderen naar de volgende 5 domeinen:
1. zorg
2. business
3. klant
4. personeel
5. keten
Dit leidt tot de volgende statements:
Bij MMC vinden wij dat:
1. Zorg- specialistische kennis en deskundigheid de basis zijn voor onze zorg, die primair is
gericht op de regio. Op een aantal terreinen wordt die deskundigheid gebundeld in
centra, die een bredere adherentie dan de directe regio hebben. Opleiding en
wetenschappelijk onderzoek zijn belangrijk voor het bereiken en behouden van de
deskundigheid die hiervoor nodig is.
2. Business – we zakelijk moeten zijn om zoveel mogelijk te kunnen investeren in de
kwaliteit van de zorg.
3. Klant – het leven door moet gaan, ook als je ziek bent en daarvoor hulp nodig hebt.
4. Personeel – je ook zorg moet besteden aan de hulpverleners, van nu en van de
toekomst.
5. Keten– we geen solist zijn, maar onderdeel van een groter geheel.
Deze vijf geschetste domeinen zijn in het strategisch kader 2011-2014 nader uitgewerkt.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
40
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Naast een strategisch profiel kenmerkt het ziekenhuis zich door de wijze waarop MMC werkt,
een ‘karakter’.
Het profiel en karakter van MMC in combinatie met de externe ontwikkelingen leiden tot de
volgende strategische keuzen en hoofdlijnen voor 2011:
1. Centrale thema’s
De centrale thema’s voor 2011 zijn gekoppeld aan het strategisch kader. Het gaat dan om:
 procesoptimalisatie (RVE overstijgend)
 versterken topklinische functie
 locatieprofilering
 eigen huis op orde
 financieel gezond
 ICT ondersteuning
 vastgoed en huisvesting
 kwaliteitssysteem.
2. Patiëntveiligheid
Steeds meer wordt onderkend dat aan complexe zorgprocessen risico’s zijn
verbonden. Het vraagt continu inspanning om de risico’s tot een haalbaar minimum terug te
brengen. Omdat er diverse initiatieven genomen zijn op het gebied van
patiëntveiligheid, is aandacht nodig voor samenhang en duidelijkheid Het “Veiligheidsplan,
doelstellingen 2010-2011” beschrijft hoe wij op dit moment omgaan met patiëntveiligheid en
welke ontwikkelingen worden ingezet. In 2011 wordt het plan geëvalueerd en aangepast.
3. NIAZ
Medio 2010 heeft het bestuurscollege het besluit genomen om de NIAZ accreditatie te behalen
(bezoek november 2011 en definitief besluit NIAZ 1e kwartaal 2012). Hiermee leggen wij extern
verantwoording af over onze zorgkwaliteit en scherpen wij interne kwaliteit- en
veiligheidsprocessen aan.
4. Kwaliteitsgegevens
Allerlei externe organisaties, zoals IGZ, vragen naar het inzichtelijk maken van de zorgkwaliteit.
Het doel hiervan is o.a. het vergroten van de keuzevrijheid van patiënten en gericht verbeteren
van de zorgkwaliteit. Daarnaast willen wij interne kwaliteitsindicatoren benoemen als
stuurinformatie. Het is de bedoeling om de kwaliteitsindicatoren zoveel mogelijk in het EPD op te
nemen.
5. HRM beleid
De gedachte “de patiënt centraal” vraagt om bijdragen van onze professionals en
leidinggevenden. Opleiding en onderzoek, kwaliteit en veiligheid en topprofessionals
dragen bij aan een aantrekkelijk werkomgeving en “een betere omgeving zorgt voor
betere zorgverleners” .
Onze omgeving wordt meer digitaal en kent minder grenzen dat leidt tot onzekerheid bij jongere
en onbekendheid bij oudere werknemers. Dit vraagt om leiderschap en
ondernemersgeest om werknemers te begeleiden en uit te dagen tot betere prestaties.
E-learning wordt geïntroduceerd als nieuw platform voor onderwijs en ontwikkeling.
De komende jaren komt meer druk te liggen op het kunnen beschikken over voldoende
gekwalificeerd personeel. De aantrekkingskracht van MMC als werkgever is hiervoor van
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
41
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
evident belang. Wij hebben goed inzicht nodig in de toekomstige behoefte aan personeel
(strategische personeelsplanning).
Voor employabilty zijn horizontale- en verticale loopbaanpaden nodig. De ondersteuning van
loopbaanontwikkeling en het stimuleren van de leeractiviteiten in het kader van levenlang leren
zijn daarbij belangrijk, naast het bieden van een veilige werkomgeving waarin mensen kunnen
excelleren.
De ingezette weg van de fysiologie zal worden voortgezet. Het overtreffen van verwachtingen
van patiënten en klanten en het creëren van een aanspreekcultuur zijn hier voorbeelden van.
Het huidige sociaal beleid, zowel op gebied van HR als opleidingen, vraagt om
aanpassing, o.a. met onderwerpen zoals generatiemanagement en nieuw beleid op
arbeidsomstandigheden.
6. Medewerkerstevredenheid
Uit het onderzoek naar medewerkertevredenheid bleek dat betrokkenheid van
medewerkers bij MMC geringer is ten opzichte van benchmark gegevens en dat
ontwikkelingsmogelijkheden worden gemist. Dit vraagt om maatregelen op centraal
niveau en in de RVE’s, zoals opleidingsplannen voor beroeps- en bedrijfsopleidingen en plannen
voor teamontwikkeling. Voor 2011 is gekozen om deze plannen en de daarmee gemoeide
kosten centraal te monitoren middels het format Opleidingsplan 2011. Hiermee verkrijgen we
een breed inzicht in gewenste en noodzakelijke leeractiviteiten binnen MMC.
4.3 Missie, visie, waarden en normen
Missie
Máxima Medisch Centrum draagt bij aan een beter bestaan door specialistische zorg van
topkwaliteit te leveren met een voortreffelijke service. Door middel van medisch
wetenschappelijk onderzoek brengt ons medisch centrum bovendien medisch technologische
kennis en kunde op een nog hoger peil.
Visie
In een wereld waarin gezondheid het grootste goed is en elk aspect van het dagelijks leven
raakt, wil Máxima Medisch Centrum een toonaangevend ziekenhuis zijn op het gebied van
preventie van ziekten evenals behandeling en reïntegratie.
Wij hebben als uitgangspunt het meest klantvriendelijke ziekenhuis in regio Zuidoost-Brabant te
willen zijn.
MMC waarden
De MMC waarden zijn al eerder in het Go4Max traject vastgesteld en gecommuniceerd met
MMC medewerkers. De MMC normen zijn centraal vastgesteld, maar vormen nu samen met de
waarden die door medewerkers van de organisatie zelf zijn aangereikt een complementaire set.
Máxima Medisch Centrum levert zorg van topkwaliteit
Onze zorg voldoet altijd aan de standaard die is vastgesteld door medische
beroepsverenigingen. Op basis daarvan meten en controleren wij onze prestaties. Deskundigen
op verschillende vakgebieden werken nauw met elkaar samen om te komen tot de beste
behandeling. Wij willen en zullen goed luisteren naar de patiënt en zijn vertegenwoordiger. En
natuurlijk is Máxima Medisch Centrum een veilig ziekenhuis.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
42
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De patiënt is het middelpunt van ons handelen; wij organiseren de zorg rondom
hem heen
Máxima Medisch Centrum zoekt samen met de patiënt naar de beste zorg. Iedere patiënt heeft
een eigen probleem en verdient dus persoonlijke aandacht. Alle kennis en kunde van het
ziekenhuis staat in dienst van de patiënt, niet omgekeerd. Wij willen dat onze patiënt vertrouwen
heeft in de behandeling en zich niet onzeker voelt.
Wij informeren hem daarom duidelijk, volledig en zorgvuldig. Persoonlijke informatie wordt rustig
en onder vier ogen gegeven, zonder vakjargon.
Medewerkers hebben werk dat de moeite waard is
Onze mensen werken deskundig en toegewijd aan zorg van topkwaliteit met de patiënt als
middelpunt. Een team in ons ziekenhuis vormt een werkomgeving waarin mensen de
gelegenheid krijgen zich te ontplooien en te verbeteren. Persoonlijk initiatief wordt gewaardeerd.
De resultaten van het team komen op de eerste plaats, maar er is altijd aandacht voor ieders
bijdrage daaraan. Plezier in het werk is belangrijk.
Inspiratie door opleiding, wij delen onze kennis met anderen
Onze professionals delen hun kennis met nieuwsgierige en kritische jonge artsen en andere
medewerkers. Máxima Medisch Centrum is een kennisinstituut.
Veel medewerkers voeren wetenschappelijk onderzoek uit en publiceren daarover in
toonaangevende vaktijdschriften. Aanhoudende vernieuwing en verspreiding van kennis is van
levensbelang voor onze patiënten en ons ziekenhuis. Máxima Medisch Centrum is lid van de
Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen (STZ).
Wij zijn een economisch gezond ziekenhuis
Een ziekenhuis is een organisatie met hoge kosten. Daar moeten zoveel inkomsten tegenover
staan dat wij onze ambities kunnen realiseren, kunnen innoveren en kunnen groeien. Eerder is
vastgesteld wat moet worden bereikt en binnen hoeveel tijd. De doelstellingen zijn openbaar,
dus toetsbaar zodat duidelijk is of wij ze al of niet bereiken.
MMC normen
De MMC normen zijn al eerder in het Go4Max traject vastgesteld en gecommuniceerd met MMC
medewerkers. De MMC normen zijn centraal vastgesteld, maar vormen nu samen met de
waarden die door medewerkers van de organisatie zelf zijn aangereikt een complementaire set.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
43
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.4
Algemeen kwaliteitsbeleid
MMC streeft naar het continu verbeteren, borgen en zichtbaar maken van de kwaliteit van zorg.
In de tweede helft van 2010 is het intern auditbeleid van MMC vastgesteld. Voorts zijn interne
auditors opgeleid en heeft een eerste interne audit in het kader van NIAZ plaatsgevonden.
Verder is de planning van de interne audits voor de komende jaren is vastgesteld. De afdelingen
en processen die door het NIAZ als risicovol zijn aangemerkt worden allemaal in de eerste helft
van 2011 geaudit.
Naast audits in het kader van NIAZ vinden diverse andere audits plaats. Voorbeelden hiervan
zijn hygiëne audits, schoonmaakaudits, audits in het kader van TOP.
4.4.1 Patiëntveiligheid
Al in eerdere jaren zijn stappen gezet om te komen tot een veiligheidsmanagementsysteem
(VMS). In 2010 zijn weer een aantal belangrijke vervolgstappen gezet om tot een dergelijk
systeem te komen.
De pijlers van het VMS van MMC berusten op:
1 bewustwording: welk patiëntveiligheidsprobleem heeft MMC;
2 de opzet van een structuur: de basiselementen van het patiëntveiligheidssysteem;
3 de aanpak van inhoudelijke patiëntveiligheidsthema’s.
De uitvoering van deze activiteiten sluit aan bij de wetenschappelijke en landelijke
ontwikkelingen zoals het veiligheidsprogramma ‘Voorkom schade, werk veilig’. Dit
veiligheidsprogramma is gestart in januari 2008 en heeft als doel de vermijdbare onbedoelde
schade aan patiënten in de Nederlandse ziekenhuizen in vijf jaar tijd met 50% te reduceren.
In 2010 heeft de stuurgroep patiëntveiligheid tijdens haar bijeenkomsten sturing gegeven aan
het VMS. van MMC.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
44
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Samenstelling stuurgroep patiëntveiligheid
Naam
Functie in commissie
Dhr. T. van de Schepop
voorzitter
Prof. Dr. J.H. Zwaveling
lid
Dhr. J. de Koning
lid
Dhr. F. van Daal
lid
Mw. T. de Vries
lid
Mw. B. Ternooij - van de Aker lid
Mw. S. Troost
lid
Mw. Dr. N. Goessens
lid
Dhr. B. Leenhouts
lid
Mw. E. de Koning
lid
Mw. H. Kuijten
secretaris
4.4.2
Functie in MMC
Directeur organisatie ontwikkeling
Lid raad van bestuur
Lid bestuurmedische staf / intensivist
Bedrijfsmanager
Unithoofd
Lid VAR / verpleegkundige
Ziekenhuisapotheker
Adviseur patiëntveiligheid
Lid cliëntenraad
Lid cliëntenraad
Manager kwaliteit & veiligheid
Re-actief leren
Vimmen
Eén van de belangrijkste instrumenten is het Veilig Incident Melden. MMC heeft al jaren een
commissie Meldingen Incidenten Patiëntenzorg (MIP). In 2008 is gestart met het omzetten van
het van oudsher bekende ‘melden van incidenten in de patiëntenzorg ’naar Veilig Incident
Melden(VIM). Deze vernieuwde opzet houdt in dat op elke afdeling een decentrale VIMcommissie wordt ingesteld. Deze decentrale opzet bevordert laagdrempelig en veilig melden van
onbedoelde gebeurtenissen. De decentrale commissie zoekt vervolgens een oplossing op maat.
Deze opzet draagt tevens bij aan groei van het risicobewustzijn.
Centrale en decentrale commissies VIM
De risicomatrix voor MMC was al in 2008 vastgesteld. Op basis van ernst van het letsel en
frequentie van herhaling wordt bepaald of het incident in de decentrale commissie of in de
centrale commissie VIM wordt geanalyseerd. Calamiteiten worden altijd gemeld aan de Medisch
calamiteitenteam.
Aan alle decentrale VIM commissies wordt deelgenomen door de leidinggevende van de
betreffende afdeling. Ook is, indien van toepassing op de afdeling, een medisch specialist lid
van de commissie. In 2010 is op alle klinische verpleegafdelingen een decentrale VIM
commissie gevormd en op een groot deel van de poliklinieken en patiënt ondersteunende
afdelingen.
Door de decentrale VIM commissies worden verbeteracties geïnitieerd en geïmplementeerd.
Naast de decentrale VIMcommissies functioneert ook nog een centrale VIM commissie.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
45
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Samenstelling centrale VIMcommissie
Naam
Functie in commissie
Functie binnen Máxima Medisch Centrum
De heer J. de Koning
voorzitter
intensivist
De heer L. le Mair
Lid
anesthesioloog
Dr. M. de Kleine
Lid
kinderarts-neonatoloog
De heer G. de Wolf
Lid
unithoofd
Mw. W. van de Koot
Lid
fysiotherapeut
Mw. S. Troost
Lid
ziekenhuisapotheker
De heer F. Spiering
Lid
bedrijfsmanager
De heer W. Leclercq
Lid
arts assistent
Mw. W. Verheyden
Lid tot april 2010
verpleegkundige
Mw. L. Kaspers
Lid vanaf 1-11-2010
Verpleegkundige
Mw. T. Gruijters
Secretariaat
secretaresse K&V
Door de laagdrempeligheid en het veilige karakter stijgt het aantal meldingen fors.
Incidenten patiëntenzorg
Incidenten patiëntenzorg gemeld
bij Centrale VIM commissie
VIM meldingen
Totaal
Aantal meldingen bij centrale
VIM commissie die geleid
hebben tot maatregelen
2008
585
2009
289
2010
110
137
702
18
1786
2075
25
3645
3755
6
De volgende aanbevelingen zijn gedaan c.q. verbeteracties zijn in gang gezet naar aanleidingen
van meldingen besproken in centrale VIMcommissie:
- samenwerking hoofdbehandelaar en medebehandelend specialisten
- autoriseren van elektronische medicatieopdrachten
- opstellen richtlijnen voor transport van patiënten
- heroverwegen aankoopbeleid m.b.t. bepaalde medicatie
- inzage geanonimiseerde incidentmeldingen door hemovigilantie verpleegkundige, klinische
fysica, medicatieveiligheidsfunctionaris en persoon die zich bezig houdt met valincidenten na
expliciete toestemming door melder
- goed gebruik Stieghelmeyer bedden
Verbeteracties n.a.v. meldingen in decentrale VIMcommissies zijn o.a.:
- Luna-bed op de kinderafdeling zodat valincidenten bij onrustige kinderen nihil zijn geworden;
- Opvallende stickers op verpakking van medicatie die in de koelkast bewaard moeten blijven
zodat bij aflevering vanuit de apotheek dit opvalt.
- De transportmedewerker levert medicatie alleen af op een afdeling als een medewerkers van
de afdeling deze persoonlijk in ontvangst kan nemen zodat deze niet onbeheerd op de
afdeling staan.
- Escalatieteam is vanaf 17.00 uur aanwezig. Voorheen was dit vanaf 20.00 uur.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
46
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
- Nieuwe polsbandjes
Onderzoek medische calamiteiten
De zorgaanbieder is wettelijk verplicht iedere calamiteit te melden aan de Inspectie voor de
Gezondheidszorg (artikel 4a van de Kwaliteitswet). MMC draagt hier zorg voor. Ten behoeve
hiervan is al een aantal jaren geleden een Medisch Calamiteiten Team (MCT) ingesteld. Het
melden van calamiteiten valt niet onder het ‘Veilig Incident Melden’.
Samenstelling Medisch Calamiteiten Team (MCT)
• lid raad van bestuur(voorzitter);
• lid stafbestuur;
• lid medische staf.
Ieder lid heeft een vaste vervanger.
Het MCT zorg ervoor dat iedere calamiteit wordt onderzocht, zodat het ziekenhuis op het
hoogste niveau verantwoording af kan leggen over de kwaliteit van de geleverde zorg. Het MCT
stelt hiervoor onderzoekteams in en definieert opdrachten aan deze teams. Het MCT analyseert
de rapportages van de door hem ingestelde onderzoeksteams en ziet erop toe dat zowel de
betrokken zorgverleners als de patiënt of diens naasten op gepaste wijze worden geïnformeerd
over de bevindingen. Het MCT trekt conclusies met betrekking tot vermijdbaarheid en
verwijtbaarheid en definieert vervolg acties naar aanleiding van deze conclusies.
Doordat binnen MMC op diverse manieren aandacht wordt gegeven aan het melden van
incidenten en calamiteiten is het afgelopen jaar ook een forse toename te zien van het aantal
gemelde calamiteiten.
Omdat het gewenst is dat deze calamiteiten zorgvuldig worden onderzocht zijn 8 medewerkers
van MMC beschikbaar om te kunnen functioneren als voorzitter van een onderzoeksteam.
In 2010 zijn 26 meldingen binnen gekomen bij het MCT. Deze zijn allemaal besproken binnen
het MCT waarna 15 calamiteiten zijn gemeld bij de Inspectie. 11 meldingen zijn als VIM
afgehandeld door de centrale VIM-commissie.
HSMR
De Inspectie heeft als kwaliteitsindicator opgenomen de hospital standarized mortality index als
een van de maatstaven van kwaliteit van zorg. In 2010 heeft MMC de absolute HSMR
ontvangen naar aanleiding van ingestuurde data en bewust de keuze gemaakt om geen gerichte
interventies uit te zetten op de kwaliteitsindicator HSMR. In plaats daarvan kiest MMC voor het
verrichten van dossieronderzoek op elk overleden patiënt in MMC. De Inspectie is door MMC
geïnformeerd over haar keuze m.b.t. HSMR.
Aantal overleden patiënten
Het aantal patiënten dat in 2010 in MMC is overleden is 588. Hiervan zijn er 8 patiënten op de
NICU (intensive care voor te vroeg geboren kinderen) overleden. Deze NICU heeft een functie
voor heel zuid Nederland.
Dossier onderzoek
In het verslagjaar is voorbereidend werk verricht om te starten met dossieronderzoek op elke
overleden patiënt in MMC volgens de Emgo-Nivel methode. Dit houdt in dat het gehele dossier
van een patiënt in eerste instantie wordt doorgenomen door een verpleegkundige op de
aanwezigheid van een of meerdere voorgeselecteerde trigger(s). Indien dit het geval is wordt het
dossier doorgenomen door een of meerdere medisch specialisten om te kijken of er mogelijke
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
47
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
vermijdbare schade is opgetreden. Het doel van dit onderzoek is om verbetermaatregelen te
initiëren en te leren van de gebeurtenis.
4.4.3 Pro actief leren
MMC geeft op diverse manieren invulling aan pro-actief leren.
Integraal risicomanagementsysteem
Zowel vanuit het oogpunt van Corporate Governance (Zorgbrede Governancecode) als vanuit
de wens als organisatie inzicht te hebben in de mate waarin we ‘in control’ zijn, te weten welke
risico’s het behalen van onze doelstellingen belemmeren en risicobewustzijn te creëren is in
2010 een vervolg gegeven aan de opzet van een integraal risicomanagementsysteem. De opzet
hiervan is medio 2010 vastgesteld door het bestuurscollege. Na vaststelling is direct gestart met
de nadere uitwerking en implementatie. In paragraaf 3.2.2. staat dit verder uitgebreid
beschreven.
Prospectieve risico analyses
In 2010 zijn binnen MMC ook diverse gestructureerde prospectieve risico-analyses uitgevoerd
bij de aanschaf van medische hulpmiddelen. In 2011 wordt dit verder vormgegeven binnen
zorgprocessen.
Risicoprofiel MMC n.a.v. aansprakelijkstellingen
In 2010 heeft aansprakelijkheidsverzekeraar Medirisk op basis van de ingediende
aansprakelijkstellingen 2005 – 2009 een risicoprofiel voor MMC opgesteld. Dit profiel is in de
tweede helft van 2010 met lid raad van bestuur, voorzitter stafbestuur en manager K&V
besproken. Gezien het gering aantal aansprakelijkstellingen ingediend door MMC was het niet
mogelijk om verbeteracties in gang te zetten n.a.v. dit risicoprofiel.
4.4.4
Thema’s / projecten
4.4.4.1 Landelijke thema’s patiëntveiligheid
Naast het inhoud geven aan het veiligheidsmanagementsysteem wordt ook gewerkt aan de 10
(landelijk) inhoudelijke thema’s met als doel de vermijdbare schade in vijf jaar tijd te reduceren
met 50%.
Voor alle thema’s uit dit programma is een medisch specialist als voorzitter benoemd. Uiterlijk op
het moment als voor een thema de landelijke praktijkgids beschikbaar komt wordt een
projectgroep gevormd, wordt een plan van aanpak opgesteld en wordt gestart met de
implementatie van de interventies. In 2010 waren negen praktijkgidsen beschikbaar en op deze
onderwerpen ook projectgroepen actief binnen MMC.
4.4.4.2 Medicatieveiligheid
De uitrol van het elektronisch voorschrijf- en toediensysteem was al in 2009 afgerond. Zowel
klinisch als poliklinisch kunnen artsen de medicatie voorschrijven. Het gehele medicatieproces is
hierdoor inzichtelijker geworden. Dit geeft een andere werkdruk bij de artsen dan de oude
systematiek maar voorkomt een heleboel overschrijfmomenten. Binnen MMC is men tevreden
over de bereikte resultaten.
Bij het opzetten van veiligheidsrondes is ook een speciale plaats ingeruimd voor
medicatieveiligheid. De juiste opslagcondities en de juiste manier van klaarmaken en toedienen
van parenterale geneesmiddelen wordt getoetst in de rondes.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
48
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Medicatiefouten die gemeld worden binnen MMC zijn ook aangemeld bij de Centrale
Medicatefouten Registratie (CMR), het landelijke meldpunt van de NVZA om daar mee te helpen
naar het zoeken van de belangrijkste risicoprocessen binnen medicatieveiligheid.
Overdrachtsmomenten worden als belangrijkste risicomomenten aangemerkt. In 2008 is daarom
al gestart met het project ‘farmaceutisch opname gesprek’ voor geplande orthopedische
patiënten. In het kader hiervan zijn apothekers assistenten geschoold. in 2009 is dit uitgebreid
naar medicatie-opname gesprekken tijdens de pre-operatieve screening op de locatie
Eindhoven. In 2010 is gestart bij de electieve patiënten die het pre-operatieve spreekuur
bezoeken op de locatie Veldhoven.
De komst van de poliklinische apotheek de Karpen heeft het ook mogelijk gemaakt een begin te
maken met het voeren van ontslaggesprekken. De medicatiebegeleiding voor electief
opgenomen, orthopedische patiënten is nu volledig van opname tot ontslag. Dit leidt tot grote
tevredenheid bij verpleging, artsen en patiënten.
Op locatie Veldhoven is gestart met medicatiebegeleiding van de spoedopname. Op de acute
opname afdeling (AOA) is een multidisciplinair overleg gestart. Apotheekmedewerkers komen
dagelijks op de AOA om voor de nieuw opgenomen patiënten het medicatieoverzicht compleet
te maken. Op de AOA worden de recepten geautoriseerd. Ter plaatse wordt overlegd gevoerd
over onduidelijkheden. Dit komt de veiligheid en de logistiek ten goede.
Op een klinische afdeling op locatie Veldhoven zijn apotheekmedewerkers gestart met het
uitzetten van medicatie. In de nacht hoeft de verpleging dit nu niet meer te doen. De verpleging
heeft meer tijd voor de patiënt, vragen en onduidelijkheden worden door de apotheek ter plekke
opgelost en tegelijkertijd wordt de geneesmiddelkamer op de verpleegafdeling beter
onderhouden. Dit verbetert de patiëntenzorg en daarmee de patiëntveiligheid.
Tot slot heeft de komst van apotheek de Karpen en apotheek de Run het mogelijk gemaakt om
een begin te maken met farmaceutische ketenzorg. Farmaceutische zorg die in het nazorg
traject van de specialistische behandeling ligt, kan door deze apotheken efficiënt en goed
worden ingevuld. Er is gestart met de specialistische farmaceutische zorg van knie-, heup- en
staar-operaties.
Medicatieveiligheidshesjes
Medicatiehesjes in de gezondheidszorg zijn voortgevloeid uit het verbetertraject
medicatieveiligheid van Zorg voor Beter. Bij het uitdelen van medicatie kunnen medicatiefouten
ontstaan doordat medewerkers tijdens het delen door “vragen en andere interrupties”
worden afgeleid. Uit onderzoek blijkt dat door het dragen van een medicatiehesje, medewerkers
nog maar 8 in plaats van 24 keer per ronde worden gestoord.
Omdat een derde van alle Veilig Incident Meldingen over medicatie gaan is het besluit genomen
om voor elke verpleegafdeling in MMC hesjes aan te schaffen. Deze hesjes worden
gedragen tijdens de vaste deelrondes. Op zo’n hesje staat de tekst ‘medicatieronde, niet storen
a.u.b.’. Op deze manier is voor iedereen (collega’s, patiënten en bezoek) duidelijk dat degene
die het hesje draagt niet mag worden gestoord.
4.4.4.3 Cultuur
Patiëntenparticipatie
Patiëntveiligheid kent diverse actoren. MMC ziet de patiënt ook als een actieve speler. In het
kader van patiëntenparticipatie is in 2008 de patiëntveiligheidskaart en –poster geïntroduceerd.
Deze kaarten en posters geven patiënten tips die zij in de communicatie met hun zorgverlener
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
49
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
kunnen gebruiken. Er is een variant voor patiënten die de polikliniek bezoeken en één voor
mensen die opgenomen worden. De kaart is ook opgenomen in de opnamefolder. MMC hoopt
dat de cartoons op de kaart en de poster mensen aan het denken zetten, zodat ze zich
realiseren hoe belangrijk hun bijdrage aan hun eigen veiligheid is. De kaart en poster zijn
nadrukkelijk niet bedoeld om de verantwoordelijkheid voor het leveren van veilige zorg af te
schuiven op de patiënt, maar heeft de insteek om daar waar mogelijk en gewenst, de patiënt
een rol te geven om zijn behandeling (nog) veiliger te maken.
Ook in het blad ‘Máximaal’, de informatiekrant voor patiënten en bezoekers van Máxima
Medisch Centrum is aandacht besteed aan het onderwerp patiëntveiligheid en de rol van de
patiënt hierbij.
In de landelijke week patiëntveiligheid was het onderwerp ook de patiënt centraal, Er is een film
gemaakt door bereidwillige patiënten van MMC die aangeven hoe patiëntveilig MMC is. Tevens
zijn er acteurs actief geweest op de polikliniek om de patiënt op een ludieke manier bewust te
maken van patiëntveiligheid. Voor alle medewerkers van MMC is een boekje beschikbaar
gesteld getiteld ‘Met een andere bril’ waarin medewerkers van MMC hun eigen ervaring of die
van hun naaste vertellen.
Dag en Nacht
Theatervoorstelling Dag en Nacht is in 2010 tweemaal vertoond voor medewerkers van MMC.
Een vaatchirurg heeft onverwacht een uur tijd voor bezinning. Zijn noodkreet werpt licht op de
flinterdunne scheidslijn tussen dag en nacht. De maatschappij vraagt om perfectie en de
werkdruk is 24/7 voelbaar. Een race tegen incidenten lijkt onvermijdbaar. Is de patiëntveilige
cultuur een utopie of een realiteit?
Veiligheidsrondes
Cultuur is een belangrijk element bij patiëntveiligheid. Het bouwen aan veilige zorg vraagt om
een open en pro-actieve cultuur op de afdelingen. Het veranderen van gedrag en stimuleren van
professionals om anders naar het eigen werk te kijken zijn aspecten die aandacht vragen bij het
werken aan veiligheid.
Om patiënt- maar ook medewerkerveiligheid te bevorderen en te verbeteren is gestart met
veiligheidsrondes. Veiligheidsronde betekent letterlijk het lopen van een ronde op een afdeling
waarbij specifiek gelet wordt op veiligheid.
Vanaf januari 2009 wordt op alle patiëntgebonden afdelingen de veiligheidsronde gelopen. Een
maal per twee maanden loopt een medewerker of leidinggevende de ronde op zijn/haar afdeling.
Daarnaast komt er frequent een aandachtsdeskundige (medicatie-veiligheidsfunctionaris,
adviseur infectiepreventie, medewerker MIT, medewerker CSA, medewerker voedingsdienst) op
de afdeling een ronde lopen. Deze aandachtsdeskundige kijkt specifiek naar de veiligheid op zijn
/ haar aandachtsgebied. Vanaf eind 2009 worden periodiek rapportages verspreid aan
leidinggevenden van de afdeling, bedrijfsmanagers en bestuurscollege. In 2010 zijn de vragen in
de veiligheidsronde aangepast aan behoeften en vereiste situatie en zijn de rapportages verder
vormgegeven.
In de week van de patiëntveiligheid hebben leden van de cliëntenraad van MMC meegelopen bij
veiligheidsrondes.
4.4.4.4 Escalatie team locatie Eindhoven
Ten gevolge van het invoeren van het zorglogistieke model is door de raad van bestuur ten
behoeve van locatie Eindhoven een escalatieteam ingericht. Dit team functioneert, sinds de
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
50
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
sluiting van de SEH en de IC, per 15 september 2008. Het team is zodanig ingericht dat altijd
één arts en één verpleegkundige tijdens diensten (avond, nacht en weekend) beschikbaar zijn.
Beide zijn ALS geschoold. De verpleegkundige heeft tevens een IC- of SEH-opleiding gevolgd.
Tijdens kantooruren zijn een anesthesist en een verpleegkundige oproepbaar. Vanaf 2010 is het
team vanaf 17.00 uur aanwezig. Voorheen was dit vanaf 20.00 uur. Alle oproepen van het
escalatieteam worden geregistreerd en geëvalueerd door de escalatiecommissie. De
rapportages worden aangeboden aan lid raad van bestuur en de bedrijfsmanager van de acute
kern.
4.4.4.5 Brandveiligheid
Als brandveiligheid van ziekenhuizen ter sprake komt is dat in veel gevallen negatief. Dat het
anders kan bewijst de locatie Eindhoven van het Máxima Medisch Centrum (MMC). Dit
ziekenhuis is optimaal beveiligd tegen brand.
Na een (functionele) gebouwbeoordeling bleek dat er in het MMC Eindhoven nogal wat
achterstallig onderhoud was, een goede reden om niet alleen het onderhoud aan te pakken,
maar ook meteen integrale maatregelen op het gebied van brandveiligheid te treffen. In plaats
van rücksichtslos te proberen te voldoen aan de prestatie-eisen vanuit het bouwbesluit en
gebruiksbesluit, is de risicobenadering als uitgangspunt genomen.
Risicobenadering
De juiste samenstelling en afstemming van de verschillende brandbeveiligingsmaatregelen aan
de hand van een risicobenadering binnen dit brandbeveiligingsconcept, is vastgelegd in een
Integraal Plan Brandveiligheid (IPB).
Compartimentering en blusinstallaties
In de bouwdelen met een laag risico voldeed de compartimentering zoals die nu al bestaat.
Maar voor gebieden met een hoog risico koos het ziekenhuis voor een hoger niveau dan
wettelijk geëist wordt. Dat geldt bijvoorbeeld voor het beddenhuis, waar zowel de
compartimentering als een snelle reactie door de bedrijfshulpverlening door de lage bezetting ’s
nachts, niet altijd gegarandeerd kan worden. Om de brand beheersbaar te houden en daardoor
de veiligheid van patiënten en medewerkers te garanderen is ervoor gekozen om in het
beddenhuis een automatische blusinstallatie te installeren.
Grote kans op overleven
In relatie tot de sprinklerbeveiliging is uit onderzoek gebleken dat in geval van brand de
patiënten buiten de brandruimte nagenoeg geen risico lopen en patiënten in de brandruimte een
grote kans op overleven hebben.
4.4.5
(externe) Toetsing
NIAZ
Al een aantal jaren geleden heeft MMC uitgebreid gediscussieerd over het behalen van een
accreditatie door het Nederlands Instituut voor Accreditatie van Ziekenhuizen (NIAZ).
Nadrukkelijk is ook stilgestaan bij de vraag of dit een toegevoegde waarde heeft voor MMC en
hoe het past bij de ingezette organisatieontwikkeling. Geconcludeerd is dat het gewenst is dat
MMC aan kan aantonen dat zij beschikt over een certificaat of accreditatiebewijs. Echter het
behalen van dit certificaat of accreditatiebewijs mag geen doel op zich zijn, het moet nadrukkelijk
een bijdrage leveren aan het behalen van de collectieve ambitie van MMC.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
51
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
In de eerste helft van 2010 heeft MMC een pre-reservering voor een NIAZ-accreditatie in 2011
aangevraagd. Eind 2010 is de definitieve aanvraag ingediend. In de 2e helft van 2010 zijn alle
RVE’s en het bestuurscollege (MMC breed) gestart met het uitvoeren van een zelfevaluatie in
het kader van NIAZ.
MMC gebruikt het model van NIAZ-INK als kwaliteitssysteem. Daarnaast zijn er binnen diverse
eenheden andere kwaliteitssystemen operationeel (o.a. CCKL klinisch lab, HKZ dialyse, SCAS:
accreditatie SMA & sportgeneeskunde, HACCP voedingsdienst, NEN-ISO 7510
informatiebeveiliging, GMP-z apotheek, NEN-ISO 9001 facilitair bedrijf).
Kwaliteitsindicatoren
Patiënten, zorgaanbieders, zorgverzekeraars, politiek en media vragen steeds nadrukkelijker om
inzicht in de kwaliteit van de zorg. De kwaliteit van de zorg wordt transparant gemaakt door
middel van indicatoren. Jaarlijks wordt door de inspectie (IGZ), Zichtbare Zorg en
Zorgverzekeraar Nederland gevraagd de resultaten te rapporteren.
Over 2009 zijn in de set van IGZ voor het eerst ook specifieke indicatoren patiëntveiligheid
opgenomen. Dit betreft bijna allemaal organisatie-indicatoren. Deze indicatoren gelden ook over
2010.
De sets van aandoeningen waarvoor indicatoren zijn ontwikkeld door Zichtbare Zorg is in 2010
met 24 kwaliteitsindicatoren uitgebreid. Het totaal aantal indicatoren van Zichtbare Zorg komt
hiermee op 46. Door Zichtbare Zorg wordt een onderscheid gemaakt in verplichte en niet
verplichte indicatoren.
MMC heeft besloten om gegevens van alle indicatoren (zowel verplichte als niet verplichte
indicatoren) te verzamelen en aan te leveren. De reden hiervoor is dat het aanleveren van
kwaliteitsgegevens een collectief belang dient en dat de niet verplichte set veel oncologische
indicatoren bevat.
Hoewel MMC maximaal transparant wil zijn over haar resultaten heeft ze vanwege de grote
hoeveelheid indicatoren en het adhoc karakter ervan in 2010 besloten niet mee te werken aan
de ZN uitvraag. Zodra deze gegevens worden opgenomen in de set van Zichtbare Zorg worden
de gegevens aangeleverd.
Met name door de uitbreiding van de set indicatoren van Zichtbare Zorg is het cruciaal meer
informatie op patiëntniveau beschikbaar te hebben. Dit wordt meegenomen bij de implementatie
van het EPD om zodoende de werklast voor dataregistratie te minimaliseren.
De IGZ en Zichtbare Zorg hanteren beide, evenals vorig jaar, het vervroegde tijdstip van
aanleveren van 15 april 2011. Hoewel dit een forse extra druk op ten aanzien van de planning
opleverde kon alles worden aangeleverd.
In 2010 heeft het MMC de 21e plaats gehaald in de AD-ziekenhuis top 100. De hoogste plaats
tot nu toe! Verbeterpunten zijn onder andere te vinden in een verbetering van de registratie en
op sommige onderdelen verbeteren van de kwaliteit.
Máxima Medisch Centrum scoort ook goed in het onderzoek van weekblad Elsevier naar de
beste ziekenhuizen. In het onderzoek van Elsevier zijn acht punten te scoren in het eindoordeel,
MMC scoort er zeven. Het onderzoek van Elsevier is gebaseerd op openbare feitelijke gegevens
die ziekenhuizen verplicht openbaar moeten maken (kwaliteitsindicatoren), wachtlijsten,
patiëntenenquêtes en het jaarverslag 2009. Het weekblad heeft het onderzoek gebaseerd op de
onderdelen medische zorg & patiëntgerichtheid én veiligheid & effectiviteit. Op het gebied van
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
52
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
medische zorg & patiëntgerichtheid behaalt MMC de maximale score. In de categorie veiligheid
& effectiviteit scoort MMC bovengemiddeld.
Visitaties
In 2010 zijn de vakgroepen / maatschappen gevisiteerd:
- Klinische chemie
- Gezondheidszorgpsycholoog
Borging kwaliteit medisch specialistische zorg
In Máxima Medisch Centrum wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan de
kwaliteit van de medisch specialistische zorg:
- Kwaliteit en veiligheid is een vast thema op de vergaderingen van de medische staf: medischinhoudelijke protocollen en afspraken die voor de hele staf van belang zijn, komen uitgebreid
aan bod.
- Ook heeft de medische staf een kwaliteitssysteem ingevoerd dat gericht is op het verbeteren
van de kwaliteit van het functioneren. Het streven is om alle leden van de medische staf eens
per twee jaar een individueel gesprek met een daarvoor getrainde collega-specialist te laten
hebben waarin het professioneel functioneren van de specialist wordt geëvalueerd. Deze
professionele kwaliteit wordt bepaald door een samenspel van o.a. het medisch-inhoudelijk
handelen, de attitude van het staflid, de communicatie én de organisatie van de
beroepsuitoefening. Veel specialisten kennen ook binnen hun vakgroep/maatschap nog de
zogenaamde jaargesprekken over hun functioneren.
- Tot slot is er het kwaliteitsreglement borging functioneren leden medische staf. In dit
document wordt de procedure beschreven die wordt gevolgd bij een vermoeden van
disfunctioneren van een staflid: de melding van een mogelijk disfunctioneren, het instellen van
een onderzoekscommissie, afspraken rondom een verbetertraject en een eventuele
beëindiging van de samenwerking komen in het reglement aan bod. In 2010 liep deze
procedure voor één staflid.
4.4.6 Beleving door patiënten
Hoe patiënten de zorg in MMC beleving wordt op diverse manieren in kaart gebracht o.a. via het
meten van ervaringen, klachten, complimenten, ideeën en suggesties. De gegevens van de
patienttevredenheidsonderzoeken zijn weergegeven in bijlage E.
Meten ervaringen van patiënten
Máxima Medisch Centrum hecht grote waarde aan het systematisch in beeld brengen van
ervaringen van patiënten. Sinds jaren wordt dit gemeten. In 2010 werd op 23 verpleegafdelingen
continue onderzoek uitgevoerd. 5176 klinische patiënten hebben aan dit onderzoek
deelgenomen. Bij dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van een gecombineerde vragenlijst
zoals gebruikt in academische ziekenhuizen (NFU) en door de NVZ. De vragen in het onderzoek
richten zich op bereikbaarheid, bejegening, zorgverlening en veiligheid (o.a. de verstrekking van
geneesmiddelen). De gemiddelde totaalscore onder klinische patiënten was 8,0.
In 2010 is ook onder poliklinische patiënten tevredenheids onderzoek uitgevoerd. Aan dit
onderzoek (steekproef), wat binnen 40 poliklinieken is uitgevoerd, hebben 2671 patiënten
deelgenomen. De gemiddelde totaalscore onder poliklinische patiënten was 8,0.
De resultaten van het onderzoek worden periodiek aan het management van het ziekenhuis
aangeboden (bestuurscollege, leiding RVE en leiding betrokken afdelingen).
In deze rapportages zijn ook de rapportages van de klachtenbemiddeling opgenomen.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
53
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Naast bovengenoemde onderzoeken die centraal in MMC werden uitgevoerd is op
onderstaande afdelingen onderzoek uitgevoerd naar de ervaringen van patiënten:
- nieuwe patiënten polikliniek Regionaal Reumacentrum
- controle patiënten polikliniek Regionaal Reumacentrum
- kinderen i.v.m. MRI onderzoek onder sedatie
- patiënten avondpoliklinieken
- klinisch laboratorium onder poliklinische patiënten
- patiënten prenatale zorg
- patiënten verloskamer
- KNO dagbehandeling bij kinderen
- patiënten bariatrische chirurgie
- patiënten SEH
- patiënten POK
- patiënten MC/IC
- patiënten die educatief programma mammacare volgen
- patiënten polikliniek diëtetiek
- patiënten avondspreekuur
CQI
In 2009 is voor de tweede maal het CQI onderzoek ziekenhuisopname uitgevoerd. Dit
onderzoek is geïnitieerd door de verzekeraars en wordt uitgezet bij patiënten die minimaal 1
nacht in het ziekenhuis hebben gelegen. Aan dit onderzoek hebben 7 zorgverzekeraars
deelgenomen (Agis, Menzis, Univé, UVIT, Delta Lloyd/Ohra, CZ en Achmea).
In onderstaande tabel is aangegeven hoe MMC per thema dat bevraagd is heeft gescoord t.o.v.
andere ziekenhuizen in Nederland.
Resultaat
Significant boven het gemiddelde van de totale
populatie
Geen significant verschil met het gemiddelde van
de totale populatie
Significant onder het gemiddelde van de totale
populatie
thema
Geen van de thema’s
-
Pijnbeleid bij opname
Communicatie bij medicatie
Kamer en verblijf
Uitleg over de behandeling
Eigen inbreng
Tegenstrijdige informatie door
zorgverleners
Informatie bij ontslag
Ontvangst op de afdeling
Inhoud opnamegesprek
Bereikbaarheid ziekenhuis
Communicatie verpleegkundigen
Communicatie artsen
Gevoel van veiligheid
Of patiënten loyaal zijn aan het ziekenhuis (terugkomen en/of aanbevelen) wordt uitgedrukt in de
net promotor respons.
De netpromotor respons voor MMC was 46%. Voor de ziekenhuizen in Nederland was dit 52%.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
54
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De vragenlijst die wordt uitgereikt aan alle klinische patiënten opgenomen in MMC is gebaseerd
op de vragenlijst die wordt gehanteerd bij de CQI. De resultaten komen bijna geheel overeen.
Alleen een groot verschil wordt gezien bij de resultaten ‘aanbevelen ziekenhuis’. De resultaten
van MMC zijn hier flink beter dan bij het CQI onderzoek.
Naar aanleiding van deze rapportage hebben voor MMC de volgende thema’s top prioriteit om te
verbeteren:
- Communicatie rondom medicatie
- Informatie bij ontslag
- Kamer en verblijf
Klachten
Patiënten die niet tevreden zijn over hun behandeling in Máxima Medisch Centrum of
anderszins klachten hebben, kunnen dit aan verschillende instanties kenbaar maken. In eerste
instantie aan de direct betrokkenen. Daarnaast kunnen zij zich wenden tot de
klachtenfunctionaris voor klachtenbemiddeling of de klachtencommissie voor
klachtenbehandeling. Ook kunnen zij zich wenden tot een externe instantie. Klachten met een
aansprakelijkstelling worden altijd voorgelegd aan de aansprakelijkheidsverzekeraar. Over de
klachtenregeling van Máxima Medisch Centrum worden alle patiënten op diverse manieren
(website, folders) door het ziekenhuis geïnformeerd.
Klachtencommissie patiënten
Conform de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ) is in 1993 een Klachtencommissie
Patiënten ingesteld. Deze bestaat uit totaal negen leden, vijf interne leden en vier externe leden,
waaronder een onafhankelijk voorzitter tevens jurist. De werkwijze van de commissie is
toegankelijk via folders, intranet en de website van het Maxima Medisch Centrum. Als een
patiënt een klacht indient wordt hij/zij schriftelijk geïnformeerd over de klachtenprocedure.
Samenstelling Klachtencommissie per 31 december 2010
Mevrouw mr. F.H. Ammeraal,
onafhankelijk extern voorzitter
De heer drs. M. Horstman,
extern lid op voordracht regionale vereniging LHV
De heer drs. M. Jaspers,
extern lid op voordracht van Zorgbelang
Mevrouw S.H.H. Kuijpers,
cardioloog
Mevrouw E.L. Nanlohy-Manuhutu,
uroloog
Dr. J.M.J.I. Salemans,
MDL-arts
Mevrouw J.J.H.C. de Vrijer,
verpleegkundige kinderafdeling, secretaris
Mevrouw C. van Gelder-Bienefelt
unithoofd
Mevrouw mr. L.M.J.A. Mansveld,
onafhankelijk ambtelijk secretaris
Mevrouw D. Pols (Mw J. Geerings w.n.)
secretaresse
In 2010 is de Klachtencommissie Patiënten 14 maal bijeen geweest. De Klachtencommissie
behandelt de klacht in een schriftelijke procedure van hoor en wederhoor. Indien één of beide
partijen, dan wel de Klachtencommissie zelf een hoorzitting wenst, wordt deze gearrangeerd. In
2010 hebben drie hoorzittingen plaatsgevonden.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
55
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Klachtonderdelen
uit 2009 die in 2010
zijn afgerond door
een uitspraak
Aantal klachten
behandeld door de
Klachtencommissie
aantal klachtonderdelen
- behandeltechnisch
- relationeel
- organisatorisch
- financieel
uitspraken
klachtonderdelen
- behandeltechnisch
gegrond
- behandeltechnisch
ongegrond
- relationeel gegrond
- relationeel ongegrond
- organisatorisch
gegrond
- organisatorisch
ongegrond
- financieel gegrond
- financieel ongegrond
beëindigd
- d.m.v. bemiddeling
- beëindigd door klager
klachtonderdeel geen
uitspraak gedaan
Aantal aanbevelingen
aan Raad van Bestuur
Voldaan aan reactieplicht
zorgaanbieder
6 klachten:
inhoudende 16
klachtonderdelen
waarvan afgerond
door een uitspraak:
16 en 1 klacht door
klager beëindigd
10
5
1
Klachtonderdelen
die in 2010 zijn
binnengekomen en
zijn afgerond door
een uitspraak
15 klachten:
inhoudende 35
klachtonderdelen
waarvan afgerond
door een uitspraak:
17
Klachtonderdelen
die niet zijn
afgerond op
31-12-2010
12
4
8
1
4
13
1
4,5
5,5
2
2
1
4 en 1 gedeeltelijk
gegrond
7
1
3
1
1
1
4
3
6
allen
allen
De Klachtencommissie heeft 9 aanbevelingen uitgebracht in 2010:
- Het zo spoedig mogelijk implementeren van de handreiking verantwoordelijkheidsverdeling,
gezien het feit dat er een noodzaak bestaat dat zorgverleners die betrokken zijn bij de
behandeling van een patiënt goed met elkaar moeten communiceren en hun
werkzaamheden en informatie onderling op elkaar moeten afstemmen.
- Het oproepen van de beklaagde om hem te wijzen op zijn verplichting medewerking te
verlenen aan de klachtenprocedure.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
56
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
-
Het oproepen van de verpleging tot zorgvuldige dossiervorming.
Het bij de medische staf aandacht vragen om waakzaamheid te betrachten in geval er
bijwerkingen (complicaties) optreden die niet tot het ‘normale’ genezingsproces behoren of
die slechts zelden voorkomen.
Er bij de medische staf op aandringen dat de nodige zorgvuldigheid wordt betracht bij de
overgang naar het elektronisch patiëntendossier (2x).
Het oproepen van klaagster om in te gaan op het aanbod van beklaagden om in alle rust de
gebeurtenissen nogmaals te bespreken. Dit is temeer van belang omdat klaagster de
bejegening door de beklaagden als negatief heeft ervaren.
De afdeling in gesprek te laten gaan met de betrokken klager hoe in de toekomst met de
problematiek van klager om te gaan.
Het evalueren van de wijze waarop verpleegkundige informatie aan de behandelaars wordt
verstrekt in die gevallen waarin de behandelaars de afdeling niet of nauwelijks bezoeken,
maar het contact tussen patiënt en behandelaar (voornamelijk) op de polikliniek plaatsvindt.
Het scheppen van duidelijkheid richting patiënt over het hoofdbehandelaarschap.
De Klachtencommissie gaat altijd na of de Raad van Bestuurde klager informeert (binnen de
gestelde termijn van 30 dagen). De Klachtencommissie is van mening dat aan deze plicht wordt
voldaan en dat de aanbevelingen serieus worden opgepakt.
Klachten gemeld bij klachtenfunctionarissen
Zoals reeds eerder aangegeven kunnen patiënten zich voor klachtenbemiddeling wenden tot de
klachtenfunctionaris. Doel hierbij is optimalisatie van de relatie klager en beklaagde. In 2010
zijn 894 klachten gemeld bij de klachtenfunctionaris. In juli 2010 werd gestart met de kaart “Is
alles naar wens?”. Met behulp van deze kaartjes willen we patiënten en zijn naasten
laagdrempelig gelegenheid bieden ideeën, suggesties, verbeterpunten en complimenten
kenbaar te maken. In 2010 ontving MMC in totaal 445 reacties.
Overzicht onderverdeling van de klachten
Behandeltechnisch
organisatorisch
Relationeel
WGBO
Voorzieningen
financieel
2009
240
271
108
57
52
66
2010
192
305
138
75
119
65
Totaal
794
894
2009
35
176
580
2010
35
201
658
De verdeling van het aantal klachten naar locatie:
beide locaties
locatie Eindhoven
locatie Veldhoven
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
57
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Overzicht onderverdeling “is alles naar wens?”
Compliment
Idee
Suggestie
Verbeterpunt
Klacht
2010 (vanaf 1 juli)
102
11
52
118
162
totaal
445
Tijdens het verslagjaar hebben 42 klagers aangegeven voor behandeling over te stappen naar
een andere zorginstelling.
De klachtenfunctionarissen hebben in dit verslagjaar de volgende aanbevelingen gedaan:
- Patiënten schriftelijk informeren over de periode waarbinnen contact moet worden
opgenomen met de plastische chirurg na een neusfractuur.
- Aandacht voor de inrichting en locatie van de wachtruimte op de polikliniek allergologie
locatie Eindhoven.
- Beleid en communicatie rondom pre-operatief antistollingsbeleid eenduidig formuleren.
- Indicatie aan patiënt verstrekken betreffende de wachttijd voor neuro-chirurgische ingrepen
locatie Veldhoven.
- Actualiseren en opnieuw onder de aandacht brengen van de gebruiksaanwijzing met
betrekking tot hands free bellen.
- Heroverwegen van de standaard procedure met betrekking tot het aanvragen van
röntgenfoto’s voor nieuwe patiënten op het Orthopedisch Centrum.
- Optimaliseren van de kwaliteit van zorg voor schildklierpatiënten door het aanstellen van
een specialistisch verpleegkundige.
- Geen specifieke datum/termijn voor een ingreep aan patiënten mede te delen op de
polikliniek.
- Aandacht voor planning operatieve ingrepen door orthopedisch chirurgen op locatie
Veldhoven.
- Zorg dragen dat patiënten die in de avond/nacht vanuit de Spoed Eisende Hulp/ Eerste Hart
Hulp huiswaarts mogen hiertoe ook uitgerust zijn.
- Plaatsen van een éénduidige routebeschrijving op internet voor beide locaties van MMC.
- De aanvraagformulieren voor radiologische ingrepen optimaliseren.
- Communicatie en werkwijze polikliniek neurologie verbeteren.
- Aandacht voor de inhoud van, en werkwijze rondom het aanbieden van het comfortpakket.
- Spoedig komen tot een structurele oplossing voor de parkeerproblemen locatie Veldhoven.
- Procedure ontwikkelen “hoe om te gaan met geleverd materiaal dat niet aan de eisen
voldoet’.
Aansprakelijkstellingen
Aansprakelijkstellingen (schadeclaims) worden ingediend bij de raad van bestuur die deze voor
behandeling doorzendt naar de aansprakelijkheidsverzekeraar Medirisk. De
aansprakelijkheidsverzekeraar behandelt de aansprakelijkstelling aan de hand van de verkregen
informatie van de patiënt of zijn adviseur en het ziekenhuis en/of hulpverlener. De afhandeling
gaat in het algemeen buiten het ziekenhuis om.
Een patiënt kan een hulpverlener of ziekenhuis wel aansprakelijk stellen, maar daarmee is nog
niet gezegd dat deze daadwerkelijk aansprakelijk ís. Niet ieder onbedoeld of ongewenst
behandelings-resultaat leidt namelijk tot een schadevergoedingsplicht. Er moet sprake zijn van
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
58
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
een fout. Deze fout moet bovendien verwijtbaar zijn en toe te rekenen zijn aan de instelling en/of
betrokken hulpverlener. Vervolgens moet de patiënt kunnen aantonen dat er schade is én dat
deze schade is veroorzaakt door de fout. En als de zorginstelling inderdaad aansprakelijk blijkt
te zijn, dan krijgt een patiënt alleen een betaling indien en voor zover er sprake is van op geld
waardeerbare schade. Het bedrag is mede afhankelijk van specifieke omstandigheden, zoals de
ernst van het letsel, leeftijd, inkomenspositie en gezinssituatie.
Sommige schadezaken lopen vele jaren. In 2010 zijn 33 aansprakelijkstellingen ingediend.
Keuzevrijheid en regie
MMC leeft de Wet op de Geneeskundige BehandelingsOvereenkomst (WGBO) na. Deze wet
regelt de relatie tussen hulpverlener en patiënt. Door naleving van de WGBO worden de
zeggenschap van de patiënt en de eigen regie over de inhoud en de invulling van de
behandeling geborgd.
Omdat zonder de toestemming van de patiënt geen enkele behandeling kan worden gestart of
voortgezet is ook een protocol opgesteld waarin is aangegeven hoe artsen moeten handelen bij
weigeren van een behandeling/ beëindigen van een behandeling door een patiënt.
4.4.7
Medewerkers veiligheid
Centrale Commissie Stralingsbescherming (CCS)
De CCS draagt zorg voor de algemene coördinatie van stralingsbescherming. De commissie is
er verantwoordelijk voor dat het totaal van radiologische toepassingen die binnen MMC
plaatsvinden binnen de kaders van het Besluit Stralingsbescherming (BS) en de verleende
vergunning worden uitgevoerd. De vergunning is in 2010 gewijzigd. MMC heeft nu een
aanvullende vergunning voor het mogen toepassen van Jodiumzaadjes voor het lokaliseren van
niet-palpabele tumoren. Verder is de vergunde activiteit voor beide locaties aangepast. In 2010
zijn alle toepassingen van MMC binnen de vergunde limieten gebleven. Ook de milieubelasting
is ruim binnen de vergunde limieten gebleven.
De CCS is in 2010 tweemaal bijeengekomen. De werkgroepen Radiologie en Nucleaire
Geneeskunde zijn frequent bijeengekomen. De belangrijkste maatregelen voor
stralingsbescherming genomen in 2010 zijn:
- Aanschaf nieuwe apparatuur voor de afdeling Radiologie, waardoor de patiëntdosis en de
dosis voor de medewerkers (aanzienlijk) verlaagd is.
- Aanpassen beleid voor de indeling van aan straling blootgestelde werkers en
persoonsdosimetrie. Ook de inhoud van de keuring voor A-werkers is aangepast in overleg
met de stralingsarts die voor MMC de stralingskeuringen uitvoert.
- Opstellen nieuwe richtlijn voor de keuze en het dragen van een loodschort.
- Uitvoeren van een risicoanalyse voor de stralingsbelasting van de medewerkers voor de
afdeling Nucleaire Geneeskunde. Naar aanleiding van deze risicoanalyse zijn enkele
processen nader geanalyseerd en zijn verbeteringen doorgevoerd.
- Herzien van de richtlijnen voor het omgaan met radioactieve stoffen (Nucleaire Geneeskunde)
- Opstellen nieuwe richtlijn voor het schoonmaken van ruimtes waar radioactieve stoffen
gebruikt worden.
- Herzien beleid kwaliteitsborgingsprogramma voor Radiologie en Nucleaire Geneeskunde.
Medewerkersveiligheid (Veiligezorg®.)
Conform doelstelling legde MMC al in 2005 (locatie Eindhoven) en 2006 (locatie Veldhoven) met
politie, justitie en de gemeente Eindhoven afspraken vast in een convenant om agressie-
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
59
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
incidenten te voorkomen en, als er onverhoopt tóch een incident plaatsvindt, dit effectief te
bestrijden.
Het project heeft de verschillende fases van de aanpak van Veiligezorg® doorlopen. Momenteel
bevindt de organisatie zich in de laatste fasen van implementatie, namelijk de verbredings- en
verankeringsfase.
Opvallende zaken t.a.v. meldingen:
- Lichte stijging van het totaal aantal incidenten
- Ruim de helft van de incidenten vind plaats binnen de acute kern (SEH + AOA)
In 2010 hebben de volgende hoofdactiviteiten plaatsgevonden:
- Het digitaal meldingsformulier is verder verfijnd.
- De huidige procedures zijn in 2010 geëvalueerd en deze worden in 2011 aangepast.
- Het bestaande protocol kindermishandeling wordt aangepast, waarbij aspecten van
Veiligezorg worden geïntegreerd.
- Training "hoe om te gaan met agressie" is aangeboden aan alle medewerkers.
4.4.8
Bedrijfsveiligheid
ZiekenhuisRampenOpvangPlan (ZiROP)
Ten gevolge van een uitzonderlijke gebeurtenis buiten MMC kan het ziekenhuis geconfronteerd
worden met een groot aanbod van slachtoffers. Ieder ziekenhuis en dus ook MMC dient zich
hierop voor te bereiden. Ze heeft hiervoor een ZiROP opgesteld.
De 7-stappen oefenmethodiek, die door het Brabantse ‘Kennisplatform’ is ontwikkeld, is in 2010
binnen MMC verder afgewikkeld hetgeen heeft geresulteerd in een grote ZiROP-oefening met
ketenpartners op 17 april 2010.
Op basis van alle bevindingen zijn besluiten genomen die verwerkt worden in het nieuwe
ZiROP, dat naar verwachting in februari 2011 wordt vastgesteld. Hierna zal MMC starten met
alweer een 4de cyclus. Besloten is (Brabantbreed) om 1x per 2 jaar een grote oefening te
houden wat betekent, dat MMC in de planning heeft opgenomen om deze weer te organiseren
in 2012.
Naast het volgen van de cyclus is er in 2010 veel energie gestoken in het benutten van de
stimuleringsgelden waarvan in 2010 voor het eerst in z’n volle omvang gebruik is gemaakt.
Helaas kon van de planning maar een deel geëffectueerd worden.
4.4.9
Commissies
Vertrouwenslieden
De vertrouwenslieden zijn vertegenwoordigd in diverse commissies: de Ethische Commissie, de
Werknemersklachtencommissie en het Opvangteam Traumatische Gebeurtenissen dat indien
nodig ondersteuning biedt in ongebruikelijke en traumatische situaties.
Klokkenluidersregeling
MMC vindt het belangrijk voor haar medewerkers, ongeacht hun positie binnen de organisatie,
dat zij op een adequate en veilige wijze melding kunnen doen van een vermoeden tot misstand.
MMC beschikt daarom sinds 2009 over een klokkenluidersregeling. De regeling van MMC is
afgeleid van de landelijke regeling. Deze regeling is opgenomen in het kwaliteitshandboek van
HRM. In 2010 zijn geen meldingen gedaan.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
60
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
We noemen hier adviesraden en commissies die later in het document terugkomen en/of die
vanwege bepaalde regelgeving verplicht zijn.
Commissie seksuele intimidatie / ongewenst gedrag
Doel van de commissie:
 Beleid ontwikkelen om ongewenste intimiteiten / ongewenst gedrag te voorkomen.
 Klachten op dit gebied begeleiden aan de hand van de eigen klachten procedure.
 Eventueel bemiddelen via de mediator.
 Klankbord zijn voor de vertouwenspersonen en de Raad van Bestuur.
Samenstelling commissie
Naam
Functie in commissie
Functie binnen MMC
Mw. ds. M. van den Beld
voorzitter
geestelijk verzorger
Mw. C.J.M. van Binsbergen
lid
gynaecoloog
Mw. L.J.G. Jongmans
lid
verloskundige
Dhr. J.G. Brave
lid
fysiotherapeut
Mw. F. Rikkers
lid
assistent inkoop
Mw. H.W.C. Chatrou
reservelid
Binnen MMC zijn twee vertrouwenspersonen aangesteld.
psycholoog
In het verslagjaar is 1 klacht gemeld bij de commissie. Dit is door de commissie behandeld en
afgerond. De vertrouwenspersonen en de leden van de commissie zijn diverse malen
geconsulteerd voor advies (voorstadium van officiële klacht) binnengekomen.
Klachtencommissie medewerkers
De klachtencommissie medewerkers biedt individuele werknemers de gelegenheid klachten die
verband houden met hun werksituatie voor te leggen aan een onafhankelijke interne
werknemersklachtencommissie. Deze commissie maakt gebruik van een reglement.
Samenstelling commissie
Naam
Functie in commissie Functie binnen MMC
De heer V.J. Brenninkmeijer voorzitter
apotheker
Mevrouw J. Algra
lid
sectormanager BEB
De heer J.C.M. Brands
lid
manager herstructurering/huisvesting
De heer J.H.G. Duijsters
plaatsvervangend lid
stafmedewerker kwaliteit & veiligheid
Mevrouw J.J. Geerings
plaatsvervangend lid
secretaresse HRM
B. de Hoogd
ambtelijk secretaris
Manager HRM
In 2010 zijn geen klachten gemeld bij de werknemersklachtencommissie.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
61
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Medisch Ethische ToetsingsCommissie (METC)
De METC voorziet in een professionele, onafhankelijke en efficiënte toetsing van medisch
wetenschappelijk onderzoek met mensen als bedoeld in de Wet medisch-wetenschappelijk
onderzoek met mensen (WMO). Het doel van deze toetsing is het waarborgen van de rechten,
veiligheid en het welzijn van de proefpersonen die deelnemen aan medisch-wetenschappelijk
onderzoek. Daarbij verdient het onderzoek met kwetsbare personen speciale aandacht.
Bij de toetsing staan de eerbiediging van de waardigheid en grondrechten -in het bijzonder het
recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer (art.10 Grondwet) en het recht op
onaantastbaarheid van het lichaam (art.11 Grondwet) - van de proefpersonen centraal.
In een onderzoeksprotocol mogen voornoemde rechten en belangen van de proefpersoon
nimmer ondergeschikt worden gemaakt aan onderzoeksdoelstelling en -belang.
De kwaliteit van het onderzoek op zich en de bescherming van de onderzoeker zijn in de WMO
oorspronkelijk niet als een doel van de toetsing van medisch-wetenschappelijk onderzoek met
mensen geformuleerd. Toch is onmiskenbaar dat het waarborgscheppende kader van de wet
tevens een kwaliteitsimpuls voor het onderzoek behelst en in het belang werkt van de
onderzoekers die medisch- wetenschappelijk onderzoek met mensen uitvoeren.
In 2010 is de Medisch Ethische Toetsingscommissie acht maal bijeen geweest. Voor een
overzicht van de ingediende en beoordeelde protocollen voor medisch-wetenschappelijk
onderzoek wordt verwezen naar het jaarverslag van de METC.
Samenstelling
Naam
Functie
Functie in MMC / Extern
dr. E.J. Postema
voorzitter
nucleair geneeskundige
prof.dr. S. Bambang Oetomo
vice-voorzitter kinderarts-neonatoloog
mw. mr. C.M. Swolfs
Amt secretaris ambtelijk secretaris
dr. C. Beerenhout
lid
internist
dr. E. Boss
lid
gynaecoloog
dr. L. Derijks
lid
ziekenhuisapotheker-klinisch farmacoloog
dr. F. van Dielen
lid
chirurg
drs. A. Drissen
lid
ethicus
mw. dr. S. Houterman
lid
methodoloog
mw. A.M.E. Hulshof
Proefpers. lid
extern
dr. H. Kemps
lid
cardioloog
dr. P.H.M. Kuijper
lid
klinisch chemicus
mw. mr. R. Talma
lid
jurist
mw. M. van Albada
lid
researchverpleegkundige
mw. dr. L. van de Poll
plv lid
epidemioloog (IKZ)
mw. P. Cobben-Stevens
plv lid
doktersassistente
dr. R. Janknegt
plv lid
klinisch farmacoloog/ziekenhuisapotheker
J. Jans
plv.lid
ethicus
prof.dr. B. Mol
plv lid
gynaecoloog, methodoloog, epidemioloog
mw. mr. J. Verheijen-Langenberg
plv lid
jurist
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
62
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.5
Toegankelijkheid
Máxima Medisch Centrum is over het algemeen goed bereikbaar per auto, fiets of openbaar
vervoer. Máxima Medisch Centrum heeft bij beide locaties een groot parkeerterrein. In 2010 is
op locatie Veldhoven betaald parkeren ingevoerd. In het begin heeft dit geleid tot veel klachten.
Naar aanleiding hiervan zijn maatregelen getroffen.
Omdat het kan voorkomen dat patiënten voor bepaalde zorg naar een andere locatie moeten
dan dat ze gewend zijn rijden er dagelijks tussen de beide locaties op vastgestelde tijden twee
MMC-shuttlebussen.
4.6
Informatie en Communicatie Technologie (ICT)
De afdeling Medische Informatie Technologie (MIT) heeft de ambitie om de vereiste continuïteit,
benodigde kwaliteit en veiligheid op het gebied van medische en informatie systemen voor de
MMC organisatie te borgen. MIT adviseert binnen MMC bij aanschaf, implementatie, gebruik en
interpretatie van steeds complexere medische technologie en informatievoorziening.
De afdeling MIT beheert en ondersteunt binnen het ziekenhuis de medische- en computer
apparatuur en de onderliggende technische infrastructuur zoals het netwerk, computerruimte,
om deze apparaten goed met elkaar en met de informatiesystemen te laten communiceren. Ook
in 2010 zijn weer belangrijke stappen gezet om de infrastructuur te verbeteren die daardoor een
betrouwbare basis kan vormen voor belangrijke systemen zoals het
ziekenhuisinformatiesysteem, het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) en het Elektronisch
Verpleegkundig Dossier (EVD). Er is onder andere een nieuwe moderne omgeving voor de
opslag van alle gegevens ingevoerd, verspreid over de beide ziekenhuislokaties van het MMC.
Diverse medewerkers van MIT zijn in 2010 betrokken geweest bij de verdere ontwikkelingen van
het EPD, het onderhoud van het EPD en de verdere invoering van het EPD en EVD in de rest
van het ziekenhuis. Hierdoor zijn een hoop belangrijke medische en verpleegkundige informatie
direct beschikbaar voor de behandelende zorgverleners. MIT heeft haar bijdrage geleverd aan
de zorg door in diverse projecten en onderzoeken op gebied van ICT en medisch technisch
gebied te adviseren en participeren. Op het gebied van medische apparatuur is door MIT hard
gewerkt alle apparatuur te classificeren en het daarbij behorende preventieve periodieke
onderhoud gepleegd. Er is gewerkt aan een voorstel voor een verantwoordelijkheidsmatrix
waaruit blijkt wat van de verschillende deelnemende onderdelen (rollen/functies/afdelingen) in
de zorgprocessen wordt verwacht. Ook in 2010 heeft MIT regelmatig diverse veiligheidsrondes
gelopen binnen het ziekenhuis om te controleren of de gebruikte apparatuur op de correcte wijze
wordt gebruikt en te bevestigen dat het onderhoud op orde is.
Vanuit de overheid, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), hebben alle
ziekenhuizen de verplichting te voldoen aan de norm voor informatiebeveiliging in de zorg, de
zogenaamde NEN7510 norm. Het MMC heeft hier in 2010 hard aan gewerkt. Eind 2010 is
tijdens een onderzoek (audit) door het toonaangevend adviseurbureau Ernst & Young
aangetoond dat het MMC aan de verplicht gestelde eisen voldoet. Een andere bevinding is dat
MMC hiermee goed op weg is om de komende jaren verdere verbeteringen te realiseren.
Hierdoor is belangrijke informatie -zoals de medische en vertrouwelijke gegevens van onze
patiënten- maximaal beschikbaar op het moment dat iemand (bijvoorbeeld dokter,
verpleegkundige, patiënt) deze nodig heeft. Bovendien is zeker gesteld dat de inhoud correct en
volledig is en er vertrouwelijk met deze gegevens wordt gewerkt, zodat de privacy van onze
patiënten gewaarborgd is.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
63
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.7
Wachttijden en toegangstijden
MMC monitort en publiceert structureel de wachttijden en toegangstijden.
Bovendien wordt door middel van de zorglogistieke herinrichting van locaties Veldhoven en
Eindhoven actief beleid gevoerd om deze tijden tot een minimum te beperken en Máxima
Medisch Centrum onderscheidend te maken ten opzichte van de omliggende ziekenhuizen in de
regio. De gemiddelde wacht- en toegangstijden (in weken) van 2010 staan in onderstaande
tabel weergegeven.
Specialisme
Allergologie
‐ volwassenen
‐ kinderen
Cardiologie
‐ hartfalenpoli
‐ sportcardiologiepoli
Chirurgie
‐ mamma poli (borstkanker)
‐ spatadercentrum
‐ liesbreuk
‐ laparoscopische liesbreuk
‐ galblaas
‐ bariatriepoli / maagbandjes
‐ proctologiepoli
Dermatologie
Gynaecologie
‐ sterilisatie vrouw
‐ laparoscopie
‐ baarmoederverwijdering
‐ curettage
‐ poli afwijkend uitstrijkje
‐ poli abnormaal
bloedverlies
‐ bekkenbodempoli
Interne geneeskunde
- oncologie / hematologie
- nefrologie
- diabetes
Kaakchirurgie
Keel-, neus- en oorheelkunde
‐ neustussenschot
Kinderen:
‐ Neus- en/of
keelamandelen
‐ Oorbuisjes
Kindergeneeskunde
Toegangstijd
polikliniek
Wachttijd
dagbehandeling
Wachttijd
klinische
opname
7
4
1
1
1
1
0
3
1
1
4
4
3
4
4
4
33
3
1
2
6
2
1
3
3
3
3
6
3
1
1
1
1
1
4
2
2
1
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
64
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Longziekten
Maag-darm-leverziekten
Neurochirurgie
Oogheelkunde
- staar
2
3
5
2
2
Orthopedisch Centrum Máxima
‐ totale heupoperatie
‐ totale knieoperatie
‐ kijkoperatie knie
‐ kijkoperatie schouder
‐ reconstructie voorste
kruisband
Pijnbestrijding/anesthesiologie
Plastische chirurgie
‐ borstcorrectie
‐ buikwandcorrectie
‐ Dupuytren
‐ carpaal tunnel syndroom
Psychiatrie
Revalidatie
Reumatologie
Sportgeneeskunde
Urologie
‐ sterilisatie man
‐ besnijdenis
‐ prostaatoperatie
5
5
3
8
8
2
5
4
3
3
3
3
3
3
3
3
12
3
3
2
1
3
4.8 MMC Academie
Het strategisch opleidingsbeleid MMC wordt vormgegeven door de raad van bestuur in directe
afstemming met de decaan medische opleidingen en de directeur organisatieontwikkeling. De
organisatie van de MMC Academie is ingericht rondom de resultaatsgebieden medische
opleidingen, bedrijfsberoepsopleidingen en wetenschappelijk onderzoek. Eind 2009 heeft vanuit
het STZ bureau de hervisitatie plaatsgevonden en heeft de visitatiecommissie besloten het STZ
lidmaatschap van MMC te verlengen met 5 jaar.
4.8.1 Medische Opleidingen
MMC heeft, als STZ-ziekenhuis, een groot belang bij het behouden en uitbreiden van de
medische basis- en vervolgopleidingen. Door een aantal medisch specialismen zijn in 2010
verdere stappen ondernomen om tot de verwerving van een, door de Medisch Specialisten
Registratie Commissie (MSRC), erkende medische vervolgopleiding te komen. De vakgroep
plastische chirurgie heeft in 2010 een opleidingserkenning verkregen. De vakgroep
oogheelkunde heeft eind 2010 een opleidingsvisitatie ondergaan voor opleidingserkenning van
een stage opleiding en heeft goede vooruitzichten op een erkenning van een perifere stage in
2011.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
65
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
OOR
Mede door politieke en landelijke ontwikkelingen is de vorming van de zogenaamde Opleiding
en OnderwijsRegio’s (OOR) in Nederland vanaf 2006 in een versnelling gekomen. Dit vereist
een proactief gedrag, temeer daar MMC vanuit historisch perspectief binnen twee afzonderlijke
OOR’s (OOR Oost Nederland (ON) met het UMC St. Radboud Nijmegen en het OOR Zuidoost
Nederland (ZON) met het AZM Maastricht) valt. Het OOR-ZON kent een algemeen en een
dagelijks bestuur en een aantal commissies, waar ook MMC in vertegenwoordigd is.
Algemeen bestuur:
Prof. Dr. J.-H. Zwaveling, Raad van BestuurMáxima Medisch Centrum
Dagelijks bestuur en de commissie inhoud en innovatie:
prof. dr. G. Oei, gynaecoloog, decaan MMC Academie
Commissie planning en financiering:
Drs. W. Koops, centrale onderwijscoördinator MMC Academie
Dagelijks BestuurMedische Opleidingen (DBMO)
De voorzitters van de beide centrale opleidingscommissies (centrale opleidingscommissie AIOS
en centrale opleidingscommissie co-assistenten) vormen samen met de decaan van de MMC
Academie en de centrale onderwijscoördinator medische opleidingen het Dagelijks
BestuurMedische Opleidingen (DBMO).
Het DBMO is in 2010 10 maal bij elkaar gekomen om een bijdrage te leveren aan het beleid ten
aanzien van de medische opleidingen binnen MMC. De onderwerpen opleidingssubsidie,
opleidingsetalage en affiliatie zijn aan de orde geweest.
Co-assistentenopleiding
In 2010 is de Centrale Opleidingscommissie CO-assistenten (COCO) 4 keer bij elkaar geweest
om een bijdrage te leveren aan het beleid met betrekking tot de kwaliteit van de co-assistenten
opleiding binnen MMC. De onderwerpen waren beoordeling semi-artsen, starten stages voor
arts-klinisch-onderzoeker, voortbestaan en uitbreiding van stageplaatsen voor co-assistenten.
Het totaal aantal jaarplaatsen is 31, waardoor in 2010 ongeveer 248 co-assistenten een
reguliere stageplek hebben gekregen. Verder zijn in september 2010 wederom studenten
gestart met het 6e jaar van de studie geneeskunde bestaande uit een participatiestage in de
gezondheidszorg (GEZP) én een participatiestage in de wetenschap (WESP) van ieder 18
weken. Deze stages kunnen gecombineerd worden tot een combistage van 36 weken. Binnen
MMC hebben 25 studenten een 6e jaars stage gelopen, waarvan 15 studenten een
gecombineerde stage, 8 studenten een participatiestage in de gezondheidszorg en 2 studenten
een participatiestage in de wetenschap.
Medio 2010 heeft affiliatie-evaluatie plaatsgevonden door een delegatie van de Universiteit
Maastricht. Deze evaluatie is bijzonder positief verlopen, MMC scoort zeer positief bij alle
stageverlenende specialismen.
4.8.2
Bedrijfsopleidingen 2011
Onderwijsvernieuwing
Insteek voor de onderwijsvernieuwing was de behoefte binnen Máxima Medisch Centrum om
meer ziekenhuisgericht op te leiden. Ook is de samenwerking met het ROC in 2009 onderwerp
van gesprek geweest. Het samenwerken als partners in opleiden was een belangrijk speerpunt
van 2009. De ontwikkelingen in de verpleegkundige zorg en daarmee de veranderende
klantbehoeften hebben geleid tot de start van het BOL ziekenhuisspoor in 2009.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
66
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
BOL ziekenhuisspoor
Naast de huidige BBL opleiding voor verpleegkundige niveau 4, is er veel vraag naar een BOL
(Beroeps Opleidende Leerweg) opleiding voor verpleegkundige niveau 4 gericht op een
branche. Vanuit dit oogpunt zijn wij in samenwerking met ROC School voor de Zorg en
Catharina ziekenhuis gestart met het ontwikkelen van een BOL ziekenhuisspoor. Dit spoor biedt
ons als ziekenhuis ook de mogelijkheid om de opleiding mee in te richten en aan te laten sluiten
op de huidige beroepspraktijk. Bijvoorbeeld anatomie en fysiologie inbedden binnen de
opleiding. Dit alles heeft als doel dat leerlingen een goed basis aangeleerd krijgen en na vier
jaar opleiding als beginnend beroepsbeoefenaar aan de slag kunnen in de praktijk. Voor
leerlingen biedt deze opleiding een goede koppeling tussen theorie en praktijk en kunnen zij
vanaf het eerste leerjaar zich richten op de ziekenhuispraktijk, met 1 uitstapje naar een extern
werkveld bijvoorbeeld een verpleeghuis.
Bedrijfsopleidingen
Bedrijfsopleidingen heeft in 2010 een breed scala aan activiteiten georganiseerd voor zowel
brede doelgroepen alsmede specifieke groepen zoals leidinggevenden, ondersteuners en
zorgverleners. Bedrijfsopleidingen heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het
klantvriendelijkheids en bereikbaarheidstraject binnen MMC.
De afdeling bedrijfsopleidingen heeft in 2010 tevens een bijdrage geleverd aan de werkgroep
fysiologie. Deze bijdrage houdt het volgende in:
- Initiëren en organiseren van de masterclasses in het kader van fysiologie
- Ontwikkelen van bijeenkomsten voor leidinggevenden
- Meedenken over de verdere uitwerking van de fysiologiegedachte binnen Máxima
Medisch Centrum.
Masterclasses 2010
04-02-10
Hans Smith
27-5-11
Theatergroep
Plezant
7-10-11
Kees Kamsteeg
Overtref de verwachtingen van uw patiënt
Hoe kunt u de beleving van uw patiënten beïnvloeden?
De deelnemers krijgen praktische handvatten hoe we
Disney principes kunnen toepassen binnen een
ziekenhuisorganisatie.
DAG & NACHT is een indringende theatervoorstelling, die
dilemma’s blootlegt in de zoektocht naar een
patiëntveilige ziekenhuiscultuur. Een voorstelling die durft
te benoemen, te confronteren en die uitnodigt met elkaar
in gesprek te gaan over de essentie van een veilig
ziekenhuiscultuur.
Social Media en de mogelijkheden voor ons ziekenhuis.
Hoe kunt u social media inzetten om als bedrijf nog beter
te functioneren?
4.8.3 Wetenschappelijk Onderzoek
Het wetenschapsbureau onderhoudt en ontwikkelt de onderzoeksinfrastructuur in MMC. In
bijlage C is een overzicht opgenomen van de medisch wetenschappelijke publicaties die met
behulp van medewerkers en medisch specialisten van MMC tot stand zijn gekomen. Daarnaast
is het wetenschapsbureau verantwoordelijk voor begeleiding, ondersteuning en advisering bij
het opzetten en uitvoeren van patiëntgebonden wetenschappelijk onderzoek in MMC. In 2010
heeft het wetenschapsbureau de volgende punten gerealiseerd.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
67
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1) Er wordt halfjaarlijks een literatuurlijst op intranet en internet geplaatst met alle in
Medline/Pubmed opgenomen referenties waarbij in MMC werkzame medewerkers
betrokken zijn. In 2010 zijn er 168 publicaties verschenen.
2) Op 4 maart 2010 heeft een succesvolle wetenschapsavond plaats gevonden waar 85
bezoekers aanwezig waren. Er waren 42 abstracts ingestuurd, waaruit er 6 zijn
geselecteerd voor een presentatie. De MMC Award 2009 voor de beste voordracht ging
naar Rik Vullings, promovendus bij Klinische Fysica. Zijn presentatie was getiteld
‘Oriëntatie van de elektrische as van het foetale hart tijdens de zangerschap: nieuwe
inzichten in foetale elektrocardiografie’. De MMC Award voor beste poster ging naar
Beatrijs van der Hout, medisch ingenieur i.o. gynaecologie. De titel van haar poster was
‘Mathematical model for simulation of early decelerations in labor’.
3) In 2010 heeft de cursus Statistiek en SPSS één keer plaatsgevonden met in totaal vier
deelnemers. Ook is de verkorte cursus twee keer aangeboden aan in totaal 24 semiartsen.
4) In 2010 heeft een 1-daagse cursus GCP (Good Clinical Practice) plaatsgevonden in
MMC.
5) In 2010 heeft het Wetenschapsbureau in samenwerking met de Studio een workshop
“Posters maken in Power Point” verzorgd.
6) In 2010 is het Medisch Journaal twee keer uitgekomen.
7) Er zijn in 2010 2 bijeenkomsten geweest met de wetenschapscoördinatoren van de
verschillende STZ ziekenhuizen.
In 2010 zijn er 51 nieuwe consulten geweest en is nog gewerkt aan 24 consulten uit eerdere
jaren. De aanvragers kwamen uit verschillende specialismen en hadden verschillende functies.
De commissie Wetenschap is in 2010 vier keer bij elkaar gekomen. De commissie heeft zich
onder meer bezig gehouden met de organisatie van de wetenschapsavond, vrijstelling kosten
lokale uitvoerbaarheid, toegang SPSS via Surfdiensten, sponsoring Medisch Journaal,
financiering van wetenschappelijk onderzoek, toekomst METC, financiering wetenschapsbureau,
STZ en trial nieuwsbrief.
Promoties
In 2010 zijn er in totaal 7 specialisten en arts-assistenten, verbonden of verbonden geweest aan
MMC, gepromoveerd. Dat zijn:
The impact of supervised exercise therapy on intermittent claudication
Saskia P.A. Nicolaï, arts-assistent chirurgie
19 maart 2010, Universiteit Maastricht
Treatment modalities for osteonecrosis of hip and knee
Wim Rijnen, arts-assistent orthopedie
26 maart 2010, Radboud Universiteit Nijmegen
Characterization of uterine activity by electrohysterography
Chiara Rabotti, ingenieur elektrotechniek
26 april 2010, Technische Universiteit Eindhoven
Hemodialysis access-induced distal ischemia (HAIDI). Diagnosis and surgical management
Frank van Hoek, vaatchirurg
28 mei 2010, Universiteit Maastricht
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
68
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Clinical evaluation and cost-effectiveness of a community-based COPD management program
Carel van Wetering, fysiotherapeut
8 juli 2010, Universiteit Maastricht
FDG-PET in patients with colorectal liver metastases
Bastiaan Wiering, arts-assistent chirurgie
25 november 2010, Universiteit Nijmegen
Non-invasive fetal electrocardiogram: analysis and interpretation
Rik Vullings, klinisch fysicus
14 december 2010, Technische Universiteit Eindhoven
4.9
Human Resource Management (HRM)
Voortbordurend op het meerjaren strategisch HRM beleid 2008 – 2011 is in 2010 de volgende
visie op HRM nagestreefd:
“Onze medewerkers werken deskundig en toegewijd aan zorg van topkwaliteit met de patiënt als
middelpunt. Zij krijgen de mogelijkheid om zich te ontplooien en te verbeteren, werken onder
goede arbeidsvoorwaarden en werkomstandigheden en hebben voldoende
loopbaanmogelijkheden. Voldoening in het werk is belangrijk.”
Het motto is: iedere patiënt verdient persoonlijke aandacht. De patiënt behoort dus tot het
middelpunt van het handelen te staan. Als de menselijke factor de onderscheidende factor is,
verdient iedere medewerker persoonlijke aandacht.
Vanuit de visie op HRM zijn een aantal uitgangspunten geformuleerd.
 Onze mensen maken hét verschil
o Het creëren van de randvoorwaarden en de werkomgeving waarin medewerkers
en professionals worden gestimuleerd en geïnspireerd om de best mogelijke
service te verlenen aan onze patiënten.
o Het werken binnen het ziekenhuis zó aantrekkelijk maken dat huidige
medewerkers graag willen blijven en ervoor zorgen dat MMC voor mensen van
buiten bekend staat als een interessante en goede werkgever.
 Doelgroepenbeleid/diversiteitenbeleid
 Ontwikkelen en presteren in een lerende organisatie
o Integraal competentiemanagement
o Management Development
 Lijnverantwoordelijkheid en de RVE
Het HRM beleid anticipeert op de algemene veranderingen in de gezondheidszorg: de
ontwikkeling naar meer transparantie en meer service-, patiënt en klantgerichtheid. Hierbij
worden een aantal HRM instrumenten gebruikt.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
69
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
In-, door- en uitstroom
Instroom en uitstroom 01-01-2010 tot 31-12-2010
In deze cijfers is iedereen uit het personeelsbestand meegenomen, inclusief de vrijwilligers, de
arts assistenten en artsen in loondienst. Personeel niet in loondienst en de artsen niet in
loondienst, zijn hierin niet meegenomen.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
70
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
MMC@Work
Het jaar 2010 heeft in het teken gestaan van verdere professionalisering van alle disciplines van
MMC@Work.
Algemeen
De medewerkers van MMC@Work hebben een 3 daagse training doorlopen ter verbetering van
de communicatieve vaardigheden en het klantgericht handelen. Naar de mening van alle
medewerkers was dit een geslaagde training omdat bewustwording van eigen handelen vergroot
is en praktische handreikingen aangeboden werden.
In juni is de stage van 2 eindejaars studenten van de HBO opleiding personeel en organisatie
afgerond met een notitie aangaande de ITP organisatie.
In september is een 2e jaars HBO student gestart met als opdracht een visiedocument en
communicatieplan te ontwikkelen. Het visiedocument is in december opgeleverd, het
communicatieplan zal in 2011 opgeleverd worden.
De functiebeschrijvingen van de medewerkers van MMC@Work zijn in 2010 herschreven,
gewogen volgens FWG systematiek en vastgesteld.
Er is een bedrijfsbrochure ontwikkeld en verspreid onder alle MMC leidinggevende. Het doel van
de brochure is om de producten van afdeling MMC@Work meer bekendheid te geven.
Arbeidsmarktcommunicatie
De arbeidsmarktadviseurs is in het voorjaar uit dienst gegaan. Dit moment is aangegrepen om
de functie te heroverwegen. Besloten is om de functie voor onbepaalde tijd niet in te vullen. De
taken zijn voor een deel weggelegd bij afdeling MarCom, deels bij de recruiters en deels bij
HRM adviseurs. Specifieke arbeidsmarktonderzoeken kunnen uitbesteed worden.
Flexbureau
Het Flexbureau heeft 75.000 flexuren gerealiseerd met een omzet van 2 miljoen euro’s. Dit is
vergelijkbaar met de voorgaande jaren. De leverbetrouwbaarheid schommelde tussen de 85%
en 95% en wordt door het Flexbureau zelf als onvoldoende ervaren. Verbetering hiervan is een
speerpunt voor het nieuwe jaar.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
71
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Een project ter verbetering van de matching van vraag en aanbod en de hierbij behorende
administratie én communicatie is gestart met het zoeken naar een hiervoor geschikt
softwareprogramma. Een programma is aangekocht en in het najaar geïmplementeerd en is
vanaf 1 januari 2011 in productie.
Het Flexbureau heeft samen met loopbaanexpertise centrum een traineeship model voor
verpleegkundigen ontwikkeld én opgestart.
Intern Transfer punt (ITP)
Heroriëntatie over de inrichting van het matchen van reintegranten en tijdelijke werkzaamheden
heeft ertoe geleid dat deze werkzaamheden overgeheveld zijn van de ITP coördinator naar het
Flexbureau. Het Flexbureau wordt daarmee meer en meer hét instrument voor het inzetten van
tijdelijke medewerkers. Als gevolg van dit besluit is de formatie coördinator ITP overbodig
geworden en per 1 januari ingeleverd als bijdrage tot de financiële taakstelling van HRM.
Loopbaanexpertisecentrum
Onder leiding van het loopbaanexpertise centrum heeft het project “loopbaanpaden gedraaid. Dit
project heeft als resultaat de uitwerking van 19 loopbaanpaden opgeleverd.
Recruitment
Begin van het jaar is het nieuwe softwareprogramma in productie genomen. Met dit programma
zijn de recruitment processen beter te sturen en kan er kan ook managementinformatie
gegenereerd worden.
De recruiters zijn dit jaar begonnen met het werken met aandachtsgebieden. Hierdoor zijn ze in
de gelegenheid om de adviesrol meer inhoud te geven wat de klantgerichtheid zal vergroten. Er
is in december gestart met een evaluatieprogramma voor vacaturehouders. Tweemaal per jaar
worden zij gevraagd hun waardering uit te spreken over de geleverde prestaties van recruiters
en office assistenten.
De eerste buitenlandse medewerkers zijn gerekruteerd voor de functies van OK assistenten en
anesthesie medewerkers resp. uit Hongarije en Polen. In totaal zijn er in 2010 ruim 225
vacatureprocedures opgestart.
ARBO en Verzuim
Arbeidsomstandigheden (ARBO)
In het jaar 2010 heeft de arbocommissie 6 x vergaderd. Tijdens de bijeenkomsten van de
arbocommissie werd onder meer aandacht besteed aan een procedure bedrijfsongevallen en
prikaccidenten, notitie aanwezigheidsbevordering.
Leidraad voor de te behandelen aandachtspunten is het centrale plan van aanpak.
Vanaf september heeft het arbokernteam, het dagelijks bestuur van de arbocommissie de
volgende samenstelling: directeur organisatie en ontwikkeling, de bedrijfsarts, de
arbodeskundige en de medewerker arbo en verzuim. Onderwerpen die aan de orde kwamen
zijn: de risico-inventarisaties, een registratiesysteem voor arbo-aanvragen, een inventarisatie
van alle arbo-werkgroepen en –commissies en veilige zorg.
Highlights 2010
 Actualisatie van de bestaande RI&E’s inclusief aanbieding aan de OR
 Implementatie project Veilige Zorg
 Rapport Vernevelen Medicijnen
 Plan van aanpak Biologische Agentia
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
72
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
In het jaar 2010 zijn 10 medewerkers aangemeld voor een traject Maatschappelijk Werk.
Ziekteverzuim
Ziekteverzuimpercentage exclusief zwangerschap:
 Eerste ziekte jaar:
4,46 %
 Tweede ziekte jaar: 0,52 %
---------Totaal:
4,97 %
Ziekteverzuimpercentage inclusief zwangerschap:
 6,49 %
(Bron: Vernet Viewer 2010)
Organisatieontwikkeling
Fysiologie
In 2008 is gestart met de fysiologie gedachte, met als doel het verhogen van de
patiëntgerichtheid en het verbeteren van de samenwerking tussen de diverse afdelingen. In
2009 is er vervolg gegeven aan dit thema door o.a. het introduceren van het boek “Als Disney
de baas van uw ziekenhuis was” van Fred Lee, waarin door een ervaren Disneymanager op
eenvoudige wijze de verbinding wordt gemaakt naar het verhogen van klantgerichtheid binnen
de zorg. Hierna vonden een tiental vervolgbijeenkomsten plaats voor alle leidinggevenden en
hoofden zorggroep met het thema “op welke wijze krijgt de fysiologiegedachte meer concreet
gestalte binnen MMC?”.
De aandachtspunten uit deze sessies zijn begin 2010 per afdeling opgepakt, ondersteund door
de HRadviseurs. De meeste afdelingen hebben via een teamontwikkelplan diverse workshop en
bijeenkomst georganiseerd, een enkele afdelingen bleef enigszins achter door andere
prioriteiten.
Om deze ontwikkelingen vanuit het MMC bestuur te ondersteunen, is in juni 2010 het
toneelgezelschap Plezant uitgenodigd. Zij hebben binnen MMC drie voorstellingen van hun
prachtige toneelstuk “Dag en Nacht” verzorgt, waarin thema’s als communicatie en
gelijkwaardigheid tussen specialisten, verpleegkundigen en patiënten op zeer kwetsbare en
integere wijze aan de orde werden gesteld.
Tevens heeft MMC op 3 en 4 november Fred Lee uitgenodigd om binnen MMC in een aantal
sessies zijn visie op patiëntgerichtheid uiteen te zetten. Beide initiatieven hebben een bijdrage
geleverd aan het bespreken van thema’s rondom patiëntvriendelijkheid en samenwerking.
Voor 2011 zal het thema fysiologie nog verder gestalte krijgen. Naar verwachting loopt dit
programma tot eind 2011.
MTO
In mei 2010 is een medewerker tevredenheidonderzoek (MTO) gehouden onder alle
medewerkers van MMC in loondienst, inclusief de vrijwilligers. Aanleiding van dit MTO was de
concrete fusie (lateralisatie) in 2008, waarna er voor een heel groot aantal medewerkers erg
veel is gewijzigd in hun werkwijze en werklocatie.
Het onderzoek is uitgevoerd door het bureau Effectory, ondersteund door de afdeling HRM.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
73
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Voorafgaand aan dit MTO hebben diverse overleggen plaatsgevonden met leidinggevenden, OR
en de VAR om te komen tot een complete vragenlijst en een zo goed mogelijke indeling van de
groepen (afdelingen), 90 in totaal.
Van de 3622 enquêteformulieren die zijn verstuurd, hebben 1874 medewerkers de moeite
genomen om dit formulier in te vullen en terug te sturen.
De algemene tevredenheid onder de bevraagde mensen kwam op een gemiddelde score van
7,1. Dit geeft het gemiddelde weer van alle relevante aspecten zoals samenwerken, leiderschap,
motivatie en efficiency. Op zich een cijfer om tevreden mee te zijn, echter de aandachtpunten
gaven voldoende aanleiding om mee aan de slag te gaan. De punten die MMC breed de meeste
aandacht behoeven zijn betrokkenheid en ontwikkelingsmogelijkheden. In 2011 worden deze
punten verder uitgewerkt in concrete acties.
Tevens is afgesproken dat alle leidinggevenden met hun deelrapportages aan de slag gaan
binnen de eigen afdeling. Hierbij is afgesproken dat zij het rapport bespreken en met de afdeling
één trotspunt en twee verbeterpunten vastleggen, die in de loop van 2011 verder worden
geconcretiseerd.
Het MTO zal in 2012 en 2014 herhaald worden.
Mobiliteit
Op dit moment komt een substantieel deel van de medewerkers van MMC met de auto naar het
werk. Dit heeft als gevolg dat de verkeerssituatie en met name de parkeersituatie op het terrein
van MMC, locatie Veldhoven, als onwenselijk wordt beschouwd. Er dienen maatregelen te
worden genomen om het gebruik van de auto als vervoermiddel van en naar het werk te
verminderen.
Daarom is een werkgroep gevormd bestaande uit manager Hotel & logistiek, manager HRM,
medewerker HRM en een externe projectleider vanuit stichting BRAMM. De werkgroep heeft tot
doel: inzicht verkrijgen in de aantallen medewerkers en patiënten die met de auto naar MMC
komen en hoe zich dit verhoudt tot de maximale parkeercapaciteit. De werkgroep stelt een
beleidsnotitie op om (fysieke) mobiliteit van medewerkers inzichtelijk te maken en te
beïnvloeden.
Het analyseren van de relevante data en het opstellen van de beleidsnotitie wordt in het eerste
kwartaal van 2011 afgerond.
HR dienstverlening
Workshops
Doelstelling van de workshops is om leidinggevenden te faciliteren in hun rol in het uitvoeren
van het personeelsbeleid. In 2010 zijn de volgende onderwerpen aan bod gekomen:
 Workshop gebruik competentiemat: 17 deelnemers
 Workshop jaargesprekken:
8 deelnemers
 Workshop disfunctioneren:
26 deelnemers
 Workshop HR-Portaal:
aantal deelnemers onbekend
 Workshop verzuim:
aantal deelnemers onbekend
HR-portaal
In 2010 zijn twee onderdelen toegevoegd, namelijk ziek- en herstelmelding en Wet Verbetering
Poortwachter. Beide onderdelen werken volledig MMC breed. Daarnaast zijn voorbereidingen
getroffen voor het digitaliseren van het personeelsdossier. Deze wordt medio 2011
geïmplementeerd.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
74
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.10 Facilitair beleid (services)
De kerntaken van Services liggen in het verstrekken van ondersteunende diensten op het
gebied van voeding (patiënten/bezoekers/personeel), schoonmaak, receptie/beveiliging,
logistiek/transport, post, repro, kamerverhuur (personeelsflat Eindhoven), linnenvoorziening,
parkeerfaciliteiten, etc.
Al deze diensten zijn zoveel mogelijk op elkaar afgestemd waarbij het streven is zoveel als
mogelijk aan te sluiten op de bedrijfsvoering en de wensen van de klant.
Centraal staan het professioneel, vraaggestuurd en efficiënt werken, een gastvrije houding en
een gezonde bedrijfsvoering. In de praktijk resulteert dit in het samenvoegen van teams (niet
meer locatiegebonden) en komen out- dan wel co-sourcings-vraagstukken aan de orde waar
deze mogelijk leiden tot een kwalitatief en kwantitatief beter resultaat.
Services stelt zich tot doel een goede gastheer-/vrouw te zijn en het verblijf (kort of lang) van de
patiënten,bezoekers, overige gasten en medewerkers zo aangenaam mogelijk te maken en de
interne dienstverlening zo veel als mogelijk vraaggestuurd aan te bieden tegen een
marktconforme prijs.
Sinds april 2009 wordt de patiëntenvoeding à la carte aangeboden. Middels broodbuffetwagen
en maaltijdbuffetwagen kunnen patiënten à la carte kiezen uit het diverse aanbod van
gerechten. We noemen dit Máx maaltijdservice à la carte. Nieuw sinds medio 2010 is het lunchconcept dat voorziet in bijvoorbeeld soep en warme broodjes. We zijn trots op ons lage
dervingscijfer en een gemiddelde waardering van een dikke 8 voor onze maaltijden.
Eind 2010 heeft de eerste groep van ongeveer 75 voedingsassistenten de, op maat, opleiding
met succes afgerond. Begin 2011 zijn de certificaten met het bijbehorende speldje uitgereikt.
Binnen de afdeling logistiek is een reorganisatietraject lopende om de afdelingen transport en
magazijn samen te voegen. Doel is het behalen van een efficiencyvoordeel en eenduidige
werkprocedures richting onze klanten. Een vergelijkbaar traject is lopende bij
receptie&beveiliging. In 2010 zijn de voorbereidingen getroffen om receptie en beveiliging los te
koppelen en zijn medewerkers ingewerkt over beide locaties. Door het ontbreken van de
benodigde financiële middelen is dit in 2010 niet afgerond; verwachting is dat medio 2011 dit
gerealiseerd.
Er hebben oriënterende gesprekken plaatsgevonden met Océ om documentenanalyse op te
starten. Opstart analyse 2011.
De pilot dekbedden is opgestart.
Door contractmanagement zijn er o.a. besparingen doorgevoerd op afval en textiel.
Het professionaliseringsplan voor de Servicebureaus is opgesteld en zal in 2011 worden
gerealiseerd. Het Servicebureau wordt HET interne loket voor klachten, wensen, informatie etc.
De afdeling is versterkt met een manager welke tevens de accountrol voor Services gaat
vervullen. Vanaf medio 2010 werken de medewerkers Servicebureau over beide locaties.
In 2009 is SenS! BV opgericht; een joint venture tussen MMC en Vebego. SenS! richt zich op
schoonmaak en aanverwante activiteiten en staat voor Schoonmaak en Service, het ! voor het
belang dat hieraan gehecht wordt. De schoonmaak van beide locaties evenals de (interne)
verhuizingen zijn bij SenS! ondergebracht. Het schoonmaakprogramma is geactualiseerd
waarmee we een stijgende lijn zien in de kwaliteit van schoonmaak en –beleving. In het vierde
kwartaal van 2010 is gestart met het decentraal reinigen van bedden. Aan het einde van het
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
75
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
eerste kwartaal 2011 zullen de bedden van alle afdelingen decentraal gereinigd. In 2010 is de
accountrol van SenS! ingericht.
Met ingang van 4 oktober jl. is betaald parkeren op de locatie Veldhoven ingevoerd. Locatie
Eindhoven kent al sinds jaar en dag betaald parkeren. In Veldhoven is de parkeerdrukte de
laatste jaren toegenomen. Doordat omringende bedrijven met krappe parkeercapaciteit te
kampen hebben was het vermoeden dat veel externen gebruik maakte van het parkeerterrein
waardoor onze gasten lang moesten zoeken.
Ook sinds de invoering van betaald parkeren wordt het alsmaar drukker in het MMC. Enkel het
ontmoedigen van externen is niet meer voldoende om onze gasten een parkeerplaats te bieden;
begin 2011 wordt de parkeercapaciteit in Veldhoven daarom uitgebreid.
Als bijdrage aan het MMC-brede thema Fysiologie heeft Services de samenwerking gezocht met
Innergie. Ook is een kernteam opgericht bestaande uit een mix van leidinggevenden en
medewerkers van alle afdelingen van Services. Eind 2010 hebben de leidinggevenden en de
medewerkers welke deelnemen in het Kernteam de training “Klantgericht willen zijn” van
Innergie gevolgd. Alle medewerkers Services worden de eerste helft van 2011 getraind.
“Services gaat voor de Máx-Factor!”
Services is nauw betrokken bij de voorbereidingen met betrekking gebouw V, treft
voorbereidingen voor de NIAZ-accreditatie in 2011, participeert in de revitaliseringsplannen voor
de locatie Eindhoven en overige MMC-breden projecten en -acitiviteiteiten waaronder CBRN,
ZiROP-oefening. En…niet te vergeten; Services heeft haar steentje bijgedragen aan het
bijzondere bezoek van prinses Máxima aan ons ziekenhuis in april.
4.11 Samenleving
In deze paragraaf worden onze resultaten beschreven ten aanzien van maatschappelijk
ondernemen. De activiteiten zijn voortgevloeid uit het strategisch kader marketing communicatie
2009-2011.
Sponsoring
Regelmatig wordt Máxima Medisch Centrum benaderd met het verzoek om initiatieven of
projecten te sponsoren. Uiteraard heeft Máxima Medisch Centrum maatschappelijk verantwoord
ondernemen hoog in het vaandel. We willen ons ziekenhuis nadrukkelijker op de kaart zetten.
Daarom ondersteunen we, zeer selectief, initiatieven in Zuidoost Brabant op het gebied van
cultuur en gezondheidszorg. In 2009 is Máxima Medisch Centrum de medisch partner geweest
van twee grote regionale sportevenementen: Marathon Eindhoven en de Karpenloop. Bovendien
ondersteunen we op cultureel gebied het international Music master program.
MMC helpt: gezondheidsprojecten in ontwikkelingslanden
Wie rondloopt in Máxima Medisch Centrum ziet een modern bedrijf met hoogwaardig
technologische middelen en specialistische zorg. Een MMC-brede stichting, MMC Helpt, voelt
zich verantwoordelijk voor situaties die nog aan de wieg van medische zorg staan en richt zich
op het ondersteunen van kleinschalige projecten die niet door andere organisaties gefinancierd
worden.
Zo kunnen MMC-medewerkers (artsen, verpleegkundigen etc.), die vrije tijd beschikbaar stellen
om in ontwikkelingslanden te gaan werken en niet beschikken over een organisatie die hen
ondersteunt, rekenen op een bijdrage in reiskosten of medische voorzieningen. Wanneer ze in
het kader van een organisatie uitgezonden worden is ondersteuning kan een beroep gedaan
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
76
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
worden op een donatie van MMC Helpt voor een specifiek omschreven project. Regelmatig
gaan MMC-specialisten naar ontwikkelingslanden om daar te opereren. MMC Helpt geeft ze
medicijnen mee. Ook zetten MMC-specialisten zich in die landen in voor bijvoorbeeld HIVbestrijding. Máxima Medisch Centrum wil collega’s ondersteunen die vanuit hun idealen een
bijdrage willen leveren aan gezondheidsprojecten in landen met een ontwikkelingsachterstand.
MMC helpt bemiddelt ook bij de schenking van in MMC overtollige inventarisgoederen en
werkkleding naar landen zoals Oekraïne, Roemenië, Polen en Suriname
Projecten:
Ghana: Ondersteuning medewerker MMC, werkzaam voor de stichting Child support
Oeganda: Ondersteuning medewerker MMC, werkzaam in een kinderweeshuis
Irian Jaya: HIV-bestrijding bij de Papoea’s
Suriname: schenking overtollige couveuses
4.12 Marketing en communicatie
Goede informatie, communicatie en imago is erg belangrijk. Ook voor MMC.
Gemotiveerde medewerkers zijn de beste ambassadeurs, loyale patiënten goed voor de
toekomst. Veel verwijzende huisartsen zijn goed voor de productie, en een goede relatie met
zorgverzekeraars cruciaal voor onze zorgverkoop.
Patiëntencommunicatie heeft een front-office functie om patiënten van goede informatie te
voorzien: telefonisch, via email, internet en fysiek. Bovendien worden veel evenementen
georganiseerd in en buitenshuis over gezondheidgerelateerde thema’s: in 2010 waren dit zo’n
70 lotgenoten contacten, inloopbijeenkomsten en symposia (bijlage D). Deze avonden blijken
een inhoudelijk goede manier om mensen van informatie.
Interne communicatie is van fundamenteel belang voor het binden en boeien van onze
medewerkers. MCK coördineert hierin de informatie voorziening:
- intranet (incl. vraag het de raad van bestuur)
- wekelijks de actueel
- 6 keer per jaar personeelsblad MMCetera
- medewerkerbijeenkomsten.
Op het gebied van evenementen zijn er in 2010 een paar hoogtepunten geweest: de eerste paal
voor nieuwbouw in Veldhoven, het personeelsfeest voor medewerkers, het bezoek van H.K.H.
Prinses Máxima in het kader van de overhandiging van het Michael Wings system, de open dag
met 5800 bezoekers en de viering van het hoogstepunt van gebouw V eind 2010. Eind 2010 is
bovendien een succesvolle 40+ beurs georganiseerd met enkele honderden bezoekers op MMC
locatie Eindhoven.
MMC voert een proactief persbeleid en streeft een open, transparante relatie met de media na.
MMC wil regelmatig positief in het nieuws komen. MMC monitort hoe en hoe vaak het in de
media komt (figuur 2).
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
77
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Figuur 2
Internet speelt een belangrijke rol in de informatievoorziening aan patiënten. De mmc.nl portal
heeft in een jaar tijd ruim 1 miljoen bezoekers gehad.
MMC heeft in 2010 een actief social media beleid opgebouwd (twitter/ hyves/ linkedin/
facebook). Social media zijn immers niet alleen gratis publicitaire kanalen, maar bieden de
mogelijkheid om mensen aan MMC te binden, spelen een belangrijke rol in communicatie met
de media en bieden een platform voor online voorlichting.
Veel mensen associëren marketing met promotie en /of commercieel zijn. Een minstens zo
belangrijk aspect van marketing is echter klantgericht werken en denken: dit optimaliseert
immers de klantbeleving. Enthousiaste klanten maken gratis effectieve reclame. MCK
ondersteunt klantgericht werken en denken dan ook actief. MCK heeft in dit kader het fysiologie
programma in MMC actief ondersteund. Samen met services is doorgewerkt aan implementatie
van gastvrijheidbeleid. MMC locaties Eindhoven en Veldhoven zijn in dit kader geaudit en
hebben een landelijk 4e en 5e plaats behaald.
MMC heeft tweewekelijks geadverteerd in de huis aan huisbladen in de regio. Hierin zijn
productlijnen geëtaleerd, de korte toegangstijden van MMC gepromoot en evenementen op de
kaart gezet. MMC heeft een online pilot gedraaid met online adverteren op Google adwords en
commercial op Omroep Brabant gehad om het logistieke profiel van beide locaties nadrukkelijk
neer te zetten. Met de Máximaal heeft MMC zelf een niet te onderschatten reclamekanaal. Ieder
kwartaal komt een nieuwe Máximaal uit in een oplage van 15.000 stuks, waarbij de herfsteditie
als huis- aan huiskrant in de hele regio wordt verspreid in een oplage van 300.000 stuks.
Fondsenwerving
MCK coördineert de activiteiten in het kader van stichting Máxima, de goede doelenorganisatie
van MMC. Stichting Máxima beheert ongeveer 250K waaruit allerlei extra’s voor de patiënten in
MMC uit gefinancierd worden: een muziekkamer voor zieke kinderen, tijdschriften door het hele
ziekenhuis, laptops op diverse afdelingen etc. Ook wordt medisch wetenschappelijk onderzoek
door stichting Máxima ondersteund.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
78
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.13 Vastgoed en huisvesting (incl. milieu)
Werkstructuur
In 2009 werd de bouwlijn tot 2017 uitgezet die het geformuleerde beleid en de locatieprofilering
naadloos op een financieel verantwoorde wijze kan faciliteren op het gebied van huisvesting. In
de komende jaren zal voor circa € 120 mio in gebouwen en techniek worden geïnvesteerd.
De werkstructuur voor vastgoed & huisvesting werkt met een programmalijn.
Programma’s
1.Nieuw- en verbouw Veldhoven
2.Revitalisering locatie Eindhoven
3.Renovatie locatie Veldhoven
4.Vastgoedontwikkeling locatie Veldhoven (Health Technology Park)
5.Vastgoedontwikkeling locatie Eindhoven
Bouw
Programma 1:
Nieuw- en verbouw Veldhoven is in uitvoering en betreft een complex en gevarieerd
bouwvolume dat in november 2009 feitelijk is begonnen en half 2012 afgerond wordt.
- Gebouw V
- Uitbreiding en aanpassing van de technische installaties en infrastructuur (mede als
gevolg van gebouw V)
- MRI gebouw
- Nieuw- en verbouw concentratie psychiatrie
- Dialyse afdeling
Programma 2:
Betreft de revitalisering van het gebouw in Eindhoven omdat dit tot circa 2027 geëxploiteerd
wordt. De revitalisering is gericht op instandhouding van het gebouw en functionele en
cosmetisch aanpassingen om de patiënt, bezoeker en optimaal tegemoet te kunnen komen. Het
gebouw zal in de voorliggende jaren een belangrijke rol vervullen met een breed aanbod van
planbare en kwalitatief hoogstaande zorg. In 2009 werd gewerkt aan visieontwikkeling.
Afgelopen jaar is gebruikt om deze visie te vertalen in functionele, cosmetische en technische
aanpassingen van het gebouw teneinde voor patiënten, bezoekers en medewerkers een
gastvrije, comfortabele en veilige huisvesting aan te bieden.
Programma 3:
De renovatie Veldhoven vraagt nu reeds aandacht. Het gebouw dateert uit 1990. Als gevolg van
de ingebruikname van gebouw V komt aanzienlijke ruimte vrij in de bestaande bouw. Deze
ruimte zal alle huisvestingsknelpunten in Veldhoven oplossen. Voordat die vrijkomende ruimte in
gebruikgenomen wordt zal het gebouw aangepast worden aan de hedendaagse functionele en
cosmetische eisen. De renovatie van locatie Veldhoven strekt zich uit van 2012 tot en met 2016.
Vastgoedontwikkeling
De vastgoedontwikkeling voor locatie Veldhoven is in 2009 concreet begonnen. High Med
Campus werd als werktitel vervangen door Health Technology Park (improving live). Een naam
die de “lading dekt” met meer alure en internationale uitstraling. De ontwikkeling van de Health
Technology Park is als het ware de drager van deze ontwikkeling die de locatie Veldhoven in
een bredere maatschappelijke context plaats door het entreegebied te versterken, zorg
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
79
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
gerelateerde functies te huisvesten en een gebouwd platform aanbiedt voor medisch
technologische innovatie op basis van langdurige samenwerking met ondermeer de TU/e, TNO,
Fontys, Philips en anderen. In 2009 werd begonnen met het ontwikkelen van de
stedenbouwkundige visie die in 2010 werd afgerond. MMC met de Gemeente Veldhoven en
Brainport Development B.V. een intentieverklaring ondertekend. Er werd een governance
structuur ingericht die voorziet in een manager voor de doorontwikkeling van het project.
Met het oog op een zorgvuldige scheiding tussen ziekenhuisbelang en vastgoedontwikkeling zal
een eigenstandige juridische entiteit opgericht worden voor verdere ontwikkeling van Health
Technology Park.
Energie
MMC blijft zich profileren als een organisatie die het milieu minimaal wil belasten. Daartoe
investeert MMC in duurzaamheid van gebouw en techniek.
In 2009 is een plan voor uitbreiding en aanpassing van de technische infrastructuur in
Veldhoven ontwikkeld dat optimaal gebruik maakt van moderne ontwerpen en technologieën.
Naast een relatief lager verbruik en uitstoot van schadelijke stoffen zal ook in kosten
gereduceerd kunnen worden. In 2010 is een complex en omvangrijk project uitgevoerd om de
technische installaties uit te breiden en voor de komende jaren aan te passen. Dit gebeurt met
name als gevolg van de uitbreiding door gebouw V (15.000 m2 bvo) het MRI-gebouw (400 m2
bvo) en de uitbreiding van de dialyseafdeling (600 m2 bvo).
Milieu en Veiligheid
MMC is gehouden aan allerlei regels op het gebied van veiligheid en milieu. De sector gebouw &
techniek legt ieder jaar verantwoording aan de plaatselijke autoriteiten en brandweer.
De eisen die de overheid oplegt veranderen regelmatig en worden strenger.
Ook in 2010 heeft rapportage controle plaatsgevonden, waarbij MMC over de gehele lijn goed
gewaardeerd werd. Ook ten aanzien van de brandveiligheid voldoet MMC op beide locaties aan
hetgeen in wet – regelgeving gesteld is.
Máxima Medisch Centrum heeft een uitgebreid milieubeleid en brengt in dit kader een uitgebreid
milieujaarverslag uit. In dit verslag vindt u naast de milieubeleidsverklaring en de invulling ervan
binnen de organisatie ook informatie over de inspanningen welke binnen het Máxima Medisch
Centrum zijn verricht om de milieubelasting te verminderen. Een weergave van de
milieubelasting per aandachtsveld is eveneens opgenomen.
In dit geval betreft het een weergave van de jaren 2003 tot en met 2010. Dit verslag is separaat
op te vragen bij de contactpersonen zoals vermeld in de colofon.
4.14 Financieel beleid
Het jaar 2010 is afgesloten met een resultaat van 1,6 miljoen euro positief. De doelstelling aan
het begin van het jaar was om een resultaat van 2,5 miljoen euro te behalen. Dit is dus niet
geheel gerealiseerd.
In 2010 heeft eenmalig een extra afschrijving conform de overgangsregeling kapitaalslasten
plaatsgevonden. Dit heeft effect aan de opbrengstenkant (extra vergoeding in het wettelijk
budget) als aan de kostenkant (afschrijvingen). Dit betreft 18,3 miljoen euro.
Opbrengsten
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
80
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De omzet in het B-segment is licht gestegen van 57 miljoen naar 58,5 miljoen. De inkomsten uit
subsidie, voornamelijk het opleidingsfonds voor medisch specialisten zijn iets teruggelopen. Er
zijn minder aio’s toegewezen aan het MMC. De overige bedrijfsopbrengsten zijn in 2010 ruim 2
miljoen hoger. Dit zijn onder andere de opbrengsten uit deelnemingen (o.a. FC Maxima)
Kosten
De totale kosten in 2010 bedroegen 230 miljoen euro. De grootste wijzigingen heeft
plaatsgevonden bij de afschrijvingskosten. Deze zijn toegenomen van 13,5 miljoen naar 32
miljoen euro als gevolg van een eenmalige extra afschrijving van 18,3 miljoen euro.
De overige kosten (personele kosten en overige bedrijfskosten) zijn 3% toegenomen.
Solvabiliteit
Per ultimo 2009 bedroeg de solvabiliteitsratio 17,4% en per ultimo 2010 bedroeg deze
ratio16,9% (eigen vermogen als percentage van de totale opbrengsten).
Toekomstige ontwikkelingen
De komende jaren wordt de druk op de financiële middelen van het ziekenhuis naar verwachting
steeds groter. Voor 2011 heeft de minister al aangekondigd dat de ziekenhuizen een korting
opgelegd krijgen als gevolg van het overschrijden van het budgettair kader zorg in 2009. Alleen
deze korting bedraagt voor het Maxima Medisch Centrum al 6,4 miljoen euro.
In de zomer van 2010 heeft het Bestuurscollege van het Maxima Medisch Centrum besloten de
ontwikkeling van de financiën in een meerjarenperspectief te plaatsen. Voor de jaren 2010 t/m
2015 is besloten tot een totaalpakket aan financiële ombuigingen.
Dit bedrag is bepaald aan de hand van scenario’s ten aanzien van de eigen ontwikkelingen
verwachte invloeden van overheden en financiers.
De activiteiten richten zich op het verbeteren van het resultaat via 3 stromen:

margeverbeteringen als gevolg van volumegroei

productiviteitsverbeteringen en bezinning op portfolio

harde kostenreducties, voornamelijk door samenwerking met derden
Het ombuigingstraject is gestart in het najaar van 2010. De eerste resultaten zijn al zichtbaar,
want de productie laat sinds het laatste kwartaal van 2010 een stijgende lijn zien.
MMC is zich aan het voorbereiden op DOT financiering, niet alleen financieel administratief,
maar ook middels sessies voor medisch specialisten.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
81
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijlage A
Overzicht leden vereniging medische staf per 31 december 2010
naam
m/v
titel
voorl.
tussenv.
voornaam
specialisme
Jef
anesthesioloog
van den
Hans
anesthesioloog
Beerens
Dhr
J.L.H.
Berg
Dhr
J.J.
Custers
Dhr
W.T.M.
Wil
anesthesioloog
Funnekotter
Dhr
R.P.
Bob
anesthesioloog
Janssen
Dhr
S.W.M.
Stef
anesthesioloog
Luirink
Dhr
M.R.
Martin
anesthesioloog
Mair
Dhr
L.H.P.M.
le
Léon
anesthesioloog
Meggelen
Dhr
J.A.J.
van
Hans
anesthesioloog
Pfaff
Dhr
A.
Lex
anesthesioloog
Postma
Dhr
K.A.
Kor
anesthesioloog
Riezebos
Mw
P.M.L.E.
Patricia
anesthesioloog
Rohof
Dhr
M.H.C.
Mike
anesthesioloog
Ruigrok
Dhr
N.F.J.
Nico
anesthesioloog
Tielbeek
Dhr
E.A.
Ven
Mw
B.P.C.M.
Visser
Dhr
A.
Arents
Dhr
Verhoef
Mw
Hoogsteen
Dhr
dr.
Kemps
Dhr
dr.
H.M.C.
Hareld
cardioloog
Kuijpers
Mw
S.H.H.
Simone
cardioloog
Nooijer
Dhr
C.
Ron
cardioloog
Theunissen
Dhr
L.J.H.J.
Luc
cardioloog
Thijssen
Dhr
H.J.M.
Eric
cardioloog
dr.
Edmond
anesthesioloog
Dianne
anesthesioloog
Ton
anesthesioloog
N.L.A.
Niek
arts microbioloog
L.H.M.
Loes
arts microbioloog
J.
Jan
cardioloog
van de
de
Verbunt
Dhr
dr.
R.J.A.M.
Robert
cardioloog
Visser
Dhr
dr.
R.F.
Rombout
cardioloog
Bender
Dhr
M.H.M.
Mart
chirurg
Butter
Dhr
Charbon
Dhr
dr.
G.
den
J.A.
chirurg
chirurg
Dielen
Dhr
F.M.H.
van
Francois
chirurg
Eerten
Dhr
P.V.
van
Percy
chirurg
Kuijt
Dhr
G.P.
Gert
chirurg
Luijten
Dhr
Prakken
Dhr
Reemst
Repelaer van
Driel
Dhr
Dhr
Roumen
dr.
Bert
Jan
A.A.P.M.
Arijan
chirurg
W.J.
Wouter
chirurg
P.H.M.
Peter
chirurg
dr.
O.J.
Ocker
chirurg
Dhr
dr.
R.M.H.
Rudi
chirurg
Scheltinga
Dhr
dr.
Schenk
Mw
dr.
M.R.M.
Marc
chirurg
K.E.
Karin
chirurg
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
82
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Slooter
Dhr
dr.
G.D.
Gerrit
Binsbergen
Mw
dr.
C.J.M.
Nelleke
gynaecoloog
Bongers
Mw
dr.
M.Y.
Marlies
gynaecoloog
Boss
Dhr
dr.
E.A.
Erik
gynaecoloog
Geomini
Mw
P.M.A.J.
Haar-van Eck
Mw
S.A.
Koks
Mw
dr.
Maas
Dhr
dr.
Mulders
Dhr
Oei
van
chirurg
Peggy
gynaecoloog
Sylvia
gynaecoloog
C.A.M.
Carolien
gynaecoloog
J.W.M.
Jacques
gynaecoloog
dr.
L.G.M.
Leon
gynaecoloog
Dhr
prof.dr.
S.G.
Guid
Porath
Mw
dr.
M.M.
Martina
gynaecoloog
gynaecoloogperinatoloog
Veen
Dhr
J.
Joggem
gynaecoloog
Wiegerinck
Dhr
dr.
M.A.H.M.
Maarten
gynaecoloog
Bovenschen
GroeneveldHaenen
Dhr
dr.
H.J.
Jorn
huidarts
Mw
C.P.M.
Inge
huidarts
Kuijpers
Mw
A.L.A.
Astrid
huidarts
dr.
ter
Meeren
Dhr
dr.
H.L.M.
Harrie
huidarts
Prins
Mw
dr.
M.
Mandy
huidarts
Smits
Dhr
dr.
T.
Tim
huidarts
Willems
Dhr
P.W.J.M.
Petwin
huidarts
Akkeren
Dhr
J.P.
Jesse
intensivist-internist
Dijkman
Dhr
W.M.
Wouter
intensivist-internist
Eijkenboom
Dhr
J.J.A.
Jos
intensivist-internist
Gooijer
Dhr
A.
Ad
Königs
Dhr
M.H.H.
Marc
intensivist-internist
intensivistanesthesioloog
Koning
Dhr
J.
Jan
intensivist-internist
Kurban
Dhr
S.
Salih
Willems
Dhr
H.P.J.
Huub
intensivist
internistimmunoloog/allergoloog
dr.
van der
van
de
de
Ampting
Mw
dr.
J.M.A.
Jacobine
internist-nefroloog
Beerenhout
Dhr
dr.
C.H.
van
Charles
internist-nefroloog
Blank
Dhr
S.N.
Brian
internist-infectioloog
Dercksen
Dhr
dr.
M.W.
Wouter
internist-oncoloog
Erdtsieck
Dhr
dr.
R.J.
Ronald
internist-endocrinoloog
Haak
Dhr
dr.
H.R.
Harm
internist-endocrinoloog
Kuijper
Dhr
A.
Arno
Lambooij
Mw
S.L.E.
Els
Lieverse
Dhr
dr.
A.G.
Louis
internist-nefroloog
internistouderengeneesk.
internist-vasculair
geneeskundige
Nijziel
Dhr
dr.
M.R.
Marten
internist-hematoloog
Tick
Mw
dr.
L.W.
Lidwine
internist-hematoloog
Vreugdenhil
Dhr
dr.
G.
Art
internist-oncoloog
Wall Bake
Dhr
dr.
A.W.L.
Warmold
internist-nefroloog
van den
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
83
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Kerstens
Dhr
dr.
H.C.J.
Harrie
kaakchirurg
Vries
Dhr
K.
de
Klaas
kaakchirurg
Mönnink
Dhr
J.P.
de
Jan-Pieter
keel-, neus- en oorarts
Visser
Dhr
dr.
Cees
keel-, neus- en oorarts
Avoort
Dhr
dr.
Puts
Mw
C.E.
S.J.C.
van der
E.W.A.
Stijn
keel-, neus- en oorarts
Noortje
keel-, neus- en oorarts
Wouters
Dhr
B.
Bert
keel-, neus- en oorarts
Bok
Dhr
L.A.
Vinus
kinderarts
Gent
Dhr
dr.
R.
René
kinderarts
Heuser
Dhr
dr.
J.
Jörg
kinderarts-cardioloog
Tjon A Ten
Dhr
dr.
W.E.
Walther
kinderarts
Verreussel
Mw
M.J.T.
Marjo
kinderarts
Visser - Blokland
Mw
D.M.
Wijk-Hoek
Mw
J.M.
Zegers
Dhr
Schröer
Dhr
Sluijs - Bens
Mw
Dijkman
Dhr
Halbertsma
Dhr
Mohns
Dhr
Andriessen
Bambang
Oetomo
Dhr
Dhr
Buijs
Duijsters
Kleine
Dhr
van
van
Diana
kinderarts
Janneke
kinderarts
S.H.J.
Bas
kinderarts
C.
Christian
kinderarts-cardioloog
Jacqueline
kinderarts-neonatoloog
K.P.
Koen
kinderarts-neonatoloog
F.J.J.
Feico
kinderarts-intensivist
T.
Thilo
kinderarts-intensivist
dr.
P.
Peter
kinderarts-neonatoloog
prof.dr.
S.
Sidarto
kinderarts-neonatoloog
Dhr
J.
Jan
kinderarts-neonatoloog
Mw
C.E.P.M.
Carola
kinderarts-neonatoloog
de
Martin
kinderarts-neonatoloog
Dirk
klinisch chemicus
van der
Fedde
klinisch chemicus
dr.
J.P.F.
dr.
dr.
M.J.K.
Bakkeren
Dhr
dr.
D.L.
Graaf
Dhr
dr.
F.
van der
Kuijper
Dhr
dr.
P.H.M.
Philip
klinisch chemicus
Vader
Dhr
prof.dr.ir.
H.L.
Huib
klinisch chemicus
Pul
Mw
dr.ir.
C.
Carola
klinisch fysicus
Wijn
Dhr
prof.dr.ir.
P.F.F.
Pieter
klinisch fysicus
Aleva
Dhr
R.M.
Roel
longarts
Henten
Dhr
M.J.
Arjen
longarts
Janssen
Dhr
J.D.J.
Joost
longarts
Jonker
Dhr
G.J.
Gwan
longarts
Stijn
longarts
Dirk
longarts
van
van
Mol
Dhr
S.J.M.
Munck
Dhr
D.R.A.J.
Youssef-El Soud
Mw
M.
Maggy
longarts
Boekema
Dhr
Kamphuis
Dhr
dr.
De
P.J
Paul
maag-darm-leverarts
J.Th.
Jan
maag-darm-leverarts
Salemans
Dhr
dr.
J.M.J.I.
Jan
maag-darm-leverarts
Straathof
Dhr
dr.
J.W.A.
Jan-Willem
maag-darm-leverarts
Verhulst
Mw
dr.
M.L.
Marie-Louise
maag-darm-leverarts
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
84
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wijk
Dhr
dr.
H.J.
van
Hans
maag-darm-leverarts
Beijer
Mw
I.S.
Inge
neuroloog
Setz
Dhr
J.M.
Maikel
neuroloog
Steenhoven
WagenerSchimmel
Dhr
C.T.
Theo
neuroloog
Mw
L.J.J.C.
Laetitia
neuroloog
Zwanikken
Dhr
dr.
C.P.
Kees
neuroloog
I.H.
Ing Han
nucleair geneeskundige
dr.
E.J.
Ernst
nucleair geneeskundige
D.H.H.
Dan
oogarts
Liem
Dhr
Postema
Dhr
Box
Dhr
van den
Hament
Dhr
W.J.
Wim
oogarts
Hommersom
Dhr
C.F.
Richard
oogarts
Kerkhoff
Kooijman-de
Groot
Dhr
F.T.
Frank
oogarts
Mw
M.J.C.
Marjolein
oogarts
Leyssens
Mw
B.E.G.
Barbara
oogarts
Besselaar
Dhr
M.
van den
Marijn
orthopedisch chirurg
Boer
Dhr
W.A.
den
Willem
orthopedisch chirurg
Bonneux
Mw
I.M.F.
Inge
orthopedisch chirurg
Douveren
Dhr
F.Q.M.P.
van
Florens
orthopedisch chirurg
Essen-Giesberts
Mw
A.M.E.
van
Anouk
orthopedisch chirurg
J.G.E.
Hans
orthopedisch chirurg
R.P.A.
Rob
orthopedisch chirurg
Hendriks
Dhr
Janssen
Dhr
Koot
Dhr
Mourik
Dhr
Beek
Dhr
dr.
dr.
H.W.J.
dr.
Henk
orthopedisch chirurg
J.B.A.
van
Jan
orthopedisch chirurg
M.W.P.M.
van
Mike
patholoog
Thomas
patholoog
van
Ineke
patholoog
Demeyere
Dhr
Lijnschoten
Mw
T.B.J.
Nollen-Lopez
Mw
L.
Lizette
Fechner
Dhr
M.R.
Maarten
Mesters
Mw
E.M.J.
Esther
Tits
Dhr
H.W.H.J.
Wilmink
Dhr
J.
Han
patholoog
plast. en reconstr.
chirurg
plast. en reconstr.
chirurg
plast. en reconstr.
chirurg
plast. en reconstr.
chirurg
Dirks
Mw
A.C.
Astrid
psychiater
Klop
Dhr
C.
Kees
psychiater
dr.
G.
Somers
Dhr
M.J.J.M.
Woensel - Kwast
Mw
M.A.
Brus
Mw
Chatrou
Mw
dr.
Gijsbers
Mw
dr.
B.
van
Herm
Marc
psychiater
Marianne
psychiater
H.J.M.
Rian
psycholoog
M.
Marlène
psycholoog
Barbara
psycholoog
Hoogwegt
Dhr
F.M.
Kempen
Mw
S.C.
Rijper
Mw
E.A.M.
van
van
Frans
psycholoog
Suzanne
psycholoog
Ellen
psycholoog
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
85
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tonino
Mw
B.K.
Barbara
psycholoog
Verstraeten
Mw
S.M.M.
Sonja
psycholoog
Booij
Dhr
A.Ph.
Alex
radioloog
Cremers
Dhr
P.T.J.
Pierre
radioloog
Linden
Dhr
F.H.J.
ter
Frans
radioloog
Linden
Dhr
A.N.
van der
Toine
radioloog
Ooms
Dhr
H.W.A.
Rik
radioloog
Pasmans
Dhr
H.L.M.
Huub
radioloog
Plaisier
Dhr
M.L.
Menno
radioloog
Polak
Dhr
M.P.J.
Martin
radioloog
Rasenberg
Mw
E.I.J.
Elise
radioloog
Roos
Dhr
F.G.
George
radioloog
Tseng
Dhr
C.M.E.S.N.
Carroll
radioloog
Weerdenburg
Dhr
J.P.G.
Hans
radioloog
Wiel
Mw
Kroot
LinssenRamakers
Dhr
J.C.M.
dr.
Mw
Fenneke
radioloog
E.J.A.
van de
Eric-Jan
reumatoloog
D.H.J.M.
Dorien
reumatoloog
Traksel
Dhr
R.A.M.
René
reumatoloog
Verheesen
Dhr
R.H.
Richard
reumatoloog
Westgeest
Dhr
Toon
reumatoloog
Bergen
Campen Hoekstra
Mw
K.
van
Koosje
SEH-arts
Mw
M.M.
van
Mieke
SEH-arts
Honing
Mw
A.
van der
Anouk
SEH-arts
Wouters
Mw
F.M.
Femke
SEH-arts
Achterberg
CruijsenRaaijmakers
Dhr
E.D.
Edwin
sportarts
Mw
M.
van der
Marike
sportarts
Essen
Dhr
A.
van
Bert
sportarts
Hoogeveen
Dhr
dr.
A.R.
Adwin
sportarts
Schep
Dhr
dr.
G.
Goof
sportarts
Bos
Dhr
R.W.L.
Ronald
uroloog
Pernet
Dhr
F.P.P.M.
Frank
uroloog
Fossion
Dhr
dr.
L.M.C.L.
Laurent
uroloog
Levens
NanlohyManuhutu
Dhr
dr.
W.J.
Wim
uroloog
E.L.
Miel
uroloog
dr.
Mw
Brenninkmeijer
Dhr
Derijks
Dhr
dr.
A.A.A.
V.J.
Vincent
ziekenhuisapotheker
L.J.J.
Luc
ziekenhuisapotheker
Matthijs
ziekenhuisapotheker
Sjoukje
ziekenhuisapotheker
Poll
Dhr
M.E.C.
Troost
Mw
S.J.
van de
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
86
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijlage B
Instemmingsvragen OR MMC 2010
Onderwerp
Datum
instemming
10 februari
2010
Opmerkingen
Avond/nachthoofd
locatie Eindhoven
Arbobeleidsplan
24 februari
2010
24 februari
2010
Aandacht gevraagd voor het feit dat de gecorrigeerde
weekenddiensten niet in de formele aanvraag zijn verwerkt.
Aandachtspunten:
 Beleidsplan 4.5 Preventiemedewerker
In het beleidsplan staat dat iedere afdeling of RVE
een preventiemedewerker gaat benomen. De
ondernemingsraad verzoekt u dringend om deze
preventiemedewerker zodanig te faciliteren dat hij
ook daadwerkelijk deze functie kan uitoefenen.
 Beleidsplan 4.6 ARBO commissie
Ter voorkoming van misverstanden wil de
ondernemingsraad graag benoemd hebben dat hij
als toehoorder in deze commissie participeert.
 Beleidsplan 4.7 ARBO Kernteam
Ons inziens ontbreekt in dit takenpakket het beheer
van het budget van de ARBO.
 Beleidsplan 4.9 Arbodienst
De ondernemingsraad maakt zich zorgen over de
toename van het verzuim in MMC. Hij is verheugd
dat er nieuwe gebruiksvriendelijke
verzuimregistratiesoftware ter beschikking komt,
echter de invoering hiervan loopt vertraging op.
9-urige werkdag
poliklinische OK
Richtlijn
werkoverleg
Diensttijd wijziging
polikliniek interne
Veldhoven
4 maart 2010
Camera’s
verloskamers
18 maart
2010
Beoordelingsmeth
odiek
leidinggevenden
18 maart
2010
Verlening contract
Arts in Bedrijf
18 maart
2010
Gratificatiebeleid
MMC
11 maart
2010
Geen instemming verleend.
Eerst overleg over werkoverleg als MMC-beleid.
Aandacht gevraagd voor het feit dat het gaat om de poli
oncologie en erop gewezen dat de OR niet op de hoogte
was gesteld van het feit dat men reeds met een proefrooster
bezig was.
Aandacht gevraagd om in het kader van de 360 graden
feedback, bij het invullen van de competentiescan onder de
kop; ‘medewerker aan wie leiding wordt gegeven’, de functie
van de medewerker te benoemen.
Aandachtspunt:
De ondernemingsraad wil nog wel op de hoogte gebracht
worden onder welke condities het contract verlengd is en hij
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
87
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
wil graag de tussentijdse evaluatie met de
bedrijfsgezondheidsdienst ontvangen.
Aanpassing
diensttijden
afdeling
coördinatie, poli
noord locatie
Eindhoven
Nieuwe
diensttijden
slaaponderzoeken
Regeling
vergoeding
bedrijfsfitness
BIG –registratie
en registratie
kwaliteitsregister
Dienstijden NICU
en zuigelingenunit
Wijziging
diensttijden
verloskamers
Naleven ATW
SEH
Naleven ATW
Medium Care
Aanpassing
diensten OK
29 april 2010
29 april 2010
29 april 2010
29 april 2010
29 april 2010
20 mei 2010
8 juni 2010
Geen instemming verleend. Voldoet niet aan de ATW
8 juni 2010
Geen instemming verleend. Voldoet niet aan de ATW
30 juni 2010
De in de notitie vermelde diensten kloppen allemaal
(volgens ATW) maar worden in de praktijk niet zo uitgevoerd
zoals:
De HO1 dienst wordt niet gehanteerd zoals afgesproken;
Echte spoedpatiënten moeten door de
bereikbaarheidsdiensten gedaan worden maar worden in de
praktijk door de HO1 diensten erbij gedaan;
De langere tijdsduur van de operaties is gelegen in het feit
dat deze vaak door assistenten worden gedaan en niet door
de speciallisten;
CSA geeft alleen steriele netten af maar ruimt ze niet in op
de plaats waar het hoort, ook dit wordt door de HO1 dienst
gedaan waardoor de rest van het operatieteam moet
wachten.
De ondernemingsraad heeft hierover contact opgenomen
met de HR adviseur Per Zelissen en hem geadviseerd de
evaluatie versneld door te voeren en een aantal
aanpassingen te doen, zowel op fysiologisch gebied als op
logistiek gebied. Hij heeft de ondernemingsraad toegezegd
binnen 2 weken met het MT van de OK dit te bespreken.
RVE cardiologie
polikliniek
15 juli 2010
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
88
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
hartfalen
Roosterwijziging/
wijziging
diensttijden
afdeling 3A
Roosterwijziging
afdeling 3D
Aanpassing
dienstroostertijden
PAAZ, loc.
Veldhoven
Werktijden artsassistenten
diverse
specialisme
Aanpassing
werktijden
medewerkers
AOA
Businessplan
decentrale
beddenreiniging
Roosterwijziging
functieafdeling
MDL/Longziekte
RIE+plan van
aanpak klinisch
laboratorium
RIE+plan van
aanpak AOA
RIE+plan van
aanpak radiologie
RIE+plan van
aanpak KNO
RIE+plan van
aanpak VMK
RIE+plan van
aanpak Apotheek
en CSA
RIE+plan van
aanpak
Neurologie
22 juli 2010
22 juli 2010
8 september
2010
21
september
2010
23
september
2010
7 oktober
2010
Aandacht gevraagd voor 5 mogelijke
herplaatsingkandidaten
4 november
2010
18 november
2010
25 november
2010
25 november
2010
2 december
2010
Geen instemming verleend. Voldoet niet aan de gestelde
criteria
Instemming verleend. Advies gegeven om ruimte te maken
in de investeringsbegroting van 2011 om bepaalde
knelpunten toch binnen afzienbare tijd op te lossen.
2 december
2010
9 december
2010
14 december
2010
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
89
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Adviesvragen OR MMC 2009
Onderwerp
Businesscase Receptie
en Beveiliging
Advies nieuw lid raad
van toezicht
Wijziging bevoegdheden
KNO
Adviesvraag cardiologie
polikliniek hartfalen
Onderzoeksopdracht
naar samenwerking
MMC en CZE
Adviesaanvraag
reorganisatie
Receptie&beveiliging en
POS
Adviesvraag
organisatiestructuur
Paramax
Invulling secretariaat IC
Datum
advies
18 maart
2010
Opmerkingen
Advies: over te gaan tot uitvoering van het
voorgenomen besluit indien voldaan wordt aan de
gestelde randvoorwaarden en de communicatie
hier omtrent geoptimaliseerd wordt.
25 maart
2010
20 mei 2010
15 juli 2010
30
september
2010
16 december
2010
17 december
2010
17 december
2010
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
90
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
BIJLAGE C WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES NAAR ZORGGROEP 2010
Algemene Chirurgie
1. Derkx F, Maaskant-Braat AJ, van der Sangen MJ, Nieuwenhuijzen GA, van de Poll-Franse
LV, Roumen RM, Voogd AC. Staging and management of axillary lymph nodes in patients
with local recurrence in the breast or chest wall after a previous negative sentinel node
procedure. Eur J Surg Oncol 2010;36:646-651
2. Deunk J, Poels TC, Brink M, Dekker HM, Kool DR, Blickman JG, van Vugt AB, Edwards MJ.
The clinical outcome of occult pulmonary contusio non multidetector-row computed
tomography in blunt trauma patients. J Trauma 2010;68:387-394
3. Deunk J, Brink M, Dekker HM, Kool DR, Blickman JG, van Vugt AB, Edwards MJ. Predictors
for the selection of patients for abdominal CT after blunt trauma: a proposal for a diagnostic
algorithm. Ann Surg 2010;251:512-520
4. van Dielen FM, Nijhuis J, Rensen SS, Schaper NC, Wiebolt J, Koks A, Prakken FJ, Buurman
WA, Greve JW. Early Insulin sensitivity during first months after restrictive bariatric surgery,
inconsistency between HOMA-IR and steady-state plasma glucose levels. Surg Obes Relat
Dis 2010;6:340-344
5. Farina-Sarasqueta A, Gosens MJ, Moerland E, van Lijnschoten G, Lemmens VE, Slooter
GD, Rutten HJ, van den Brule AJ. TS gene polymorphisms are not good markers of
response to 5-FU therapy in stage III colon cancer patients. Anal Cell Pathol (Amst)
2010;33:1-11
6. Farina-Sarasqueta A, Gosens MJ, Moerland E, van Lijnschoten G, Lemmens VE, Slooter
GD, Rutten HJ, van den Brule AJ. TS gene polymorphisms are not good markers of
response to 5-FU therapy in stage III colon cancer patients. Cell Oncol 2010 (Epub)
7. van Hoek F, van Tits HW, van Lijnschoten G, de Haas FD, Scheltinga MR. Multiple
carcinomas in the hemodialysis access induced ischemic hand of a renal transplant patient.
Eur J Dermatol 2010;20:214-216
8. van Hoek F, Scheltinga MR, Houterman S, Beerenhout CH. Heamodialysis decreases finger
pressures independent of artificial kidney blood flow. Nephrology (Carlton) 2010;15:555-559
9. Houtermans-Auckel JP, van Rossum E, Teijink JAW, Dahlmans AAHR, Eussen EFB,
Krasznai A, Nicolai SPA, Welten RJThJ. Geen meerwaarde van een therapeutische
elastische kous na ‘korte strip’ wegens varices. Ned Tijdschr Geneeskd 2010;154:A1448
10. van den Hoven I, Roumen RM. Chronic recurrent crampy abdominal pain owing to partial
intestinal malrotation. Surgery 2010;147:893-894
11. van den Hoven I, Kuijt GP, Voogd AC, van Beek MW, Roumen RM. Value of Memorial
Sloan-Kettering Cancer Center nomogram in clinical decision making for sentinel lymph
node-positive breast cancer. Br J Surg 2010;97:1653-1658
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
91
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
12. Leclercq WK, Keulers BJ, Scheltinga MR, Spauwen PH, van der Wilt GJ. A review of
surgical informed consent: past, present and future. A quest to help patients make better
decisions. World J Surg 2010;34:1406-1415
13. Loos MJ, Scheltinga MR, Roumen RM. Tailored neurectomy for treatment of
postherniorrhaphy inguinal neuralgia. Surgery 2010;147:275-281
14. Loos MJ, Verhagen T, Scheltinga MR, Roumen RM. A randomised controlled trial of injection
therapy versus neurectomy for post-herniorrhaphy inguinal neuralgia: rationale and study
design. Hernia 2010;14:593-597
15. Maaskant-Braat AJ, van de Poll-Franse LV, Voogd AC, Coebergh JW, Roumen RM,
Nolthenius-Puylaert MC, Nieuwenhuijzen GA. Sentinel node micrometastases in breast
cancer do not affect prognosis: a population-based study. Breast Cancer Res Treat 2010
(Epub)
16. van Nes JG, Seynaeve C, Maartense E, Roumen RM, de Jong RS, Beex LV, MeershoekKlein
Kranenbarg WM, Putter H, Nortier JW, van de Velde CJ, Cooperating investigators of the
Dutch TEAM trial. Patterns of care in Dutch postmenopausal patients with hormone-sensitive
early breast cancer participating in the Tamoxifen Exemestane Adjuvant Multinational
(TEAM)
trial. Ann Oncol 2010;21:974-982
17. Nicolaï SP, Hendriks EJ, Prins MH, Teijink JA; EXITPAD study group. Optimizing supervised
exercise therapy for patients with intermittent claudication. J Vasc Surg 2010;52:1226-1233
18. Nicolaï SP, Teijink JA, Prins MH; Exercise Therapy in Peripheral Arterial Disease Study
Group. Muticenter randomized clinical trial of supervised exercise therapy with or without
feedback versus walking advice for intermittent claudication. J Vasc Surg 2010;:348-55
19. Nicolaï SP, Gerardu VC, Kruidenier LM, Prins MH, Teijink J. From the Cochrane library:
Ginkgo biloba for intermittent claudication. A. Vasa 2010;39:153-158
20. Nicolaï SP, Leffers P, Kruidenier LM, De Bie RA, Prins MH, Teijink JA. Extending the range
of treadmill testing for patients with intermittent claudication. Med Sci Sports Exerc
2010;42:640-645
21. Nienhuijs SW, Rutten HJ, Luiten EJ, Repelaer van Driel OJ, Reemst PH, Lemmens VE, de
Hingh IH. Reduction of in-hospital mortality following regionalisation of pancreatic surgery in
the south-east of the Netherlands. Eur J Surg Oncol 2010;36:652-656
22. van der Sangen MJ, van de Wiel FM, Poortmans PM, Tjan-Heijnen VC, Nieuwenhuijzen GA,
Roumen RM, Ernst MF, Tutein Nolthenius-Puylaert MC, Voogd AC. Are breast conservation
and mastectomy equally effective in the treatment of Young women with early breast
cancer? Long-term results of a population-based cohort of 1,451 patients aged </=40 years.
Breast Cancer Res Treat 2010 (Epub)
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
92
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
23. Schouten R, Wiryasaputra DC, van Dielen FM, van Gemert WG, Greve JW. Long-term
results of bariatric restricitive procedures: a prospective study. Obes Surg 2010;20:16171626
24. Swank HA, Vermeulen J, Lange JF, Mulder IM, van der Hoeven JA, Stassen LP, Crolla RM,
Sosef MN, Nienhuijs SW, Bosker RJ, Boom MJ, Kruyt PM, Swank DJ, Steup WH, de Graaf
EJ, Weidema WF, Pierik RE, Prins HA, Stockmann HB, Tollenaar RA, van Wagensveld BA,
Coene PP, Slooter GD, Consten EC, van Duijn EB, Gerhards MF, Hoofwijk AG, Karsten TM,
Neijenhuis PA, Blanken-Peeters CF, Cense HA, Mannaerts GH, Bruin SC, Eijsbouts QA,
Wiezer MJ, Hazebroek EJ, van Geloven AA, Maring JK, D'Hoore AJ, Kartheuser A, Remue
C, van Grevenstein HM, Konsten JL, van der Peet DL, Govaert MJ, Engel AF, Reitsma JB,
Bemelman WA; Dutch Diverticular Disease (3D) Collaborative Study Group. The ladies trial:
laparoscopic peritoneal lavage or resection for purulent peritonitisA and Hartmann's
procedure or resection with primary anastomosis for purulent or faecal peritonitisB in
perforated diverticulitis (NTR2037). BMC Surg 2010;10:29
25. Toorop RJ, Scheltinga MR, Huige MC, Moll FL. Clinical results of carotid denervation by
adventital stripping in carotid sinus syndrome. Eur J Vasc Endovasc Surg 2010;39:146-152
26. Unlü C, de Korte N, Daniels L, Consten EC, Cuesta MA, Gerhards MF, van Geloven AA, van
der Zaag ES, van der Hoeven JA, Klicks R, Cense HA, Roumen RM, Eijsbouts QA, Lange
JF, Fockens P, de Borgie CA, Bemelman WA, Reitsma JB, Stockmann HB, Vrouenraets BC,
Boermeester MA, Dutch Diverticular Disease 3D Collaborative Study Group. A multicenter
randomized clinical trial investigating the cost-effectivenessof treatment strategies wit hor
without antibioticsfor uncomplicated acute diverticulitis (DIABOLO trial). BMC Surg
2010;10:23
27. Wiering B, Adang EM, van der Sijp JR, Roumen RM, de Jong KP, Comans EF, Pruim J,
Dekker HM, Ruers TJ, Krabbe PF, Oyen WJ. Added value of positron emission tomography
imaging in the surgical treatment of colorectal liver metastases. Nucl Med Commun
2010;31:938-944
28. Wiering B, Oyen WJ, Adang EM, van der Sijp JR, Roumen RM, de Jong KP, Ruers TJ,
Krabbe PF. Long-term global quality of life in patients treated for colorectal liver metastases.
Br J Surg 2010 (Epub)
Cardiologie
1. Corrado D, Pelliccia A, Heidbuchel H, Sharma S, Link M, Basso C, Biffi A, Buja G, Delise P,
Gussac I, Anastasakis A, Borjesson M, Bjørnstad HH, Carrè F, Deligiannis A, Dugmore D,
Fagard R, Hoogsteen J, Mellwig KP, Panhuyzen-Goedkoop N, Solberg E, Vanhees L,
Drezner J, Estes NA 3rd, Iliceto S, Maron BJ, Peidro R, Schwartz PJ, Stein R, Thiene G,
Zeppilli P, McKenna WJ; Section of Sports Cardiology, European Association of
Cardiovascular Prevention and Rehabilitation. Recommendations for interpretation of 12lead electrocardiogram in the athlete. Eur Heart J 2010;31:243-259
2. Kemps HM, Schep G, Zonderland ML, Thijssen EJ, de Vries WR, Wessels B, Doevendans
PA, Wijn PF. Are oxygen uptake kinetics in chronic heart failure limited by oxygen delivery or
oxygen utilization? Int J Cardiol 2010;142:138-144
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
93
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3. Kemps HM, de Vries WR, Schmikli SL, Zonderland ML, Hoogeveen AR, Thijssen EJ, Schep
G. Assessment of the effects of physical trraining in patients with chronic heart failure: the
utility of effort-independent exercise variables. Eur J Appl Physiol 2010;108:469-476
4. Toorop RJ, Scheltinga MR, Huige MC, Moll FL. Clinical results of carotid denervation by
adventital stripping in carotid sinus syndrome. Eur J Vasc Endovasc Surg 2010;39:146-152
Dermatologie
1. van Hoek F, van Tits HW, van Lijnschoten G, de Haas BD, Scheltinga MR. Multiple
carcinomas in the hemodialysis access induced ischemic hand of a renal transplant patient.
Eur J Dermatol 2010;20:214-216
Fysiotherapie
1. Hoogendoorn M, van Wetering CR, Schols AM, Rutten-van Mölken MP. Is INTERdiscipliary
COMmunity-based COPD management (INTERCOM) cost-effective? Eur Respir J
2010;35:79-87
2. van Wetering CR, Hoogendoorn M, Mol SJ, Rutten-van Mölken MP, Schols AM. Short- and
longterm efficacy of a community-based COPD management program in less advanced
COPD: a randomized controlled trial. Thorax 2010;65:7-13
3. van Wetering CR, Hoogendoorn M, Broekhuizen R, Geraerts-Keeris GJ, De Munck DR,
Rutten-van Mölken MP, Schols AM. Efficacy and costs of nutritional rehabilitation in musclewasted patients with chronic obstructive pulmonary disease in a community-based setting: a
prespecified subgroup analysis of the INTERCOM trial. J Am Med Dir Assoc 2010;11:179187
Inwendige geneeskunde
1. Cnossen TT, Gladziwa U, van de Kerkhof JJ, Schalkwijk CG, Scheijen J, van Amersfoort J,
Moret K, Beerenhout CH, Kooman JP. The influence of bicarbonate/lactate-buffered pdf luids
on {varepsilon}-(carboxyethyl)lysine and n{varepsilon}-(cardobxymethyl)lysine in peritoneal
effluent. Perit Dial Int 2010 (Epub)
2. Cnossen TT, Beerenhout CH, Smit W, Konings C, Kooman J, Leunissen K, Krediet RT.
Influence of the preceding dwell time on the periotoneal equilibration test with 3.86% glucose
solution in automated peritoneal dialysis. Perit Dial Int 2010;30:95-98
3. van Herk-Sukel MP, van de Poll-Franse LV, Lemmens VE, Vreugdenhil G, Pruijt JF,
Coebergh JW, Herings RM. New opportunities for drug outcomes research in cancer
patients: The linkage of the Eindhoven Cancer Registry and the PHARMO Record Linkage
System. Eur J Cancer 2010;46:395-404
4. Hermsen IG, Groenen YE, Dercksen MW, Theuws J, Haak HR. Response to radiation
therapy in adrenocortical carcinoma. J Endocrinol Invest 2010;33:712-714
5. Hermsen IG, den Hartigh JR, Haak HR. Mitotane serum level analysis; good agreement
between two different assays. Clin Endocrinol (Oxf) 2010;73:271-272
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
94
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
6. Hermsen IG, Polak MP, Haak HR. Disappearing adrenal masses. Endocrine 2010;38:153157
7. van Hirtum PV, Prins M, ten Oever J, Nijziel MR, Vreugdenhil G, Dercksen MW. Syndroom
van Sweet bij onderliggende maligniteit. Ned Tijdschr Geneeskd 2010;154:A2112
8. van Hoek F, Scheltinga MR, Houterman S, Beerenhout CH. Heamodialysis decreases finger
pressures independent of artificial kidney blood flow. Nephrology (Carlton) 2010;15:555-559
9. Huisman S, Maes S, de Gucht V, Chatrou M, Haak HR. Low goal ownership predicts dropout from a weight intervention study in overweight patients with type 2 diabetes. Int J Behav
Med 2010;17:176-181
10. Labar B, Suciu S, Willemze R, Muus P, Marie JP, Fillet G, Berneman Z, Jaksic B, Feremans
W, Bron D, Sinnige H, Mistrik M, Vreugdenhil G, de Bock R, Nemet D, Gilotay C, Amadori S,
de Witte T; on behalf of the EORTC Leukemia Group. Dexamethasone compared to
prednisolone for adults with acute lymphoblastic leukemia or lymphoblastic lymphoma: final
results of the ALL-4 randomized, phase III trial of the EORTC Leukemia Group.
Heamatologica 2010;95:1489-1495
11. Moret KE, Beerenhout CH, Kooman JP. Variations in predialytic conductivity in dialyses
patients: effect on ionic mass balance and blood pressure. ASAIO J 2010;57:53-61
12. van de Schans SA, Janssen-Heijnen ML, Nijziel M, Steyerberg EW, van Spronsen DJ.
Validation, revision and extension of the mantle cell lymphoma international prognostic index
(MIPI) in a population-based setting. Heamatologica 2010;95:1503-1509
13. Tick LW, Doggen CJ, Rosendaal FR, Faber WR, Bousema MT, Mackaay AJ, van Balen P,
Kramer MH. Predictors of the post-trombotic syndrome with non-invasive venous
examinations in patients six weeks after a first episode of deep venous thrombosis. J
Thromb Haemost 2010;8:2685-2692
14. Vandeputte J, Haak HR. Een vrouw met braken en diarree. Ned Tijdschr Geneeskd
2010;154:A1288
Kindergeneeskunde
1. Bok LA, Been JV, Struys EA, Jakobs C, Rijper EA, Willemsen MA. Antenatal treatment in
two Dutch families with pyridoxine-dependent seizures. Eur J Pediatr 2010;169:297-303
2. Bok LA, Maurits NM, Willemsen MA, Jakobs C, Teune LK, Poll-The BT, de Coo IF, Toet MC,
Hagebeuk EE, Brouwer OF, van der Hoeven JH, Sival DA. The EEG response to pyridoxineIV neither identifies nor excludes pyridoxine-dependent epilepsy. Epilepsia 2010;51:24062411
3. Chen W, Bambang Oetomo S, Feijs L, Andriessen P, Kimman F, Geraets M, Thielen M.
Rhythm of Life Aid (ROLA): an integrated sensor system for supporting medical staff during
cardiopulmonary resuscitation (CPR) of newborn infants. IEEE Trans Inf Technol Biomed
2010;14:1468-1474
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
95
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4. van Delft E, Andriessen P, Vaessens CN, Buijs J, Bambang Oetomo S. Cerebral MRI
abnormalities in a premature infant with later confirmed congenital central hypoventilation
syndrome. Eur J Pediatr 2010;169:895-898
5. Fick IW, Tijdink MM, Halbertsma FJ, van der Hoeven JG, Pickkers P. Risk factors for the
deterioration of oxygenation ratio in ventilated intensive care unit patients: a retrospective
cohort study. J Crit Care 2010;25:3-9
6. Halbertsma FJ, Dijkman KP. Fatal tension pneumopericardium in a ventilated neonate. Acta
Paediatr 2010;99:959-960
7. Halbertsma FJ, Andriessen P. A persistent gastric feeding tube. Acta Paediatr 2010;99:162
8. Halbertsma FJ, Vaneker M, Pickkers P, Neeleman C. Scheffer GJ, van der Hoeven JG. A
single recruitment maneuver in ventilated critically ill children can translocate pulmonary
cytokines into the circulation. J Crit Care 2010;25:10-15
9. van der Heyden JL, van Teeffelen SS, Coolen AC, Halbertsma FJ, Aardenburg R, Mertens
HJ, Mol BW. Is it useful to measure C-reactive protein and leukocytes in patients with
prelabor rupture of membranes? Am J Perinatol 2010;27:543-547
10. van Kaam AH, Rimensberger PC, Borensztajn D. De Jaegere AP, Neovent Study Group.
Ventilation practices in the neonatol intensive care unit: a cross-sectional study. J.Pediatr
2010;157:767-771
11. Kaandorp JJ, Benders MJ, Rademaker CM, Torrance HL, Oudijk MA, de Haan TR,
Bloemenkamp KW, Rijken M, van Pampus MG, Bos AF, Porath MM, Bambang Oetomo S,
Willekes C, Gavilanes AW, Wouters MG, van Elburg RM, Huisjes AJ, Bakker SC, van Meir
CA, von Lindern J, Boon J, de Boer IP, Rijnders RJ, Jacobs CJ, Uiterwaal CS, Mol BW,
Visser GH, van Bel F, Derks JB. Antenatal allopurinol for reduction of birth asphyxia induced
brain damage (ALLO-Trial); a randomized double blind placebo controlled multicenter study.
BMC Pregnancy Childbirth 2010;18:10-18
12. Kleizen KJ, Claahsen-van der Grinten HL, Schulte EO, Creemers DG, Koster-Kamphuis L,
Draaisma JM. Zuigelingen met pseudohypoaldosteronisme. Ned Tijdschr Geneeskd
2010;154:A1485
13. de Kroon K, den Boer W, Halbertsma FJ. A child with a abnormal neck posture after doing a
head-over-heels. Eur J Pediatr 2010;169:1279-1281
14. Kusters MA, Jol-van de Zijde EC, van Tol MJ, Bolz AW, Bok LA, Visser M, de Vries E.
Impaired avidity maturation after tetanus toxiod booster in children with down syndrome.
Pediatr Infect Dis J 2010 (Epub)
15. Niemarkt HJ, Andriessen P, Peters CH, Pasman JW, Zimmermann LJ, Bambang Oetomo S.
Quantitave analysis of maturational changes in EEG background activity in very preterm
infants with a normal neurodevelopment at 1 year of age. Early Hum Dev 2010;86:219-224
16. Niemarkt HJ, Andriessen P, Peters CH, Pasman JW, Blanco CE, Zimmermann LJ, Bambang
Oetomo S. Quantitave analysis of amplitude-integrated electroencephalogram patterns in
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
96
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
stable preterm infants, with normal neurological development at one year. Neonatology
2010;97:175-82
17. van der Palen RL, Bok LA. Een jongen met rode zwellingen aan de onderbenen. Ned
Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A549
18. Robroeks CM, Roozeboom MH, de Jong PA, Tiddens HA, Jöbsis Q, Hendriks HJ, Yntema
JB, Brackel HL, van Gent R, Robben S, Dompeling E. Structural lung changes, lung function,
and non-invasive inflammatory markers in cystic fibrosis. Pedriatr ALlergy Immunol
2010;21:493-500
19. Sá-Couto CD, Andriessen P, van Meurs WL, Ayres-de-Campos D, Sá-Couto PM. A model
for educational simulation of hemodynamic transitions at birth. Pediatr Res 2010;67:158-165
20. Schreuder LT, Nijhuis-van der Sanden MW, de Hair A, Peters G, Wortmann S, Bok LA,
Morava E. Succesful use of albuterol in a patient with central core disease and mitochondrial
dysfunction. J Inherit Metab Dis 2010 (Epub)
21. Sengers FB, van Lijnschoten G, van der Sluijs-Bens JP, Porath MM, Dijkman KP.
Hematologische afwijkingen bij prematuur pasgeborenen door placentaire mesenchymale
dysplasia. Ned Tijdschr Geneeskd 2010;154:A1040
22. van der Sluijs-Bens JP, Kleikers PW. Een prematuur met nagelafwijkingen. Ned Tijdschr
Geneeskd. 2010;154:A205
23. Tibosch M, Reidsma C, Landstra A, Hugen C, Gerrits P, Brouwer M, van Gent R, Merkus P,
Verhaak C. An asthma-related quality of life instrument is unable to identify asthmatic
children with majaor psychosocial problems. Eur J Pediatr 2010;169:1494-1501
24. Vaessen-Verberne AA, van den Berg NJ, van Nierop JC, Brackel HJ, Gerrits GP, Hop WC,
Duiverman EJ; COMBO Study Group.Combination therapy salmeterol/fluticasone versus
doubling dose of fluticasone in children with asthma. Am J Respir Crit Care Med
2010;182:1221-1227
25. van de Ven AA, van de Corput L, van Tilburg CM, Tesselaar K, van Gent R, Sanders EA,
Boes M, Bloem AC, van Montfrans JM. Lymphocyte characteristics in children with common
variable immunodeficiency. Clin Immunol 2010;135:63-71
Klinische Chemie
1. Favaloro EJ, Lippi G, Raijmakers MT, Vader HL, van der Graaf F. Discard tubes are
sometimes necessary when drawing samples for hemostasis. Am J Clin Pathol
2010;134:851
2. Kooistra L, Kuppens SM, Hasaart TH, Vader HL, Wijnen HA, Oei SG, Pop VJ. High
thyrotrophin levels at end term increase the risk of breech presentation. Clin Endocrinol (Oxf)
2010;73:661-665
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
97
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3. Kuppens SM, Kooistra L, Wijnen HA, Crawford S, Vader HL, Hasaart TH, Oei SG, Pop VJ.
Maternal thyroid function during gestation is related to breech presentation at term. Clin
Endocrinol (Oxf) 2010;72:820-824
4. Raijmakers MT, Menting CH, Vader HL, van der Graaf F. Collection of blood specimens by
venipuncture for plasma-based coagulation assays: necessity of a discard tube. Am J Clin
Pathol 2010;133:331-335
Klinische fysica
1. Kemps HM, Schep G, Zonderland ML, Thijssen EJ, de Vries WR, Wessels B, Doevendans
PA, Wijn PF. Are oxygen uptake kinetics in chronic heart failure limited by oxygen delivery or
oxygen utilization? Int J Cardiol 2010;142:138-144
2. van Laar JO, Peters CH, Vullings R, Houterman S, Bergmans J, Oei SG. Fetal autonomic
response to severe acideamia during labour. BJOG 2010;117:429-437
3. Niemarkt HJ, Andriessen P, Peters CH, Pasman JW, Zimmermann LJ, Bambang Oetomo S.
Quantitave analysis of maturational changes in EEG background activity in very preterm
infants with a normal neurodevelopment at 1 year of age. Early Hum Dev 2010;86:219-224
4. Niemarkt HJ, Andriessen P, Peters CH, Pasman JW, Blanco CE, Zimmermann LJ, Bambang
Oetomo S. Quantitave analysis of amplitude-integrated electroencephalogram patterns in
stable preterm infants, with normal neurological development at one year. Neonatology
2010;97:175-82
5. Vullings R, Peters CH, Mossavat I, Oei SG, Bergmans JW. Bayesian approach to patienttailored vectorcardiography. IEEE Trans Biomed Eng 2010;57:586-595
6. Vullings R, Peters CH, Hermans MJ, Wijn PF, Oei SG, Bergmans JW. A robust physiologybased source separation method for QRS detection in low amplitude fetal ECG recordings.
Physiol Meas 2010 7;935-951
7. Vullings R, de Vries B, Bergmans J. An adaptive Kalman filter for ECG signal enhancement.
IEEE Trans Biomed Eng 2010 (Epub)
Longziekten
1. van Wetering CR, Hoogendoorn M, Mol SJ, Rutten-van Mölken MP, Schols AM. Short- and
longterm efficacy of a community-based COPD management program in less advanced
COPD: a randomized controlled trial. Thorax 2010;65:7-13
2. van Wetering CR, Hoogendoorn M, Broekhuizen R, Geraerts-Keeris GJ, De Munck DR,
Rutten-van Mölken MP, Schols AM. Efficacy and costs of nutritional rehabilitation in musclewasted patients with chronic obstructive pulmonary disease in a community-based setting: a
prespecified subgroup analysis of the INTERCOM trial. J Am Med Dir Assoc 2010;11:179187
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
98
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Maag Darm Leverziekten
1. Vasen, HF, Abdirahman M, Brohet R, Langers AM, Kleibeuker JH, van Kouwen M, Koornstra
JJ, Boot H, Cats A, Dekker E, Sanduleanu S, Poley JW, Hardwick JC, de Vos Tot
Nederveen Cappel WH, van der Meulen-de Jong AE, Tan TG, Jacobs MA, Mohamed FL, de
Boer SY, van de Meeberg PC, Verhulst ML, Salemans JM, van Bentem N, Westerveld BD,
Vecht J, Nagengast FM. One to 2-year surveillance intervals reduce risk of colorectal cancer
in families with Lynch syndrome. Gastroenterology 2010;138:2300-2306
Medische psychologie
1. Bok LA, Been JV, Struys EA, Jakobs C, Rijper EA, Willemsen MA. Antenatal treatment in
two Dutch families with pyridoxine-dependent seizures. Eur J Pediatr 2010;169:297-303
2. Huisman S, Maes S, de Gucht V, Chatrou M, Haak HR. Low goal ownership predicts dropout from a weight intervention study in overweight patients with type 2 diabetes. Int J Behav
Med 2010;17:176-181
MMC Academie
1. Cremers RG, Karim-Kos HE, Houterman S, Verhoeven RH, Schröder FH, van der Kwast TH,
Kil PJ, Coebergh JW, Kiemeney LA. Prostate Cancer: trends in incidence, survival and
mortality in the Netherlands, 1989-2006. Eur J Cancer 2010;46:2077-2087
2. van Hoek F, Scheltinga MR, Houterman S, Beerenhout CH. Heamodialysis decreases finger
pressures independent of artificial kidney blood flow. Nephrology (Carlton) 2010;15:555-559
3. van Laar JO, Peters CH, Vullings R, Houterman S, Bergmans J, Oei SG. Fetal autonomic
response to severe acideamia during labour. BJOG 2010;117:429-437
4. Louwman WJ, Aarts MJ, Houterman S, van Lenthe FJ, Coebergh JW, Janssen-Heijnen ML.
A 50% higher prevalence of life-shortening chronic conditions among cancer patients with
low socioeconomic status. Br J Cancer 2010;103:1742-1748
5. Merién AE, van de Ven J, Mol BW, Houterman S, Oei SG. Multidisciplinary team training in a
simulation setting for acute obstetric emergencies: a systematic review. Obstet Gynecol
2010;115:1021-1031
6. van de Ven J, Houterman S, Steinweg RA, Scherpbier AJ, Wijers W, Mol BW, Oei
SG;TOSTI-trial group. Reducing errors in health care: cost-effectiveness of multidisciplinary
team training in Obstetric emergencies (TOSTI study): a randomised controlled trial. BMC
Pregnancy Childbirth 2010;10:59
Orthopedie
1. de Kroon KE, van der Haven I. Een vrouw met een pijnlijke pols. Ned Tijdschr Geneeskd
2010;154:A195
2. de Kroon KE, den Boer W, Halbertsma FJ. A child with a abnormal neck posture after doing
a head-over-heels. Eur J Pediatr 2010;169:1279-1281
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
99
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Pathologie (PAMM) / Medische microbiologie
1. Farina-Sarasqueta A, van Lijnschoten G, Moerland E, Creemers GJ, Lemmens VE, Rutten
HJ, van den Brule AJ. The BRAF V600E mutation is an indepent prognostic factor for
survival in stage II and stage III colon cancer patients. Ann Oncol 2010;21:2396-2402
2. Farina-Sarasqueta A, van Lijnschoten G, Rutten HJ, van den Brule AJ. Value of gene
polymorphisms as markers of 5-FU therapy response in stage III colon carcinoma: a pilot
study. Cancer Chemother Pharmacol 2010;66:1167-1171
3. Farina-Sarasqueta A, Gosens MJ, Moerland E, van Lijnschoten G, Lemmens VE, Slooter
GD, Rutten HJ, van den Brule AJ. TS gene polymorphisms are not good markers of
response to 5-FU therapy in stage III colon cancer patients. Anal Cell Pathol (Amst)
2010;33:1-11
4. Farina-Sarasqueta A, Gosens MJ, Moerland E, van Lijnschoten G, Lemmens VE, Slooter
GD, Rutten HJ, van den Brule AJ. TS gene polymorphisms are not good markers of
response to 5-FU therapy in stage III colon cancer patients. Cell Oncol 2010 (Epub)
5. van Hoek F, van Tits HW, van Lijnschoten G, de Haas BD, Scheltinga MR. Multiple
carcinomas in the hemodialysis access induced ischemic hand of a renal transplant patient.
Eur J Dermatol 2010;20:214-216
6. van den Hoven I, Kuijt GP, Voogd AC, van Beek MW, Roumen RM. Value of Memorial
Sloan-Kettering Cancer Center nomogram in clinical decision making for sentinel lymph
node-positive breast cancer. Br J Surg 2010;97:1653-1658
7. Loonen AJ, Jansz AR, Kreeftenberg H, Bruggeman CA, Wolffs PF, van den Brule AJ.
Acceleration of the direct identification of Staphylococcus aureus versus coagulase-negative
staphylococci from blood culture material: a comparison of six bacterial DNA extraction
methods. Eur J Clin Microbiol Infect Dis 2010 (Epub)
8. Sengers FB, van Lijnschoten G, van der Sluijs-Bens JP, Porath MM, Dijkman KP.
Hematologische afwijkingen bij prematuur pasgeborenen door placentaire mesenchymale
dysplasia. Ned Tijdschr Geneeskd 2010;154:A1040
9. van Steenbergen LN, van Lijnschoten G, Rutten HJ, Lemmens VE, Coebergh JW. Improving
lymph node detection in colon cancer in community hospitals and their pathology department
in southern Netherlands. Eur J Surg Oncol 2010;36:135-40
Plastische Chirurgie
1. van Hoek F, van Tits HW, van Lijnschoten G, de Haas FD, Scheltinga MR. Multiple
carcinomas in the hemodialysis access induced ischemic hand of a renal transplant patient.
Eur J Dermatol 2010;20:214-216
2. Schots JM, Fechner MR, Hoogbergen MM, van Tits HW. Malrotation of the McGhan Style
510 prostestis. Plast Reconstr Surg 2010;126:261-265
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
100
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Radiologie
1. Penninx JP, Pasmans HL, Oei SG. Arterial balloon occlusion of the internal iliac arteries for
treatment of life-threatening massive postpartum haemorrhage: a series of 15 consecutive
cases. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 2010;148:131-134
Reumatologie
1. Meier L, van Tuyll van Serooskerken AM, Liberton E, Kleijn L, Westgeest T, Polak M, de Nijs
R. Fractures of the proximal tibia associatedwith longterm use of methotrexate: 3 case
reports and a review of literature. J Rheumatol 2010;37:2434-2438
Sportgeneeskunde
1. Kampshoff CS, Buffart LM, Schep G, van Mechelen W, Brug J, Chinapaw MJ. Design of the
resistance and endurance exercise after chemotherapy (REACT) study: a randomized
controlled trial to evaluate the effectiveness and cost-effectiveness of exercise interventions
after chemotherapy on physical fitness and fatigue. BMC Cancer 2010;10:658
2. Kemps HM, Schep G, Zonderland ML, Thijssen EJ, de Vries WR, Wessels B, Doevendans
PA, Wijn PF. Are oxygen uptake kinetics in chronic heart failure limited by oxygen delivery or
oxygen utilization? Int J Cardiol 2010;142:138-144
3. Kemps HM, de Vries WR, Schmikli SL, Zonderland ML, Hoogeveen AR, Thijssen EJ, Schep
G. Assessment of the effects of physical trraining in patients with chronic heart failure: the
utility of effort-independent exercise variables. Eur J Appl Physiol 2010;108:469-476
4. Persoon S, Kersten MJ, Chinapaw MJ, Buffart LM, Burghout H, Schep G, Brug J, Nollet F.
Design of the exercise intervention after stem cell transplantation (EXIST) study: a
randomized controlled trial to evaluate the effectiveniss and cost-effectiveness of an
individalized high intensity physical exercise program on fitness and fatigue in patients with
multiple myeloma or (non-) Hodgkin’s lymphoma treated with high dose chemotherapy and
autologous stem cell transplantation. BMC Cancer 2010;10:671
Verloskunde en gynaecologie
1. Bakker JJ, Verhoeven CJ, Janssen PF, van Lith JM, van Oudgaarden ED, Bloemenkamp
KW, Papatsonis DN, Mol BW, van der Post JA. Outcomes after internal versus external
tocodynamometry for monitoring labor. N Engl J Med 2010;362:306-313
2. Barnhart K, van Mello NM, Bourne T, Kirk E, van Calster B, Bottomley C, Chung K, Condous
G, Goldstein S, Hajenius PJ, Mol BW, Molinaro T, O’Flynn O’Brien KL, Husicka R, Sammel
M, Timmerman D. Pregnancy of unknown location: a consensus statement of nomenclature,
definitions and outcome. Fertil Steril 2010 (Epub)
3. Biewenga P, van der Velden J, Mol BW, Stalpers LJ, Schilthuis MS, van der Steeg JW,
Burger MP, Buist MR. Prognostic model for survival in patients with early stage cervical
cancer. Cancer 2010 (Epub)
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
101
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4. Boers KE, Vijgen SM, Bijlenga D, van der Post JA, Bekedam DJ, Kwee A, van der Salm PC,
van Pampus MG, Spaanderman ME, de Boer K, Duvekot JJ, Bremer HA, Hasaart TH,
Delemarre FM, Bloemenkamp KW, van Meir CA, Willekes C, Wijnen EJ, Rijken M, le Cessie
S, Roumen FJ, Thornton JG, van Lith JM, Mol BW, Scherjon SA; DIGITAT study group.
Induction versus expectant monitoring for intrauterine growth restriction at term: randomised
equivalence trial (DIGITAT). BMJ 2010;341:c7087
5. van den Boogaard E, Kaandorp SP, Franssen MT, Mol BW, Leschot NJ, Wouters CH, van
der Veen F, Korevaar JC, Goddijn M. Consecutive or non-consecutive recurrent miscarriage;
is there any difference in carrier status? Hum Reprod 2010;25:1411-1414
6. Bosteels J, Weyers S, Puttemans P, Panayotidis C, van Herendael B, Gomel V, Mol BW,
Mathieu C, D’Hooghe T. The effectiveness of hysteroscopy in improving pregnancy rates in
subfertile women without other gynaecological symptoms: a systematic review. Hum Reprod
Update 2010;16:1-11
7. Breijer MC, Timmermans A, van Doorn HC, Mol BW, Opmeer BC. Diagnostic strategies for
postmenopausal bleeding. Obstet Gynecol Int 2010;2010:850812
8. Broeze KA, Opmeer BC, van Geloven N, Coppus SF, Collins JA, den Hartog JE, van der
Linden PJ, Marianowski P, Ng EH, van der Steeg JW, Steures P, Strandell A, van der Veen
F, Mol BW. Are patient characteristics associated with the accuracy of
hysterosalpingography in diagnosing tubal pathology? An individual patient data metaanalysis. Hum Reprod Update 2010 (Epub)
9. Broeze KA, Opmeer BC, van der Veen F, Bossuyt PM, Bhattacharya S, Mol BW. Individual
patient data meta-analysis: a promising approach for evidence synthesis in reproductive
medicine. Hum Reprod Update 2010;16:561-567
10. Clarke JF, van Rumste MM, Farquhar CM, Johnson NP, Mol BW, Herbison P. Measuring
outcomes in fertility trials: can we rely on clinical pregnancy rates? Fertil Steril 2010;94:16471651
11. Cox T, van der Steeg JW, Steures P, Hompes PG, van der Veen F, Eijkemans MJ, Schagen
van Leeuwen JH, Renckens C, Bossuyt PM, Mol BW. Time to pregnancy after a previous
miscarriage in subfertile couples. Fertil Steril 2010;94:485-488
12. Hadley J, Kulier R, Zamora J, Coppus SF, Weinbrenner S, Meyerrose B, Decsi T, Horvath
AR, Nagy E, Emparanza JI, Arvanitis TN, Burls A, Cabello JB, Kaczor M, Zanrei G, Pierer K,
Kunz R, Wilie V, Wall D, Mol BW, Khan KS. Effectiveness of an e-learning course in
evidence-based medicine for foundation (internship) training. J R Soc Med 2010;103:288294
13. Hermes W, Franx A, van Pampus MG, Bloemenkamp KW, van der Post JA, Porath MM,
Ponjee G, Tamsma JT, Mol BW, Groot CJ. 10-Year cardiovascular event risks for women
who experienced hypertensive disorders in late pregnancy; the HyRAS study. BMC
Pregnancy Childbirth 2010;10:28
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
102
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
14. van der Heyden JL, van Teeffelen AS, Coolen AC, Halbertsma FJ, Aardenburg R, Mertens
HJ, Mol BW. Is it useful to measure C-reactive protein and leukocytes in patients with
prelabor rupture of membranes? Am J Perinatol 2010;27:543-547
15. Johnson N, van Voorst S, Sowter MC, Strandell A, Mol BW. Surgical treatment for tubal
disease in women due to undergo in vitro fertilisation. Cochrane Database Syst Rev
2010:CD002125
16. de Jonge A, Mol BW, van der Goes BY, Nijhuis JG, van der Post JA, Buitendijk SE. Too
early to question effectiveness of Dutch system. BMJ 2010;341:c7020
17. Jozwiak M, Mol BW, Bloemenkamp KW. Induction of labour in nulliparous women with an
unfavourable cervix. BJOG 2010;117:892-893
18. Kaandorp SP, Goddijn M, van der Post JA, Hutten BA, Verhoeve HR, Hamulyák K, Mol BW,
Folkeringa N, Nahuis M, Papatsonis DN, Büller HR, van der Veen F, Middeldorp S. Aspirin
plus heparin or aspirin alone in women with recurrent miscarriage. N Engl J Med
2010;362:1586-1596
19. Kaandorp JJ, Benders MJ, Rademaker CM, Torrance HL, Oudijk MA, de Haan TR,
Bloemenkamp KW, Rijken M, van Pampus MG, Bos AF, Porath MM, Bambang Oetomo S,
Willekes C, Gavilanes AW, Wouters MG, van Elburg RM, Huisjes AJ, Bakker SC, van Meir
CA, von Lindern J, Boon J, de Boer IP, Rijnders RJ, Jacobs CJ, Uiterwaal CS, Mol BW,
Visser GH, van Bel F, Derks JB. Antenatal allopurinol for reduction of birth asphyxia induced
brain damage (ALLO-Trial); a randomized double blind placebo controlled multicenter study.
BMC Pregnancy Childbirth 2010;18:10-18
20. Kok M, van der Steeg JW, van der Post JA, Mol BW. Prediction of success of external
cephalic version after 36 weeks. Am J Perinatol 2010 (Epub)
21. Koning AM, Kuchenbecker WK, Groen H, Hoek A, Land JA, Khan KS, Mol BW. Economic
consequences of overweight and obesity in infertility: a framework for evaluating the costs
and outcomes of fertility care. Hum Reprod Update 2010;16:246-254
22. Kooistra L, Kuppens SM, Hasaart TH, Vader HL, Wijnen HA, Oei SG, Pop VJ. High
thyrotrophin levels at end term increase the risk of breech presentation. Clin Endocrinol (Oxf)
2010;73:661-665
23. Koopmans CM, Bijlenga D, Groen H, Vijgen, SMC, Aarnoudse JG, Bekedam DJ, van den
Berg PP, de Boer K, Burggraaff JM, Bloemenkamp KWM, Drogtrop AP, Franx A, de Groot
CJM, Huisjes AJM, Kwee A, van Loon AJ, Lub A, Papatsonis DNM, van der Post JAM,
Roumen FJME, Scheepers CJ, Willekes C, Mol BW, van Pampus MG. Liever inleiden dan
afwachten bij aterme zwangerschapshypertensie en milde preëclampsie: HYPITAT-studie.
Ned.Tijdschr Geneeskd 2010;154:A1660
24. Koopmans CM, Zwart JJ, Groen H, Bloemenkamp KW, Mol BW, van Pampus MG, van
Roosmalen J. Risk indicators for eclampsia in gestational hypertension or mild preeclampsia
at term. Hypertens Pregnancy 2010 (Epub)
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
103
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
25. Kowalik CR, Mol BW, Veersema S, Goddijn M. Critical appraisal regarding the effect on
reproductive outcome of hysteroscopic metroplasty in patients with recurrent miscarriage.
Arch Gynecol Obstet 2010;282:465
26. Kuin RA, Vis JY, Mol BW. Fetal fibronectin as a short-term predictor of preterm birth in
symptomatic patients. Obstet Gynecol 2010;115:186-187
27. Kuppens SM, Kooistra L, Wijnen HA, Crawford S, Vader HL, Hasaart TH, Oei SG, Pop VJ.
Maternal thyroid function during gestation is related to breech presentation at term. Clin
Endocrinol (Oxf) 2010;72:820-824
28. van Laar JO, Peters CH, Vullings R, Houterman S, Bergmans J, Oei SG. Fetal autonomic
response to severe acideamia during labour. BJOG 2010;117:429-437
29. Langenveld J, Jansen S, van der Post J, Wolf H, Mol BW, Ganzevoort W. Recurrence risk of
a delivery before 34 weeks of pregnancy due to an early onset hypertensive disorder: a
systematic review. Am J Perinatol 2010;27:565-571
30. van Leeuwen M, Opmeer BC, Zweers EJ, van Ballegooie E, ter Brugge HG, de Valk HW,
Visser GH, Mol BW. Estimating the risk of gestational diabetes mellitus: a clinical prediction
model based on patient characteristics and medical history. BJOG 2010;117:69-75
31. van Leeuwen M, Opmeer BC, Yilmaz Y, Limpens J, Serlie MJ, Mol BW. Accuracy of the
random glucose test as screening test for gestational diabetes mellitis: a systematic review.
Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 2010 (Epub)
32. McLernon DJ, Harrild K, Bergh C, Davies MJ, de Neubourg D, Dumoulin JC, Gerris J,
Kremer JA, Martikainen H, Mol BW, Norman RJ, Thurin-Kjellberg A, Tiitinen A, van Montfoort
AP, van Peperstraten AM, Van Royen E, Bhattacharya S. Clinical effectiveness of elective
single versus double embryo transfer: meta-analysis of individual patient data from
randomised trials. BMJ 2010;341:c6945
33. Leushuis E, van der Steeg JW, Steures P, Repping S, Bossuyt PM, Blankenstein MA, Mol
BW, van der Veen F, Hompes PG. Reproducibility and reliability of repeated semen analysis
in male partners of subfertile couples. Fertil Steril 2010;94:2631-2635
34. Lim AC, Goossens A, Ravelli AC, Boer K, Bruinse HW, Mol BW. Use of progesterone
treatment for the prevention of recurrent preterm birth: Identification of Obstacles to Change.
Am J Perinatol 2010;27:241-9
35. Lim AC, Mol BW, Bruinse HW. Progesterone for prevention of preterm delivery: only in trial
setting. Ned Tijdschr Geneeskd 2010;154:A1730
36. van Mello NM, Mol F, Opmeer BC, de Bekker-Grob EW, Essink-Bot ML, Ankum WM, Mol
BW, van der Veen F, Hajenius PJ. Salpingotomy of salpingectomy in tubal ectopic
pregnancy: what do women prefer? Reprod Biomed Online 2010;21:687-693
37. Merién AE, van de Ven J, Mol BW, Houterman S, Oei SG. Multidisciplinary team training in a
simulation setting for acute obstetric emergencies: a systematic review. Obstet Gynecol
2010;115:1021-1031
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
104
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
38. Middleton LJ, Champaneria R, Daniels JP, Bhattacharya S, Cooper KG, Hilken NH,
O'Donovan P, Gannon M, Gray R, Khan KS; International Heavy Menstrual Bleeding
Individual Patient Data Meta-analysis Collaborative Group, Abbott J, Barrington J,
Bhattacharya S, Bongers MY, Brun JL, Busfield R, Sowter M, Clark TJ, Cooper J, Cooper
KG, Corson SL, Dickersin K, Dwyer N, Gannon M, Hawe J, Hurskainen R, Meyer WR,
O'Connor H, Pinion S, Sambrook AM, Tam WH, van Zon-Rabelink IA, Zupi E. Hysterectomy,
endometrial destruction, and levonorgestrel releasing intrauterine system (Mirena) for heavy
menstrual bleeding: systematic review and meta-analysis of data from individual patients.
BMJ 2010;341:c3929
39. Mol F, van Mello NM, Mol BW, van der Veen F, Ankum WM, Hajenius PJ. Ectopic pregnancy
and pelvic inflammatory disease: A renewed epidemic? Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol
2010;151:163-167
40. Mutsaerts MA, Groen H, ter Bogt NC, Bolster JH, Land JA, Bemelmans WJ, Kuchenbecker
WK, Hompes PG, Macklon NS, Stolk RP, van der Veen F, Maas JW, Klijn NF, Kaaijk EM,
Oosterhuis GJ, Bouckaert PX, Schierbeek JM, van Kasteren YM, Nap AW, Broekmans FJ,
Brinkhuis EA, Koks CA, Burggraaff JM, Blankhart AS, Perquin DA, Gerards MH, Mulder RJ,
Gondrie ET, Mol BW, Hoek A. The LIFESTYLE study: costs and effects of a structured
lifestyle program in overweight and obese subfertile women to reduce the need for fertility
treatment and improve reproductive outcome. A randomised controlled trial. BMC Womens
Health 2010;10:22
41. Nahuis M, van der Veen F, Oosterhuis J, Mol BW, Hompes P, van Wely M. Review of the
safety, efficacy, costs and patient acceptability of recombinant follicle-stimulating hormone
for injection in assisting ovulation induction in infertile women. Int J Womens Health
2010;1:205-211
42. Nieboer TE, Spaanderman ME, Bongers MY, Vierhout ME, Kluivers KB. Gynaecologists
estimate and experience laparoscopic hysterectomy as more difficult compared with
abdominal hysterectomy. Gynecol Surg 2010;7:359-363
43. Oude Rengerink K, Opmeer BC, Logtenberg SL, Hooft L, Bloemenkamp KW, Haak MC,
Oudijk MA, Spaanderman ME, Duvekot JJ, Willekes C, van Pampus MG, Porath MM, van
Eyck J, Sikkema MJ, Mol BW. Improving participation of patients in clinical trials-rationale
and design of IMPACT. BMC Med Res Methodol 2010;10:85
44. Penninx JP, Pasmans HL, Oei SG. Arterial balloon occlusion of the internal iliac arteries for
treatment of life-threatening massive postpartum haemorrhage: a series of 15 consecutive
cases. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 2010;148:131-134
45. Penninx JP, Mol, BW, Engels R, van Rumste MM, Kleijn C, Koks CA, Kruitwagen RF,
Bongers MY. Bipolar radiofrequency endometrial ablation compared with hydrothermablation
for dysfunctional uterine bleeding: a randomized controlled trial. Obstet Gynecol
2010;116:819-826
46. Prick BW, Steegers EA, Jansen AJ, Hop WC, Essink-Bot ML, Peters NC, Uyl-de Groot CA,
Papatsonis DN, Akerboom BM, Metz GC, Bremer HA, van Loon AJ, Stigter RH, van der Post
JA, van Alphen M, Porath MM, Rijnders RJ, Spaanderman ME, Schippers DH,
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
105
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bloemenkamp KW, Boers KE, Scheepers HC, Roumen FJ, Kwee A, Schuitemaker NW, Mol
BW, van Rhenen DJ, Duvekot JJ. Well being of obstetric patients on minimal blood
transfusions (WOMB trial). BMC Pregnancy Childbirth 2010;10:83
47. Rabotti C, Mischi M, Beulen L, Oei SG, Bergmans JW. Modeling and identification of the
electrohysterographic volume conductor by high-density electrodes. IEEE Trans Biomed Eng
2010;57:519-527
48. Rabotti C, Mischi M, Oei SG, Bergmans JW. Noninvasive estimation of the
electrohysterographic action-potential conduction velocity. IEEE Trans Biomed Eng
2010;57:2178-2187
49. Ravelli AC, Tromp M, Eskes M, Droog JC, van der Post JA, Jager KJ, Mol BW, Reitsma JB.
Ethnic differences in stillbirth and early neonatal mortality in the Netherlands. J Epidemiol
Community Health 2010 (Epub)
50. Sengers FB, van Lijnschoten G, van der Sluijs-Bens JP, Porath MM, Dijkman KP.
Hematologische afwijkingen bij prematuur pasgeborenen door placentaire mesenchymale
dysplasia. Ned Tijdschr Geneeskd 2010;154:A1040
51. van der Steeg JW, Steures P, Eijkemans MJ, Habbema JD, Hompes PG, Kremer JA, van
der Leeuw-Harmsen L, Bossuyt PM, Repping S, Silber SJ, Mol BW, van der Veen F. Role of
semen analysis in subfertile couples. Fertil Steril 2010 (Epub)
52. van Teeffelen AS, van der Ham DP, Oei SG, Porath MM, Willekes C, Mol BW. The accuracy
of clinical parameters in the prediction of perinatal pulmonary hypoplasia secondary to
midtrimester prelabour rupture of fetal membranes: a meta-analysis. Eur J Obstet Genecol
Reprod Biol 2010; 148:3-12
53. Teune MJ, van Wassenaer AG, Mol BW, Opmeer BC. Long-term health-related and
economic consequences of short-term outcomes in evaluation of perinatal interventions.
BMC Pregnancy Childbirth 2010;10:42
54. Timmermans A, Opmeer BC, Khan KS, Bachmann LM, Epstein E, Clark TJ, Gupta JK,
Bakour SH, van den Bosch T, van Doorn HC, Cameron ST, Giusa MG, Dessole S,
Dijkhuizen FP, ter Riet G, Mol BW. Endometrial thickness measurement for detecting
endometrial cancer in women with postmenopausal bleeding: a systematic review and metaanalysis. Obstet Gynaecol 2010;116:160-167
55. Tromp M, Ravelli AC, Reitsma JB, Bonsel GJ, Mol BW. Increasing maternal age at first
pregnancy planning: health outcomes and associated costs. J Epidemiol Community Health
2010 (Epub)
56. Veersema S, Mol BW, Brölmann HA. Reproducibility of the interpretation of pelvic x-ray 3
months after hysteroscopic sterilization with Essure. Fertil Steril 2010;94:485-488
57. van de Ven J, Houterman S, Steinweg RA, Scherpbier AJ, Wijers W, Mol BW, Oei
SG;TOSTI-trial group. Reducing errors in health care: cost-effectiveness of multidisciplinary
team training in Obstetric emergencies (TOSTI study): a randomised controlled trial. BMC
Pregnancy Childbirth 2010;10:59
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
106
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
58. Vijgen SM, Koopmans C, Opmeer B, Groen H, Bijlenga D, Aarnoudse J, Bekedam D, van
den Berg P, de Boer K, Burggraaff J, Bloemenkamp K, Drogtrop A, Franx A, de Groot C,
Huisjes A, Kwee A, van Loon A, Lub A, Papatsonis D, van der Post J, Roumen F, Scheepers
H, Stigter R, Willekes C, Mol BW, van Pampus M. An economic analysis of induction of
labour and expectant monitoring in women with gestational hypertension or pre eclampsia at
term (HYPITAT trial). BJOG 2010;117:1577-1585
59. Vinken MP, Rabotti C, Mischi M, van Laar JO, Oei SG. Nifedipine-induced changes in the
electrohysterogram of preterm contactions: feasibility in clinical practice. Obstet Gynecol
2010;2010:325635
60. Vis JY, Wilms FF, Oudijk MA, Bossuyt PM, van der Post JA, Grobman WA, Mol BW. Why
were the results of randomized trials on the clinical utility of fetal fibronectin negative? A
systematic review of their study designs. Am J Perinatol 2010 (Epub)
61. Vlemmix F, Rosman AN, Fleuren MA, Rijnders ME, Beuckens A, Haak MC, Akerboom BM,
Bais JM, Kuppens SM, Papatsonis DN, Opmeer BC, van der Post JA, Mol BW, Kok M.
Implementation of the external cephalic version in breech delivery. Dutch national
implementation study of external cephalic version. BMC Pregnancy Childbirth 2010;10:20
62. Vullings R, Peters CH, Mossavat I, Oei SG, Bergmans JW. Bayesian approach to patienttailored vectorcardiography. IEEE Trans Biomed Eng 2010;57:586-595
63. Vullings R, Peters CH, Hermans MJ, Wijn PF, Oei SG, Bergmans JW. A robust physiologybased source separation method for QRS detection in low amplitude fetal ECG recordings.
Physiol Meas 2010;7:935-951
64. Walczak J, Kaleta A, Gabryś E, Kloc K, Thangaratinam S, Barnfield G, Weinbrenner S,
Meyerrose B, Arvanitis TN, Horvath AR, Zanrei G, Kunz R, Suter K, Burnand B, Arditi C,
Oude Rengerink K, Harry G, Mol BW, Khan KS. How are “teaching the teachers” courses in
evidence based medicine evaluated? A systematic review. BMC Med Educ 2010;10:64
65. Westerhuis ME, Visser GH, Moons KG, van Beek E, Benders MJ, Bijvoet SM, van Dessel
HJ, Drogtrop AP, van Geijn HP, Graziosi GC, Groenendaal F, van Lith JM, Nijhuis JG, Oei
SG, Oosterbaan HP, Porath MM, Rijnders RJ, Schuitemaker NW, Sopacua LM, van der
Tweel I, Wijnberger LD, Willekes C, Zuithoff NP, Mol BW, Kwee A. Cardiotocography plus
ST analysis of fetal electrocardiogram compared with cardiotocography only for intrapartum
monitoring: a randomized controlled trial. Obstet Gynecol 2010;115:1173-1180
66. Wiegerinck MM, Vis JY, Mol BW. Re: Transvaginal cervical length measurement for
prediction of preterm birth in women with threatened preterm labor: a meta-analysis.
Ultrasound Obstet Gynecol 2010;35:756
67. Wijnberger LD, de Kleine M, Voorbij HA, Arabin B, Bruinse HW, Visser GH, Bossuyt PM, Mol
BW. Prediction of fetal lung immaturity using gestational age, patient characteristics and fetal
lung maturity tests: a probabilistic approach. Arch Gynecol Obstet 2010;281:15-21
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
107
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
68. Wijnberger LD, de Kleine M, Voorbij HA, Arabin B, Engel H, Bruinse HW, Visser GH, Mol
BW. Comparison of vaginal and transabdominal collection of amniotic fluid for fetel lung
maturity tests. J Matern Fetal Neonatal Med 2010;23:613-616
69. Wilmink FA, Hukkelhoven CW, Lunshof S, Mol BW, van der Post JA, Papatsonis DN.
Neonatal outcome following elective cesarean section beyond 37 weeks of gestation: a 7year retrospective analysis of a national registry. Am J Obstet Gynecol 2010;202:250.e1-8
Ziekenhuisfarmacie
1. Derijks LJ, Wong DR. Pharmacogenetics of thiopurines in inflammatory bowel disease. Curr
Pharm Des 2010;16:145-154
2. Dijkstra G, Derijks LJ, Houwert GJ, Wolf H, van Bodegraven AA. Richtlijn ‘Diagnostiek en
behandeling van inflammatoire darmziekten bij volwassenen’. II. Speciale omstandigheden
en organisatie van de zorg. Ned Tijdschr Geneesk 2010;154:A1900
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
108
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijlage D
Informatiebijeenkomsten patiëntenverenigingen 2010
maand
2010
datum
locatie
inloop of
informatie
zorggroep of
patiëntenvereniging
onderwerp
jan-10
04-01-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
jan-10
11-01-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
jan-10
jan-10
13-01-2010
14-01-2010
MMC Vhv
Oirschot
inloop
informatie
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
orthopedie
knie, heup
jan-10
19-01-2010
MMC EHV,
wachtruimte
card poli
inloop
jan-10
27-01-2010
MMC Vhv
informatie
cardiologie + Hart&Vaatgroep inloop H&Vgroep
kindergeneeskunde/gynaecol
ogie
borstvoeding
jan-10
21-01-2010
MMC EHV
kleine
vergaderzaal
inloop
neurologie +
Posttraumatische
Dystrofievereniging
inloop pd ver
jan-10
27-01-2010
MMC EHV
inloop
gynaecologie +
endometriosestichting
inloop endometriose
jan-10
27-01-2010
MMC Vhv
inloop
reumatologie +
fibromyalgievereniging
inloop fibromyalgie
feb-10
01-02-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
feb-10
08-02-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
feb-10
08-02-2010
MMC Ehv
informatie
interne + Diabetes Vereniging
Nederland
patientenrechten
feb-10
10-02-2010
MMC EHV
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
feb-10
10-02-2010
MMC EHV,
ontvangstruimte
borstcentrum
informatie
borstcentrum (chirurgie en
interne)
kalkspatjes op de
borstfoto, wat nu?
feb-10
10-02-2010
Bergeijk
informatie
gynaecologie
vrouwenkwaaltjes
feb-10
16-02-2010
MMC EHV,
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie +EHTS
inloop EHTS
feb-10
20-02-2010
MMC, VHV
informatie
chirurgie, stomazorg +
stomavereniging
stomazorg
feb-10
24-02-2010
Eersel
informatie
feb-10
26-02-2010
MMC-E, aud +
huisk.,
informatie
orthopedie
knie, heup
oogheelkunde + Nederlandse
Vereniging Blinden en
Slechtzienden
ledenmiddag NVBS
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
109
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
mrt-10
01-03-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
mrt-10
08-03-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
mrt-10
10-03-2010
MMC EHV
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
mrt-10
16-03-2010
MMC EHV,
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie + Hart&Vaatgroep inloop H&Vgroep
mrt-10
17-03-2010
Son
informatie
mrt-10
18-03-2010
MMC-E, kleine
vergaderzaal
inloop
orthopedie
neurologie +
Posttraumatische
Dystrofievereniging
mrt-10
22-03-2010
MMC ehv, aud.
informatie
dermatologie +
Psoriasisvereniging
psoriasis
hygiëne en infectiepreventie
mrsa, q-koorts en
norovirus, hoe
houden we ze buiten
de deur?
knie, heup
inloop pd ver
mrt-10
23-03-2010
Hapert
informatie
mrt-10
24-03-2010
MMC EHV
inloop
mrt-10
24-03-2010
MMC ehv, aud
informatie
mrt-10
25-03-2010
Eersel
informatie
reumatologie +
fibromyalgievereniging
longziekten/interne
geneeskunde +
sarcoidosevereniging
reumatologie + orthopedie +
reumapatientenvereniging De
Kempen
mrt-10
25-03-2010
Hoogeloon
informatie
oncologie
oncologie
apr-10
7-04-2010
Maarheeze
informatie
oogheelkunde
oogproblemen
apr-10
12-04-2010
MMC Ehv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
apr-10
14-04-2010
MMC Vhv
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
apr-10
14-04-2010
MMC vhv
informatie
kindergeneeskunde/gynaecol
ogie
borstvoeding
apr-10
20-04-2010
MMC EHV
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie + Eindhovense
Hart- en Trim Stichting
inloop EHTS
apr-10
27-04-2010
Luyksgestel
informatie
KNO/longziekten
snurken (osas)
inloop fibromyalgie
sarcoidose
knieproblemen bij
reumapatienten
apr-10
27-04-2010
MMC ehv, aud.
informatie
MDL + vereniging Prikkelbare
DarmSyndroom
ledenbijeenkomst pds
mei-10
03-05-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
mei-10
10-05-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
mei-10
11-05-10
MMC-Vhv
informatie
neurologie + Hartstichting
dag van de beroerte
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
110
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
mei-10
18-05-2010
MMCEHV
wachtruimte
card poli
mei-10
19-05-2010
MMC EHV
inloop
mei-10
donderdag 2005-2010
MMC-E kleine
vergaderzaal
inloop
gynaecologie + endometriose
st.
inloop endometriose
neurologie +
Posttraumatische
Dystrofievereniging
inloop pd ver
mei-10
31-05-2010
MMC EHV
auditorium
informatie
Diabetes Vereniging
Nederland
Weet wat je slikt
jun-10
02-06-2010
MMC Vhv
inloop
reumatologie +
fibromyalgievereniging
inloop fibromyalgie
jun-10
07-06-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
jun-10
09-06-2010
MMC EHV
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
jun-10
14-06-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
jun-10
15-06-2010
MMC EHV
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie + Eindhovense
Hart- en Trim Stichting
inloop EHTS
jun-10
17-06-2010
MMC-Vhv
informatie
gynaecologie
methoden sterilisatrie
vrouw
jun-10
23-06-2010
MMC Vhv
informatie
kindergeneeskunde/gynaecol
ogie
borstvoeding
jun-10
30-06-2010
MMC EHV,
ontvangstruimte
borstcentrum
informatie
jul-10
08-07-2010
MMC-Vhv
informatie
jul-10
15-07-2010
MMC-E kleine
vergaderzaal
inloop
kindergeneeskunde
neurologie +
Posttraumatische
Dystrofievereniging
20-07-2010
MMC EHV
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie + Hart&Vaatgroep inloop H&Vgroep
aug-10
17-08-2010
MMC EHV
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie + Eindhovense
Hart- en Trim Stichting
inloop EHTS
sep-10
02-09-2010
MMC-Ehv
auditorium
informatie
oogheleekunde + vereniging
Macula Degeneratie
MD
sep-10
06-09-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
sep-10
08-09-2010
MMC VHV
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
sep-10
08-09-2010
MMC-vhv,
auditorium en
Plein
informatie
interne
geneeskunde/medische
psychologie
DVN, kinderen en
diabetes
sep-10
13-09-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
jul-10
inloop
cardiologie + Hart&Vaatgroep inloop H&Vgroep
borstcentrum (chirurgie en
interne)
hormoontherapie bij
borstkanker
poepproblemen bij
kinderen
inloop pd ver
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
111
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
sep-10
15-09-2010
MMC EHV,
ontvangstruimte
borstcentrum
informatie
sep-10
15-09-2010
MMC Vhv
informatie
sep-10
16-09-2010
MMC-E kleine
vergaderzaal
inloop
kindergeneeskunde/gynaecol
ogie
borstvoeding
neurologie +
Posttraumatische
Dystrofievereniging
inloop pd ver
sep-10
21-09-2010
MMC EHV
wachtruimte
card poli
inloop
cardiologie + Hart&Vaatgroep inloop H&Vgroep
sep-10
25-09-2010
MMC-VHv
informatie
interne + hypofysestichting
hypofyse
sep-10
30-09-2010
Son
informatie
oogheelkunde
oogproblemen
okt-10
04-10-10-tot 0910-10
MMC Vhv +
Ehv
informatie
kindergeneeskunde/gynaecol
ogie
borstvoedingsweek
okt-10
04-10- 2010
Riethoven
informatie
oogheelkunde
oogproblemen
okt-10
04-10-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
okt-10
11-10-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
12-10-10
MMC EHV,
ontvangstruimte
borstcentrum
informatie
borstcentrum
nav 1 jarig bestaan
okt-10
12-10-10
Openbare
bibliotheek
Eindhoven
informatie
med psych
stress
okt-10
13-10-2010
MMC Ehv
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
okt-10
19-10-2010
Best
informatie
KNO
gehoorproblemen
nov-10
01-11-2010
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
nov-10
donderdag 0411-10
MMC E
informatie
KNO
gehoorproblemen
nov-10
08-11-2010
MMC Ehv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
nov-10
10-11-2010
Hapert
informatie
MDL + vereniging Prikkelbare (preventie van)
DarmSyndroom
darmkanker
nov-10
10-11-2010
MMC Vhv
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
nov-10
10-11-2010
MMC EHV,
ontvangstruimte
borstcentrum
informatie
borstcentrum (chirurgie en
interne)
lymfe-oedeem na
borstoperatie
nov '10
10-11-2010
MMC-Vhv
Diabetes Vereniging
Nederland
diabetes en depressie
okt-10
informatie
borstcentrum (chirurgie en
interne)
schildwachtklier
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
112
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
nov-10
15-11-2010
Casteren
informatie
gyn
vrouwenkwaaltjes
nov-10
17-11-2010
MMC Vhv
informatie
kindergeneeskunde/gynaecol
ogie
borstvoeding
nov-10
17-11-2010
MMC EHV
inloop
gynaecolgie +
endometriosestichting
nov-10
17-11-2010
MMC Vhv
inloop
nov-10
18-11-2010
MMC-E kleine
vergaderzaal
nov-10
20-11-2010
nov-10
nov-10
22-11-10
23-11-2010
dec-10
06-12-2010
inloop edometriose
inloop
reumatologie +
fibromyalgievereniging
neurologie +
Posttraumatische
Dystrofievereniging
inloop pd ver
MMC-E
informatie
alle zorggroepen
actieve 40+beurs
mmc-e
hulsel
informatie
informatie
interne
geneeskunde/osteoporose
hygiene en infectiepreventie
ledendag
osteoporosever.
Mrsa etc
MMC Vhv
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
inloop fibromyalgie
dec-10
07-12-2010
MMC EHV
inloop
neurologie + Nederlandse
Vereniging Van Rugpatiënten inloop nvvr
dec-10
9-12-10
openbare
bibliotheek ehv
informatie
medische psychologie
hersenen en gedrag
dec-10
13-12-2010
MMC EHV
inloop
longziekten +
astmavereniging
inloop
astmavereniging
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Máxima Medisch Centrum
113
Betrokkenheid/meebeslissen behandeling
Máxima Medisch Centrum
7.9
8.5
8.3
8.3
8.2
7.7
7.8
8.2
98%
97%
8.6
Beoordeling privacy op afdeling
Beoordeling broodmaaltijden
Beoordeling warme maaltijden
Beoordeling bezoektijden
Beoordeling planning
onderzoek/behandeling
Beoordeling informatie bij ontslag
Beoordeling regeling ontslag
Beoordeling nazorg na ontslag
Aanbevelen MMC
Zelf wederom kiezen voor MMC
Eindoordeel patiënt
8.2
94%
96%
7.9
7.6
7.4
7.8
8.4
8.0
8.4
7.6
7.4
7.8
8.0
8.3
85%
96%
7.9
7.5
7.4
7.8
8.8
7.7
8.5
7.6
6.9
7.3
8.1
96%
38%
72%
85%
98%
96%
7.6
8.0
8.2
8.5
8.6
46
2C
(gyn)
7.7
92%
95%
7.2
6.9
6.8
7.3
7.9
7.6
8.3
6.4
6.9
7.1
7.1
86%
26%
53%
53%
97%
98%
7.5
7.2
7.8
7.9
7.5
294
2C
(obs)
8.2
93%
95%
8.0
7.6
7.5
7.7
8.3
8.2
8.5
7.7
7.5
7.8
8.2
94%
36%
57%
65%
98%
97%
7.5
7.9
8.2
8.4
8.1
265
2D
114
WGBO
voorzieningen
1
2
2
3
organisatorisch
relationeel
1
financieel
1
1
3
3
1
3
4
8
1
2
3
2A
10
2B
3
1
1
2
2C
(gyn)
4
2C
(obs)
1
3
5
2D
1
2
5
1
1
2
1
2
2
1
5
7
4
17
1
behandeltechnisch
8
1
3
4
1D
Klachten
7
8.4
95%
96%
8.1
7.6
7.6
7.8
8.6
8.3
8.5
7.7
7.6
7.8
8.2
91%
32%
59%
65%
97%
98%
7.7
7.9
8.2
8.3
8.1
334
2B
8.4
96%
95%
8.1
7.6
7.3
7.8
8.3
8.2
8.4
7.6
7.8
8.0
8.1
78%
30%
55%
58%
98%
99%
7.9
8.0
8.3
8.5
8.3
235
3A
8.2
94%
97%
7.5
7.2
7.2
7.5
8.2
8.5
8.6
7.8
7.9
8.0
8.3
85%
33%
49%
49%
99%
99%
7.0
7.5
7.8
8.5
8.2
107
3B
8.4
100%
98%
8.0
7.5
7.6
7.7
8.6
8.5
8.5
7.6
7.3
7.7
8.0
94%
59%
75%
71%
100%
100%
7.6
8.1
8.3
8.5
8.2
44
3C
8.3
96%
96%
7.6
7.2
7.1
7.5
8.2
8.1
8.4
7.2
7.3
7.6
7.9
89%
29%
59%
60%
96%
98%
7.5
7.9
8.2
8.3
8.1
115
3D
8,8
-
98%
-
-
-
8,3
8,7
-
-
8,3
-
-
-
-
-
-
-
95%
86%
8,7
8,2
8,4
9,1
8,9
59
NICU
7,6
-
-
-
-
7,4
7,5
8,0
6,9
6,9
8,0
-
5,9
-
-
-
-
-
-
-
8,3
7,9
-
8,1
8,3
35
ZUI
8,2
-
-
-
-
8,1
-
8,6
8,2
8,2
8,3
-
7,3
-
-
-
-
-
-
-
8,4
8,2
8,5
8,2
8,2
101
KA
8,5
99%
99%
-
-
-
-
-
-
-
7,8
-
7,9
7,9
-
-
-
-
100%
-
-
-
-
8,9
8,8
806
DB
EHV
8,6
99%
99%
-
-
-
-
-
-
-
8,3
-
8,6
8,5
-
-
-
-
100%
-
-
-
-
8,9
8,9
317
DB
VHV
8.8
97%
98%
8.5
8.1
8.2
8.3
8.5
8.3
8.6
8.2
8.2
7.9
8.4
97%
49%
83%
89%
100%
100%
8.2
8.4
8.7
8.9
8.7
432
Etg
7
8.7
99%
98%
8.4
8.0
8.0
8.2
8.6
8.5
8.7
8.2
8.0
7.8
8.4
96%
49%
82%
86%
99%
99%
7.9
8.3
8.4
8.7
8.6
167
Etg
8
8.6
93%
99%
8.5
7.9
7.9
8.1
8.6
8.4
8.6
8.2
8.1
7.4
8.0
97%
72%
87%
88%
95%
95%
7.9
8.2
8.6
8.8
8.6
274
Etg
9
8.8
99%
100%
8.5
8.1
8.1
8.3
8.8
8.5
8.7
8.2
8.4
8.5
8.5
94%
52%
74%
73%
100%
99%
7.8
8.5
8.7
8.9
8.6
211
Etg
10
7,9
-
89%
-
-
-
-
7,4
6,8
7,9
6,6
-
6,8
-
-
-
-
-
-
-
8,2
-
-
-
-
124
PAAZ
1
4
3
3
11
3A
2
6
1
1
10
1
4
5
3B
5
1
2
2
10
3C
1
8
7
1
3
20
1
1
3D
1
1
NICU
1
1
1
1
ZUI
2
2
1
1
KA
1
1
2
1
4
5
DB
EHV
1
1
1
3
3
3
DB
VHV
1
1
1
1
2
1
3
4
1
1
ETG
7
ETG
5
1
1
2
1
3
4
ETG
8
1
3
1
5
3
3
ETG
9
1
1
ETG
10
1
1
PAAZ
VHV
8,4
96%
97%
8,0
7,6
7,6
7,9
8,4
8,1
8,4
7,8
7,7
7,7
8,2
92%
41%
65%
69%
98%
98%
7,8
8,0
8,3
8,6
8,4
1
1
2
PAAZ
EHV
5176
MMC
gemiddeld
Overzicht resultaten klachtenbemiddeling (2e+3e trimester) en reacties “alles naar wens” (2e+3e trimester 2010)
8.5
97%
98%
8.0
7.5
7.5
7.8
8.4
8.4
8.6
7.8
8.0
8.0
8.4
96%
39%
62%
67%
98%
98%
7.9
7.9
8.3
8.5
8.3
380
2A
1
3
1C
AOA
8.4
96%
97%
8.0
7.6
8.2
8.4
7.7
7.9
8.0
8.2
91%
25%
49%
50%
100%
98%
7.5
8.0
8.3
8.7
8.4
401
1D
anders
verbetervoorstel
suggestie
compliment
idee
Is alles naar wens?
Kliniek
1A
7.6
8.1
Beoordeling hygiëne/schoonmaak afdeling
betreft som scores “altijd” en “meestal”
7.8
8.1
Beoordeling sanitaire voorzieningen
1
8.9
8.5
Beoordeling verpleegkamer
94%
95%
40%
62%
Medicatie: snel reageren pijnstilling
65%
64%
98%
50%
1
76%
98%
7.6
8.0
8.2
8.6
8.4
369
1C
AOA
Medicatie: uitleg bijwerkingen
Medicatie: doel nieuw geneesmiddel
Medicatie: naam nieuw geneesmiddel
98%
7.6
Informatie verstrekking
1
8.4
Bejegening/behandeling artsen
Veiligheid verpleegkundige zorg
8.4
Bejegening/verzorging verpleegkundigen
100%
8.9
Ontvangst verpleegafdeling
Veiligheid medische zorg
60
8.6
Aantal respondenten
CCU
EHH
Kliniek
Overzicht resultaten patiënttevredenheid kliniek Máxima Medisch Centrum jaarrapportage 2010
Patiëntbeleving
Máxima Medisch Centrum
115
Máxima Medisch Centrum
116
Jaarrekening 2010
Stichting Máxima Medisch Centrum
Máxima Medisch Centrum
117
Stichting Máxima Medisch Centrum
INHOUDSOPGAVE
Pagina
5.1
5.1.1
5.1.2
5.1.3
5.1.4
5.1.5
5.1.6
5.1.7
5.1.8
5.1.9
5.1.10
5.1.11
5.1.12
5.1.13
5.1.14
Jaarrekening 2010
Geconsolideerde balans per 31 december 2010
Geconsolideerde resultatenrekening over 2010
Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2010
Grondslagen van waardering en resultaatbepaling
Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2010
Mutatieoverzicht materiële vaste activa(/financiële vaste activa)
Specificatie ultimo boekjaar onderhanden projecten en gereedgekomen projecten
Overzicht langlopende schulden ultimo 2010
Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2010
Enkelvoudige balans per 31 december 2010
Enkelvoudige resultatenrekening over 2010
Grondslagen van waardering en resultaatbepaling
Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2010
Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2010
119
120
121
122
123
126
131
134
136
137
144
145
145
146
147
5.2
5.2.1
5.2.2
5.2.3
5.2.4
5.2.5
5.2.6
Overige gegevens
Vaststelling en goedkeuring jaarrekening
Statutaire regeling resultaatbestemming
Resultaatbestemming
Gebeurtenissen na balansdatum
Ondertekening door bestuurders en toezichthouders
Controleverklaring
148
149
149
149
149
149
149
5.3
5.3.1
Bijlagen
Klinische opname, verpleegdagen, beademingsdagen, dagverplegingen
en polikliniekbezoeken
Opgenomen patiënten en verpleegdagen per specialisme
Dagverplegingen en polikliniekbezoeken per specialisme
Ziekenhuispsychiatrie
Dialyse productie
Opnamen en verpleegdagen per specialisme/DBC segment
Dagverpleging en 1e polikliniekbezoek per specialisme/DBC segment
Herhalingsbezoeken per specialisme/DBC segment
Geopende DBC's in 2008 per specialisme/DBC segment
154
155
5.3.2
5.3.3
5.3.4
5.3.5
5.3.6
5.3.7
5.3.8
5.3.9
Mxima Medisch Centrum
155
156
157
158
158
159
160
160
118
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1 GECONSOLIDEERDE JAARREKENING
Máxima Medisch Centrum
119
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1 GECONSOLIDEERDE JAARREKENING
5.1.1 GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2010
(na resultaatbestemming)
Ref.
31-dec-10
€
31-dec-09
€
2
3
129.451
2.577
132.028
132.932
4.069
137.001
4
5
6
9
2.731
1.974
38.285
32.361
75.351
2.079
4.044
46.551
14.085
66.759
207.379
203.760
31-dec-10
€
31-dec-09
€
1.639
36.457
986
39.082
-218
38.864
1.639
34.880
986
37.505
0
37.505
ACTIVA
Vaste activa
Materiële vaste activa
Financiële vaste activa
Totaal vaste activa
Vlottende activa
Voorraden
Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's
Vorderingen en overlopende activa
Liquide middelen
Totaal vlottende activa
Totaal activa
Ref.
PASSIVA
Eigen vermogen
Kapitaal
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
Totaal eigen vermogen
Aandeel derden in groepsvermogen
Totaal eigen groepsvermogen
10
Voorzieningen
11
2.763
1.633
Langlopende schulden
12
84.000
83.892
Kortlopende schulden
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
Kortlopende schulden en overlopende passiva
7
13
10.446
71.306
23.040
57.690
207.379
203.760
Totaal passiva
Máxima Medisch Centrum
120
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.2 GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2010
Ref.
2010
€
2009
€
BEDRIJFSOPBRENGSTEN:
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
15
151.147
131.687
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties
16
8.164
10.076
Omzet DBC B-segment
17
58.509
57.092
Subsidies
18
8.907
9.395
Overige bedrijfsopbrengsten
19
9.605
7.636
236.332
215.886
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN:
Personeelskosten
20
127.629
124.077
Afschrijvingen op financiële en materiële vaste activa
21
32.005
13.589
Overige bedrijfskosten
23
70.554
69.296
Som der bedrijfslasten
230.188
206.962
BEDRIJFSRESULTAAT
6.144
8.924
-4.642
-3.981
1.502
4.943
90
0
1.592
4.943
-15
206
1.577
5.149
Financiële baten en lasten
24
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING VOOR BELASTING
Vennootschapsbelasting
25
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING NA BELASTING
Aandeel derden in resultaat
RESULTAAT BOEKJAAR
Máxima Medisch Centrum
26
121
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.3 GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT
Ref.
€
2010
€
2009
€
€
Kasstroom uit operationele activiteiten
Bedrijfsresultaat
Aanpassingen voor:
- afschrijvingen
- mutaties voorzieningen
Veranderingen in vlottende middelen:
- voorraden
- mutatie onderhanden projecten DBC's
- vorderingen
- vorderingen/schulden uit hoofde van
financieringstekort respectievelijk -overschot
- kortlopende schulden
6.144
32.005
1.130
13.589
-907
-652
2.070
8.266
-224
-1.962
12.529
-12.594
614
-1.503
-12.738
-2.296
12.682
-3.898
36.983
Kasstroom uit bedrijfsoperaties
Ontvangen interest
Betaalde interest
Buitengewoon resultaat
33.135
8.924
473
-5.115
75
-4.567
17.708
664
-4.645
206
-3.775
32.416
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
13.933
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen materiële vaste activa
Investeringen deelnemingen en/of
samenwerkingsverbanden
-26.461
-14.723
-787
10
-27.248
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
-14.713
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Nieuw opgenomen leningen
Aflossing langlopende schulden
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutatie geldmiddelen
Máxima Medisch Centrum
16.360
-16.252
28.625
-13.833
108
14.792
5.276
14.012
122
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en voor de bepaling van het resultaat.
Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de regeling verslaggeving WTZi en de stellige uitspraken van de richtlijnen voor
de jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving.
Vergelijking met voorgaand jaar
De grondslagen van waardering en de resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar.
Waarderingsmethodiek materiële vaste activa
Middels een impairment-test heeft het MMC beoordeeld in hoeverre de afschrijvingen en rentelasten gedekt
kunnen worden uit de begrote toekomstige exploitatie en kasstromen.
Uit deze impairment-test is gebleken dat er geen sprake is van een negatief verschil tussen de boekwaarde en
de realiseerbare waarde waardoor geen afboeking noodzakelijk is wegens een duurzame waardevermindering.
Recente wijzigingen in de richtlijnen en BW 2 creëren een keuzemogelijkheid om activa te waarderen tegen
aanschafwaarde of actuele waarde. In het Besluit actuele waarde wordt onder de actuele waarde verstaan: de
waarde, die is gebaseerd op actuele marktprijzen, of op gegevens die op die datum van waardering geacht
kunnen worden relevant te zijn voor de waarde.
Voor locatie Veldhoven heeft het MMC gekozen om met behulp van indicatieve grondprijzen van de gemeente
Veldhoven de waarde van grond te herrekenen. Hierbij is rekening gehouden met een afslag van 10% voor opleveringskosten.
Tevens is rekening gehouden met een afboeking van tijdelijke huisvesting.
Op dezelfde wijze is een berekening voor locatie Eindhoven gemaakt. Rekening houdend met de sloopkosten bedraagt
de huidige waarde van de grond € 15 miljoen.
De waardering is niet tot uitdrukking gebracht in de cijfers 2010 omdat deze gedurende de resterende gebruiksduur
van de locatie zal wegvallen tegen de revitaliseringskosten.
Grondslagen voor consolidatie
In de geconsolideerde jaarrekening van de Stichting Máxima Medisch Centrum zijn alle instellingen opgenomen waarin direct of indirect
In de geconsolideerde jaarrekening zijn naast de financiële gegevens van Stichting Máxima Medisch Centrum de volgende
- MRI centrum Zuid Nederland BV
- MMCZ Holding
- SenS B.V.
- FC Maxima B.V.
- Paramax B.V.
- MMC Health B.V.
De Stiching heeft de volgende verbonden rechtspersonen die niet in de consolidatie betrokken zijn:
- Medsim B.V.
- V.O.F. "Samenwerkingsverband 1ste lijnsgeboortecentrum"
Máxima Medisch Centrum
123
Stichting Máxima Medisch Centrum
Vaste activa
Richtlijn 655 Zorginstellingen is aangepast aan het vervallen van het bouwregime en de wijzigingen in de bekostiging van de
kapitaalslasten van het vastgoed. Ook is sprake van aanpassingen in de regeling verslaggeving WTZi. De wijzigingen van de
bekostiging (in samenhang met al geldende bepalingen in BW 2 titel 9 en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving) leiden ertoe, dat er
een einde komt aan de verwerking en waardering van vaste activa (met name het vastgoed) op grond van de bekostigingsvoorschriften.
Dit hield ondermeer in waardering tegen historische kosten, een relatief lange voorgeschreven afschrijvingsduur, een eventuele
restwaarde werd niet in aanmerking genomen.
De verwerking en waardering van vaste activa dient daarmee mede volgens de algemene verslaggevingsregels van Titel 9 Boek 2 BW
en de richtlijnen voor de verslaggeving plaats te vinden.
Financiële vaste activa en voormalige immateriële vaste activa
Onder de immateriële vaste activa konden voorheen posten opgenomen zijn die door het vervallen van de integrale vergoeding voor
afschrijvingslasten niet langer voor verwerking in de balans in aanmerking komen. De hiervoor in 2009 of latere jaren nog specifiek te
ontvangen vergoedingen zijn als vordering opgenomen onder de financiële vaste activa en (kortlopende) vorderingen in de jaarrekening
2009. Op grond van de vigerende NZa regelgeving zal voor het B-segmentdeel van de voormalige IMVA waarvoor toestemming is
verleend in ieder geval compensatie gegeven worden via versnelde afschrijving in de nacalculatie in 3 jaar. Voor het A-segmentdeel
heeft in 2010 algehele afschrijving plaatsgevonden.
Financiële instrumenten
Stichting Máxima Medisch Centrum bezit rente swaps om het rente-risico dat zij loopt af te dekken. Voor de verwerking van de rente
swaps wordt kostprijs hedge accounting toegepast. De rente swaps worden gewaardeerd tegen kostprijs welke over het algemeen nihil
bedraagt en zijn derhalve niet opgenomen in de balans. Winsten of verliezen die uit de rente swaps voortvloeien worden als rentebaten
of rentelasten aangemerkt op het moment van realiseren.
Voorraden
De aanwezige voorraden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingprijs, onder aftrek van een bedrag voor incourantheid voor zover daartoe
aanleiding bestaat. De voorraden op de afdelingen worden niet gewaardeerd.
Vorderingen
De vorderingen worden opgenomen tegen nominale waarde, onder aftrek van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico
van oninbaarheid.
Het onderhanden werk uit hoofde van DBC's wordt gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, zijnde de kostprijs (MMC) van de reeds
bestede verrichtingen of tegen 80% van de opbrengstwaarde van de DBC indien deze is afgesloten maar nog niet is gefactureerd.
Bedrijfsbaten en bedrijfslasten
De bedrijfsbaten en bedrijfslasten worden toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten.
Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn, bedrijfsbaten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn.
De bedrijfsbaten zijn voor wat betreft het budget aanvaardbare kosten berekend aan de hand van de voorschriften voor de bekostiging,
Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Alleen die mutaties zijn in aanmerking genomen welke tot wijziging
van de geldmiddelen aanleiding hebben gegeven.
Het honorarium van de vrijgevestigde specialisten is niet in de omzet van Máxima Medisch Centrum opgenomen. Dit betreft
een totaalbedrag van € 33,9 miljoen.
Máxima Medisch Centrum
124
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
ACTIVA
2. Materiële vaste activa
De specificatie is als volgt:
31-dec-10
€
31-dec-09
€
92.724
76
29.358
7.293
98.996
1.364
27.168
5.404
129.451
132.932
2010
€
2009
€
Boekwaarde per 1 januari
Bij: investeringen
Bij: herwaarderingen
Af: afschrijvingen
Af: herrubricering naar financiële vaste activa
Af: desinvesteringen
132.932
28.524
15.763
16.242
112.178
14.723
20.000
13.076
893
Boekwaarde per 31 december
129.451
132.932
Aanschafwaarde
Cumulatieve herwaarderingen
Cumulatieve afschrijvingen
273.085
20.000
163.634
260.803
20.000
147.871
Bedrijfsgebouwen en terreinen
Machines en installaties
Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting
Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
Totaal materiële vaste activa
Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
Toelichting:
Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa
en de WMG-gefinancierde vaste activa per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht onder 5.1.6. In toelichting 5.1.7
zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgekomen projecten.
3. Financiële vaste activa
De specificatie is als volgt:
31-dec-10
€
31-dec-09
€
Deelnemingen
Latente belastingvoorziening
Overige vorderingen op Nza m.b.t. IVA
Leningen u/g
67
90
2.006
414
2
4.067
0
Totaal financiële vaste activa
2.577
4.069
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt:
€
Boekwaarde per 1 januari 2010
4.069
Bij: kapitaalstorting Medirisk
Bij: latente belastingvoorziening
BIj: verstrekte leningen
Bij: herrubricering
Af: waardeverminderingen
65
90
414
16.242
-18.303
Boekwaarde per 31 december 2010
2.577
Toelichting:
Onder de post herrubricering is een bedrag ad € 16.242 opgenomen aan goedgekeurde vergunningsplichtige oude plankosten.
De waardevermindering is berekend conform de overgangsregeling kapitaallasten.
De post deelnemingen betreft het gestort kapitaal van Medsim B.V. en Medirisk.
De latente belastingvoorziening heeft betrekking op de verrekenbare verliezen van FC Maxima.
De leningen u/g betreffen leningen aan de maatschap Neurologie en Medsim B.V. welke een langlopend karakter hebben.
Máxima Medisch Centrum
125
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
ACTIVA
Toelichting op belangen in andere rechtspersonen of vennootschappen:
Naam en rechtsvorm en
woonplaats rechtspersoon
Rechtstreekse kapitaalbelangen >= 20%:
MRI
SenS
FC Maxima
Paramax B.V.
MMCZ Holding B.V.
MMC Health
Verschaft
kapitaal
Kapitaalbelang (in %)
Eigen
vermogen
€
14
9
12
9
18
18
75%
51%
65%
51%
100%
100%
22
76
-572
-124
-208
18
2
10%
18
Zeggenschapsbelangen:
Medsim B.V.
Resultaat
€
2
48
64
-142
0
4. Voorraden
De specificatie is als volgt:
Overige voorraden:
Totaal voorraden
31-dec-10
€
31-dec-09
€
2.731
2.079
2.731
2.079
31-dec-10
€
31-dec-09
€
23.335
9.389
6.100
2.828
-39.678
21.131
8.371
7.186
2.201
-34.845
1.974
4.044
Af:
ontvangen
voorschotten
€
Saldo per
31-dec-10
18.783
17.346
2.477
1.072
1.459
-2.161
1.047
1.629
39.678
1.974
5. Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's
De specificatie is als volgt:
Onderhanden projecten DBC's A-segment
Onderhanden projecten DBC's B-segment
Onderhanden projecten honorarium DBC's A en B-segment
Onderhanden projecten PAAZ
Af: ontvangen voorschotten
Totaal onderhanden projecten
De specificatie per onderhanden project
is als volgt weer te geven:
Stroom DBC's en zorgverzekeraar
Gerealiseerde projectkosten en
toegerekende winst
Af:
verwerkte
verliezen
€
Uvit
CZ, Delta Lloyd, OHRA
Zilveren kruis , Achmea
Overig
20.242
15.185
3.524
2.701
Totaal (onderhanden projecten)
41.652
€
0
€
Toelichting:
Het onderhanden werk uit hoofde van DBC's is gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, zijnde de kostprijs (MMC) van de reeds
bestede verrichtingen of tegen 80% van de opbrengstwaarde van de DBC indien de DBC is afgesloten, maar nog niet is
gefactureerd. Onderhanden werk PAAZ is gewaardeerd volgens protocol NZa. Systeemtechnisch is splitsen van verwerkte
verliezen per zorgverzekeraar niet mogelijk.
Máxima Medisch Centrum
126
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
ACTIVA
6. Vorderingen en overlopende activa
De specificatie is als volgt:
Vorderingen op debiteuren
Vorderingen op groepsmaatschappijen
Overige vorderingen
Vooruitbetaalde bedragen
Totaal vorderingen en overlopende activa
31-dec-10
€
31-dec-09
€
35.657
38.528
234
1.606
6.183
46.551
815
1.813
38.285
Toelichting:
De voorziening debiteuren die in aftrek op de vorderingen is gebracht, bedraagt € 927
7. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort en/of schulden uit hoofde van financieringsoverschot
t/m 2007
€
2008
€
2009
€
-33.642
9.099
1.503
Saldo per 1 januari
Financieringsverschil boekjaar
Correcties voorgaande jaren
Betalingen/ontvangsten
Subtotaal mutatie boekjaar
Saldo per 31 december
2010
€
totaal
€
-23.040
11.857
737
11.857
737
0
0
0
12.594
12.594
-33.642
9.099
1.503
12.594
-10.446
c
c
b
a
Stadium van vaststelling (per erkenning):
a= interne berekening
b= overeenstemming met zorgverzekeraars
c= definitieve vaststelling NZa
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
2010
€
2009
€
150.410
129.793
131.553
3.286
2.831
749
-5.961
6.095
141.973
4.024
1.630
-23.357
11.857
-442
31-dec-10
€
31-dec-09
€
Bankrekeningen
Kassen
32.335
26
14.058
27
Totaal liquide middelen
32.361
14.085
Wettelijk budget aanvaardbare kosten
Vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget:
Opbrengsten DBC A-segment inclusief toeslagen
Honoraria-opbrengsten voor specialisten in loondienst
Mutatie onderhanden werk DBC A-segment
Afrekening overfinanciering
Afrekening lumpsum
Opbrengst PAAZ
Totaal financieringsverschil
5.965
9. Liquide middelen
De specificatie is als volgt:
Máxima Medisch Centrum
127
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
PASSIVA
10. Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten:
31-dec-10
€
31-dec-09
€
Kapitaal
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
1.639
36.457
986
1.639
34.880
986
Totaal eigen vermogen
39.082
37.505
Aandeel derden in groepsvermogen
Totaal groepsvermogen
-218
0
38.864
37.505
Overige
mutaties
€
Saldo per
31-dec-2010
€
Kapitaal
Het verloop is als volgt weer te geven:
Kapitaal
Saldo per
1-jan-2010
€
Resultaatbestemming
€
1.639
1.639
1.639
0
0
1.639
Saldo per
1-jan-2010
€
Resultaatbestemming
€
Overige
mutaties
€
Saldo per
31-dec-2010
€
12.787
1.577
2.093
16.457
-2.093
0
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Het verloop is als volgt weer te geven:
Reserve aanvaardbare kosten:
Bestemmingsreserves:
Egalisatie afschrijvingen
Herwaarderingsreserve:
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
2.093
20.000
20.000
34.880
1.577
0
36.457
Saldo per
1-jan-2010
€
Resultaatbestemming
€
Overige
mutaties
€
Saldo per
31-dec-2010
€
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
Het verloop is als volgt weer te geven:
Algemene reserves:
Totaal niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
986
986
986
0
0
986
Saldo per
1-jan-2010
€
Resultaatbestemming
€
Overige
mutaties
€
Saldo per
31-dec-2010
€
15
-233
-218
15
-233
-218
Aandeel derden in groepsvermogen
Het verloop is als volgt weer te geven:
Aandeel derden in groepsvermogen
0
Máxima Medisch Centrum
128
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
PASSIVA
11. Voorzieningen
Het verloop is als volgt weer te geven:
Voorziening goodwill
Voorziening jubilea
voorziening Persoonlijk levensfase budget
Totaal voorzieningen
Saldo per
1-jan-2010
€
Dotatie
Onttrekking
€
€
516
525
592
683
1.092
1.633
1.775
Saldo per
31-dec-2010
€
516
129
0
1.079
1.684
645
2.763
Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd:
31-dec-2010
Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jr.)
Hiervan langlopend (> 5 jaar)
2.763
2.763
Toelichting per categorie voorziening:
De voorziening PLB uren is gevormd ter dekking van de verplichtingen voortkomende uit de CAO bepalingen.
De voorziening jubilea is gevormd ter dekking van de verplichtingen uit hoofde van toekomstige jubilea.
12. Langlopende schulden
De specificatie is als volgt:
31-dec-10
€
31-dec-09
€
Schulden aan kredietinstellingen
84.000
83.892
Totaal langlopende schulden
84.000
83.892
2010
€
2009
€
Stand per 1 januari
Bij: nieuwe leningen
Af: aflossingen
97.723
16.360
14.589
85.153
28.625
16.055
Stand per 31 december
99.494
97.723
Af: aflossingsverplichting komend boekjaar
15.494
13.831
Stand langlopende schulden per 31 december
84.000
83.892
Het verloop is als volgt weer te geven:
Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd:
Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.), aflossingsverplichtingen
Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost)
Hiervan langlopend (> 5 jaar)
15.494
84.000
55.824
13.831
83.892
56.242
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar de bijlage overzicht langlopende schulden.
De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden.
Toelichting:
In 2010 zijn 2 roll-overlening afgeroepen van € 15,7 mln met een gemiddelde resterende looptijd van 9,5 jaar.
Van de langlopende schulden is op balansdatum € 63 miljoen gefinancierd middels leningen met een variabel rentetype.
Het renterisico is volledig afgedekt met rentederivaten (renteswaps). In het kader van de RJ290 is kostprijs hedgeaccounting van toepassing.
Máxima Medisch Centrum
129
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS
PASSIVA
13. Kortlopende schulden en overlopende passiva
De specificatie is als volgt:
31-dec-10
€
31-dec-09
€
Schulden aan kredietinstellingen
Crediteuren
Aflossingsverplichtingen langlopende leningen
Belastingen en sociale premies
Schulden terzake pensioenen
Nog te betalen salarissen
Overige schulden:
Specialisten en maatschappen
Overige
Nog te betalen kosten:
Nog te betalen rente
13.000
7.764
15.494
5.188
1.650
7.440
8.281
13.831
4.646
1.540
7.482
5.574
14.896
8.143
13.164
300
603
Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
71.306
57.690
Toelichting:
Per ultimo december 2010 was er bij ING een rekening courant krediet van € 45 miljoen.
De post schulden aan kredietinstellingen betreft een gedeelte van het bouwkrediet ten behoeve nieuwbouw Veldhoven,
welke per 1 januari 2011 geconsolideerd is in een lening van € 13 miljoen.
14. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Verloopoverzicht investeringsruimte trekkingsrechten
Het verloop is als volgt weer te geven:
2010
€
2009
€
Nog niet bestede investeringsruimte per 1 januari
Bij: indexering niet-bestede investeringsruimte
Bij: investeringsruimte verslagjaar
Af: investeringen verslagjaar
40.670
896
6.044
7.154
35.291
908
5.951
1.480
Beschikbare investeringsruimte 31 december
40.456
40.670
Toelichting:
Deze beschikbare investeringsruimte wordt in de nabije toekomst aangewend voor de investering op locatie Veldhoven en
Eindhoven
Máxima Medisch Centrum
130
Máxima Medisch Centrum
131
2.005
Boekwaarde per 31 december 2010
Afschrijvingspercentage
9.197
11.202
-2.061
0
Stand per 31 december 2010
- aanschafwaarde
- cumulatieve herwaarderingen
- cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
- desinvesteringen
aanschafwaarde
cumulatieve herwaarderingen
cumulatieve afschrijvingen
per saldo
- terugname geheel afgeschreven activa
.aanschafwaarde
.cumulatieve herwaarderingen
.cumulatieve afschrijvingen
6.429
4.368
4.066
Boekwaarde per 1 januari 2010
Mutaties in het boekjaar
- investeringen
- herwaarderingen
- afschrijvingen
- extra afschrijvingen NZa-goedgekeurd
2.768
25.680
5.680
20.000
0
0
25.680
5.680
20.000
€
€
6.834
Grond
NZa-IVA
Stand per 1 januari 2010
- aanschafwaarde
- cumulatieve herwaarderingen
- cumulatieve afschrijvingen
5.1.6.1 WTZi-vergunningplichtige vaste activa
5,0%
214
2.773
2.987
-162
0
133
29
376
2.611
2.987
Terreinvoorzieningen
€
27.258
43.839
71.097
-12.026
0
1.457
10.569
39.284
31.813
71.097
€
Gebouwen
10,0%
0
113
113
0
0
0
113
113
Semi perm.
gebouwen
€
5,0%
943
11.253
12.196
-343
0
271
72
1.286
10.910
12.196
Verbouwingen
€
5.1.6 GECONSOLIDEERD MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi
Stichting Máxima Medisch Centrum
5,0%
4.021
45.384
49.405
-2.545
0
2.016
529
6.566
42.839
49.405
7.622
7.622
4.170
0
4.170
3.452
3.452
Installaties Onderhanden
Projecten
€
€
67.743
160.302
20.000
112.559
-12.967
0
3.877
17.628
8.538
80.710
151.764
20.000
91.054
Subtotaal
vergunning
€
125.914
283.101
20.000
177.187
-7.094
7.090
1.531
8.621
15.598
17.628
27.663
133.008
264.059
20.000
151.051
€
Totaal
Máxima Medisch Centrum
132
Afschrijvingspercentage
Boekwaarde per 31 december 2010
Stand per 31 december 2010
- aanschafwaarde
- cumulatieve herwaarderingen
- cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
- desinvesteringen
aanschafwaarde
cumulatieve herwaarderingen
cumulatieve afschrijvingen
per saldo
- terugname geheel afgeschreven activa
.aanschafwaarde
.cumulatieve herwaarderingen
.cumulatieve afschrijvingen
5,0%
19.167
19.167
3.618
3.618
5.858
22.785
0
0
0
22.785
5.858
0
1.915
1.915
13.309
7.773
0
0
15.012
0
1.703
€
Subtotaal
7.773
13.309
Boekwaarde per 1 januari 2010
Mutaties in het boekjaar
- investeringen
- herwaarderingen
- afschrijvingen
1.703
€
€
15.012
Onderhanden
Projecten
Trekkings
rechten
Stand per 1 januari 2010
- aanschafwaarde
- cumulatieve herwaarderingen
- cumulatieve afschrijvingen
5.1.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa
9.827
20.722
30.549
-735
0
2.323
1.588
10.562
18.399
28.961
€
Instandhouding
289
289
-1.531
1.531
1.531
1.820
1.820
€
Onderhanden
Projecten
5.1.6 GECONSOLIDEERD MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi
Stichting Máxima Medisch Centrum
10.116
20.722
30.838
-2.266
1.531
1.531
2.323
1.588
12.382
30.781
0
18.399
29.283
24.340
53.623
3.592
1.531
1.531
4.238
9.361
25.691
45.793
0
20.102
Subtotaal
meldingsplichtige activa
€
€
Subtotaal
Máxima Medisch Centrum
133
7.090
0
7.090
0
2.281
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
40.288
40.288
28.888
Boekwaarde per 31 december 2010
28.888
69.176
69.176
Stand per 31 december 2010
- aanschafwaarde
- cumulatieve herwaarderingen
- cumulatieve afschrijvingen
2.281
7.090
7.090
- desinvesteringen
aanschafwaarde
cumulatieve herwaarderingen
cumulatieve afschrijvingen
per saldo
- terugname geheel afgeschreven activa
.aanschafwaarde
.cumulatieve herwaarderingen
.cumulatieve afschrijvingen
7.483
26.607
66.502
0
39.895
Subtotaal
WMG
€
7.483
Automatisering
€
9.764
Vervoermiddelen
€
9.764
26.607
Boekwaarde per 1 januari 2010
Mutaties in het boekjaar
- investeringen
- herwaarderingen
- afschrijvingen
39.895
66.502
€
Inventaris
Stand per 1 januari 2010
- aanschafwaarde
- cumulatieve herwaarderingen
- cumulatieve afschrijvingen
5.1.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa
5.1.6 GECONSOLIDEERD MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA/FINANCIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling Verslaggeving WTZi
Stichting Máxima Medisch Centrum
Máxima Medisch Centrum
134
Totaal
Nummer
A6006
AO5184
Briefnummer
Omschrijving
WTZi-type
15-05-2006 Vrouw Moeder Kind
Vergunning
06-06-2006 Regionaal centr. VHV
Vergunning
Dialyse
Aanpassing techn Infrastructuur
Infrastructuur nieuwbouw
Masterplan vastgoedontwikkeling
MRI gebouw
Gebruikersvergunning fase 2
Vastgoedontwikkeling MMC EHV
Tijdelijke kantoorunits PAMM
Impl. betaald parkeren
Herallocatie Vhv /Ehv fase 4
Renovatie 4 ok's
Tijdelijke kantoorunits neurologie
Instandhoudingsprojecten
Concentratie psychiatrie
Tijdelijke units interne geneeskunde
Going concern verbouwingen
Aanpassing dermatologie
Ouderenzorg en allergologie
Technische renovatie
Datum
Projectgegevens
4.137
-99
79
2.869
-33
-59
1.584
66
-50
-135
464
516
337
198
1.222
51
404
41
16
60
54
11.722
5.401
2010
€
9.212
16
60
404
471
523
989
198
1.222
1.694
502
3.133
7.911
54
41
51
143
7.622
t/m 2010
ondergereed
handen
€
€
Investeringen
3.485
99
64
264
33
59
110
436
50
135
7
7
652
t/m 2009
€
5.1.7.1 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN PROJECTEN (GECONSOLIDEERD)
Stichting Máxima Medisch Centrum
33.536
23.936
9.600
Nominaal
bedrag
WTZi
€
0
Indexering
WTZi
€
33.536
23.936
9.600
Aangepaste
goedkeuring
€
Goedkeuringen
Máxima Medisch Centrum
135
Totaal
Nummer
Briefnummer
Datum
Aanpassing techn Infrastructuur
MRI gebouw
Gebruikersvergunning fase 2
Impl. Betaald parkeren
Herallocatie Vhv /Ehv fase 4
Renovatie 4 ok's
Tijdelijke kantoorunits neurologie
Instandhoudingsprojecten
Tijdelijke units interne geneeskunde
Aanpassing dermatologie
Ouderenzorg en allergologie
Omschrijving
Projectgegevens
WTZi-type
Activapost
5.1.7.2 SPECIFICATIE IN HET BOEKJAAR GEREEDGEKOMEN PROJECTEN (GECONSOLIDEERD)
0
9.212
0
Totaal
€
9.212
Overige
€
3.133
1.694
502
471
523
989
198
1.222
404
16
60
WMG
€
3.133
1.694
502
471
523
989
198
1.222
404
16
60
WTZi
€
Investeringen
Máxima Medisch Centrum
136
Datum
3-jul-89
15-okt-92
31-dec-02
31-mrt-03
31-mrt-03
31-mrt-03
1-dec-02
31-mrt-03
31-mrt-03
31-dec-02
31-mrt-09
31-mrt-03
31-dec-02
31-dec-02
3-apr-03
3-mrt-03
1-jul-08
1-jul-08
28-mrt-09
4-jan-10
1-jul-10
4-dec-09
6-jan-10
1-jul-09
Leninggever
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
BNG
ING
ING
ING
ING
ING
Schelvast B.V.
Brocasef Holding
ING
Totaal
Totale
looptijd
Soort lening
11.345
40
onderhandse
11.345
40
onderhandse
1.174
10
onderhandse
1.142
10
onderhandse
1.497
10
onderhandse
522
11
onderhandse
2.672
14
onderhandse
2.308
13
onderhandse
3.807
16
onderhandse
3.006
16
onderhandse
395
10
onderhandse
5.724
17
onderhandse
4.454
17
onderhandse
1.360
17
onderhandse
8.500
8
onderhandse
8.500
7
onderhandse
12.350
10
onderhandse
13.750
15
onderhandse
28.125
19
onderhandse
5.700
10
onderhandse
10.000
10
onderhandse
325 onbep. onderhandse
175 onbep. onderhandse
750
5
onderhandse
€
Hoofdsom
5.1.8 Overzicht langlopende schulden ultimo 2010
BIJLAGE
Stichting Máxima Medisch Centrum
4,82%
4,86%
3,20%
3,20%
4,30%
3,77%
3,83%
3,83%
4,53%
4,53%
4,85%
3,53%
3,53%
3,53%
4,18%
4,04%
4,84%
5,05%
5,24%
5,82%
5,82%
7,50%
7,50%
variabel
%
5.818
6.523
595
595
545
204
1.859
1.627
1.621
1.242
379
3.720
2.850
870
8.500
8.500
11.050
12.600
28.125
0
0
325
175
0
97.723
€
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
5.700
10.000
0
0
660
16.360
€
291
284
54
54
137
45
96
84
91
70
21
184
142
43
0
8.500
1.300
933
1.500
450
250
0
0
60
14.589
€
€
4.072
4.821
0
0
0
0
1.285
1.125
1.070
820
250
2.753
2.109
644
0
0
3.250
7.000
19.125
2.250
4.750
325
175
0
55.824
€
5.527
6.239
541
541
408
159
1.763
1.543
1.530
1.172
358
3.536
2.708
827
8.500
0
9.750
11.667
26.625
5.250
9.750
325
175
600
99.494
Restschuld
Nieuwe
Werke- Restschuld
Aflossing in
Restschuld
31 december
lijke- 31 december leningen in
2010
over 5 jaar
2010
rente
2009
2010
19
22
2
2
2
3
6
6
8
8
8
9
9
9
0
0
8
13
17
9
9
0
0
5
Resterende
looptijd in
jaren eind
2010
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
bullet
bullet
liniair
liniair
liniair
liniair
liniair
Aflossingswijze
291
284
54
54
136
45
96
84
92
70
22
156
120
37
0
8.500
1.300
933
1.500
600
1.000
0
0
120
15.494
€
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
Hypothecair
AflosGestelde zekerheden
sing 2011
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
15. Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
(uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
€
Overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling
Prijsindexatie materiële kosten
Schoning B- segment (productie) incl. mutatie productie
Groei normatieve kapitaalslasten
1.331
-76
1.261
96
Uitbreiding erkenning en toelating:
- loonkosten
- materiële kosten
- normatieve kapitaalslasten
1.996
70
Nacalculeerbare kapitaalslasten:
- rente
- afschrijvingen
- overige
Overige mutaties:
Subtotaal wettelijk budget boekjaar
Correcties voorgaande jaren
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten jaar t
Máxima Medisch Centrum
€
129.793
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten voorgaand jaar
Beleidsmaatregelen overheid:
- generieke budgetkortingen
- regeling dure geneesmiddelen
- opleidingsfonds
- schoning B- segment
- hemofolie / remicade
2010
€
2.612
142.505
2.979
557
-9.774
115
-1.374
160
152
18.250
-213
-6.123
10
2.066
-973
2
2009
€
-2.185
18.189
-65
10
-418
737
107
-6.584
-237
46
438
-514
-6.395
-30
-174
-65
-174
150.410
129.793
737
1.894
151.147
131.687
137
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
BATEN
16. Toelichting niet-gebudgetteerde zorgprestaties (exclusief DBC B-segment)
De specificatie is als volgt:
2010
€
2009
€
Zorgprestaties tussen instellingen
Zorgprestaties derde compartiment
Doorberekende kapitaalslasten
6.207
1.569
388
8.410
1.278
388
Totaal
8.164
10.076
2010
€
2009
€
Gefactureerde omzet DBC B-segment
Mutatie onderhanden projecten DBC B-segment
Mutatie onderhanden projecten DBC B-segment honorarium
57.606
1.096
-193
54.843
2.527
-278
Totaal
58.509
57.092
2010
€
2009
€
17. Toelichting omzet DBC B-segment
De specificatie is als volgt:
18. Subsidies
De specificatie is als volgt:
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van OC&W (waaronder werkplaatsfunctie
en medische faculteit van UMC's)
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (waaronder opleidingsfonds,
academische component voor UMC's)
Overige Rijkssubsidies
415
581
8.328
8.772
164
42
Totaal
8.907
9.395
2010
€
2009
€
5.399
5.112
4.206
2.524
9.605
7.636
19. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten
De specificatie is als volgt:
Overige dienstverlening:
Overige opbrengsten
Totaal
Máxima Medisch Centrum
138
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
LASTEN
20. Personeelskosten
De specificatie is als volgt:
2010
€
2009
€
Lonen en salarissen
Sociale lasten
Pensioenpremies
Andere personeelskosten:
98.752
11.606
8.948
5.949
95.050
11.301
8.160
5.207
Subtotaal
Personeel niet in loondienst
125.255
2.374
119.718
4.359
Totaal personeelskosten
127.629
124.077
2.347
2.290
2.347
2.290
2010
€
2009
€
6.429
15.598
513
14.377
9.978
-1.301
32.005
13.589
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's) per segment:
Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van full-time eenheden
21. Afschrijvingen vaste activa
De specificatie is als volgt:
Nacalculeerbare afschrijvingen:
- immateriële vaste activa
- materiële vaste activa
Overige afschrijvingen:
- materiële vaste activa
Totaal afschrijvingen
Aansluiting afschrijvingen resultatenrekening - vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten
2010
€
Totaal afschrijvingslasten resultatenrekening
waarvan nacalculeerbare afschrijvingen
32.005
22.027
In het externe budget verwerkte vergoeding voor nacalculeerbare afschrijvingslasten:
- WTZi-vergunningplichtige vaste activa
- WTZi-meldingsplichtige vaste activa
- WMG-gefinancierde vaste activa
Totaal vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten
21.505
4.238
7.483
33.226
Aanschafwaarde desbetreffende vaste activa
Cumulatieve afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa
Máxima Medisch Centrum
283.101
177.187
139
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
23. Overige bedrijfskosten
De specificatie is als volgt:
2010
€
2009
€
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten
Algemene kosten
Patiënt- en bewonersgebonden kosten
Onderhoud en energiekosten:
Huur en leasing
Dotaties en vrijval voorzieningen
6.152
16.443
43.201
3.987
190
581
5.330
17.668
41.387
4.141
134
636
Totaal overige bedrijfskosten
70.554
69.296
De specificatie is als volgt:
2010
€
2009
€
Rentebaten
Subtotaal financiële baten
473
473
664
664
Rentelasten
Subtotaal financiële lasten
-5.115
-5.115
-4.645
-4.645
Totaal financiële baten en lasten
-4.642
-3.981
2010
€
2009
€
24. Financiële baten en lasten
25. Vennootschapsbelasting
De specificatie is als volgt:
Vennootschapsbelasting
90
Totaal vennootschapsbelasting
90
0
Toelichting:
De post vennootschapsbelasting betreft de dotatie aan de actieve latente belastingvoorziening betreffende de verrekenbare verliezen van
FC Maxima.
26. Aandeel derden in resultaat
De specificatie is als volgt:
2010
€
2009
€
Aandeel derden
-15
206
Totaal aandeel derden in resultaat
-15
206
Máxima Medisch Centrum
140
Máxima Medisch Centrum
141
Eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht
Tweehoofdig met voorzitter
Naam
dr. R.H.J. van
t Hullenaar
2010
1 Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam
1-3-2005
2 Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het
Ja
3 Tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam
4 Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van het bestuur
Ja
5 Zo ja: hoeveel maanden is de persoon voorzitter geweest in
12
6 Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst?
Onbepaalde
Tijd
7 Welke salarisregeling is toegepast?
Nominaal
8 Wat is de deeltijdfactor? (percentage)
100%
9 Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering,
245
nvt
a. Waarvan: verkoop verlofuren
nvt
b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren
10 Bruto-onkostenvergoeding
8
11 Werkgeversbijdrage sociale lasten
7
12 Werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU
27
13 Ontslagvergoeding
nvt
14 Variabel inkomen *
0
15 Totaal inkomen (9 t/m 14, excl. 9a en b)
287
16 Cataloguswaarde auto van de zaak
56
17 Eigen bijdrage auto van de zaak
0
Nee
0
Onbepaalde
Tijd
Nominaal
100%
195
nvt
nvt
7
7
27
nvt
0
236
0
0
Prof. dr.
JH Zwaveling
2010
1-1-2010
Ja
De bezoldiging van de bestuurders en gewezen bestuurders van de zorginstelling over het jaar 2010 is als volgt:
Welk bestuursmodel is van toepassing op uw organisatie?
Wat is de samenstelling van het bestuur of de directie?
27. Bezoldiging bestuurders en toezichthouders
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
Stichting Máxima Medisch Centrum
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
27. Bezoldiging bestuurders en toezichthouders
De bezoldiging van de leden van de raad van toezicht van de zorginstelling over het jaar 2010 is als volgt:
Naam
Functie
J Wilkes RA
drs. J.G.M. Kegelaer
mr. J.L.M. van Helmond
mw. S.R. de Moor-Bullinga
mw. A.M.L.M. Nelissen-Hanssen
prof.dr. L.B.A. van de Putte
Voorzitter
Vice-voorzitter
Lid
Lid
Lid
Lid
Totaal
28. Honoraria accountant
De honoraria van de accountant over 2010 zijn als volgt:
1
2
3
4
Controle van de jaarrekening
Overige controlewerkzaamheden (w.o. Regeling AO/IC en Nacalculatie
Fiscale advisering
Niet-controlediensten
Totaal honoraria accountant
Máxima Medisch Centrum
Bezoldiging
2010
Bezoldiging
2009
15
12
7
9
9
-
12
12
7
7
7
52
45
2010
€
2009
€
62
48
6
0
59
31
0
0
116
90
142
Máxima Medisch Centrum
143
lid raad van bestuur
lid raad van bestuur
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
anesthesist
intensivist
intensivist
intensivist
intensivist
intensivist
intensivist
anesthesist
spec neonatologie
manager zorg
1
Functionaris (functienaam)
2
In dienst
v.a.
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
01-01
3
In dienst
t/m
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
31-12
duur dienstverband
in het verslagjaar
241
183
203
201
203
167
207
202
157
202
191
187
163
170
186
192
301
181
181
181
181
172
191
162
2010
4
240
0
201
164
201
167
202
205
150
200
193
197
161
164
198
190
179
180
179
179
179
171
188
159
2009
Belastbaar loon (*
2010
55
43
50
50
50
41
51
50
42
50
50
45
40
43
47
48
45
45
45
45
45
45
47
38
5
2009
52
0
48
39
48
39
48
48
38
48
48
45
38
39
48
45
42
43
42
42
42
43
45
36
Voorzieningen t.b.v.
beloningen betaalbaar
op termijn (*
2010
6
2009
Uitkeringen i.v.m.
beëindiging van het
dienstverband (*
296
226
253
251
253
208
258
252
199
252
241
232
203
213
233
240
346
226
226
226
226
217
238
200
292
0
249
203
249
206
250
253
188
248
241
242
199
203
246
235
221
223
221
221
221
214
233
195
(4,5 en 6)
2010
2009
Totaal beloning in kader
van de Wopt
(*
De bezoldiging van de functionarissen die over 2010 in het kader van de WOPT verantwoord worden (totale beloning in 2010 hoger dan € 193.000,00 ) is als volgt:
29. Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt)
5.1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING
Stichting Máxima Medisch Centrum
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.10 ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2010
(na resultaatsbestemming) (* € 1.000)
31-dec-10
€
31-dec-09
€
128.981
2.125
131.106
132.372
3.622
135.994
2.523
1.974
40.881
31.936
77.314
1.899
4.044
47.288
13.300
66.531
208.420
202.525
31-dec-10
€
31-dec-09
€
1.639
36.457
986
39.082
1.639
34.880
986
37.505
2.763
1.633
Langlopende schulden
98.394
97.224
Kortlopende schulden
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
Kortlopende schulden en overlopende passiva
10.446
57.735
23.039
43.124
208.420
202.525
ACTIVA
Vaste activa
Materiële vaste activa
Financiële vaste activa
Totaal vaste activa
Vlottende activa
Voorraden
Onderhanden werk uit hoofde van DBC's
Vorderingen en overlopende activa
Liquide middelen
Totaal vlottende activa
Totaal activa
PASSIVA
Eigen vermogen
Kapitaal
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
Totaal eigen vermogen
Voorzieningen
Totaal Passiva
Máxima Medisch Centrum
144
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.11 ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2010
met ter vergelijking de cijfers over 2009 (* € 1.000)
2010
€
2009
€
resultaat uit deelnemingen na belastingen
overige baten en lasten
67
1.510
-551
5.700
RESULTAAT
1.577
5.149
Algemeen
De financiële gegevens van MMCZ Holding B.V., Orthopedisch Centrum Máxima B.V., MRI Centrum
Zuid-Nederland B.V., F.C. Máxima B.V., SenS! B.V., Paramáx B.V., MedSim B.V. en
V.O.F. Samenwerkingsverband 1ste lijnsgeboortecentrum zijn opgenomen in de
geconsolideerde jaarrekening van de Stichting Máxima Medisch Centrum.
5.1.12 WAARDERINGSGRONDSLAGEN
Algemeen
De grondslagen van waardering en resultaatbepaling voor de enkelvoudige jaarrekening zijn gelijk
aan de grondslagen die worden vermeld in de toelichting op de geconsolideerde jaarrekeningen.
Máxima Medisch Centrum
145
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.1.13 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS
1. Algemeen
voor een nadere toelichting op de volgende posten wordt verwezen naar de toelichting op de
geconsolideerde balans per 31 december 2010:
- immateriële vaste activa
- materiële vaste activa
- voorraden
- vorderingen en overlopende activa
- liquide middelen
- egalisatierekening afschrijving instandhoudinginvesteringen
- overige voorzieningen
- langlopende schulden
- kortlopende schulden en overlopende passiva
2. Financiële vaste activa
De specificatie is als volgt :
Stand per 1 januari
Investeringen
Herrubricering
Resultaat boekjaar
Dividend uitkeringen
Verstrekte leningen
Aflossingen leningen
Overige mutaties
Groepsmaatschappijen
€
-445
83
Overige
vorderingen
€
4.067
16242
67
Stand per 31 december
-295
totaal
2010
€
3.622
83
16.242
67
totaal
2009
€
3.558
11
893
-551
414
414
-18.303
-18.303
-289
2.420
2.125
3.622
De Stichting Máxima Medisch Centrum te Eindhoven staat aan het hoofd van de groep en heeft
de volgende kapitaalbelangen:
Naam en rechtsvorm rechtspersoon
vestigingsplaats
aandeel in kapitaal
MMCZ Holding B.V.
MRI Centrum Zuid-Nederland B.V.
F.C.
Máxima
B.V.
SenS! B.V.
Paramáx B.V.
Medsim B.V.
MMC Health B.V.
V.O.F. Swvb 1ste lijnsgeboortecentrum
Eindhoven
Veldhoven
75%
75%
Veldhoven
Eindhoven
Veldhoven
Veldhoven
Veldhoven
Veldhoven
65%
51%
51%
10%
100%
33%
3. Eigen vermogen
Het verloop is als volgt weer te geven:
Kapitaal
Saldo per
1-jan-2010
€
1.639
Collectief gefinancierd gebonden vermogen:
14.880
Reserve aanvaardbare kosten
20.000
Herwaarderingsreserve
Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen:
Algemene reserves
Overige
mutaties
€
1.577
Saldo per
31-dec-2010
€
1.639
16.457
20.000
986
37.505
Máxima Medisch Centrum
Resultaatbestemming
€
986
0
0
39.082
146
5.1.14 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2010
resultaat uit deelnemingen na belastingen
MMCZ Holding B.V.
MRI Centrum Zuid-Nederland B.V.
F.C. Máxima B.V.
SenS! B.V.
Paramáx B.V.
MedSim B.V.
MMC Health B.V.
V.O.F. Swvb 1ste lijnsgeboortecentrum
Totaal
Máxima Medisch Centrum
2010
2009
0
2
113
24
-72
0
0
0
-57
-3
-496
5
0
0
0
0
67
-551
147
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.2 OVERIGE GEGEVENS
Máxima Medisch Centrum
148
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.2 OVERIGE GEGEVENS
5.2.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening
De raad van bestuur van Stichting Máxima Medisch Centrum heeft de jaarrekening 2010 vastgesteld in de vergadering
van 16 mei 2011.
De raad van toezicht van de Stichting Máxima Medisch Centrum heeft de jaarrekening 2010 goedgekeurd in de vergadering
van 16 mei 2011.
5.2.2 Statutaire regeling resultaatbestemming
In de statuten is bepaald, conform artikel 4, dat het behaalde resultaat ter vrije beschikking staat van
Stichting Máxima Medisch Centrum.
5.2.3 Resultaatbestemming
Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in paragraaf 5.1.2.
5.2.4 Gebeurtenissen na balansdatum
5.2.5 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders
J. Wilkes RA
voorzitter raad van toezicht
drs. J.G.M. Kegelaer
vice-voorzitter raad van toezicht
mw. S.R. de Moor-Bullinga
raad van toezicht
mw. drs. A.M.L.M. Nelissen-Hanssen
raad van toezicht
mr. drs. J.L.M. van Helmond
raad van toezicht
dr. R.H.J. van 't Hullenaar
voorzitter raad van bestuur
prof.dr. J.H. Zwaveling
raad van bestuur
5.2.6 Controleverklaring
De controleverklaring is opgenomen op de volgende pagina.
Máxima Medisch Centrum
149
Máxima Medisch Centrum
150
Controleverklaring
Máxima Medisch Centrum
151
111111111111111111111111111111''''''
Ël ERNST &YOUNG
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Aan : de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur van Stichting Máxima Medisch Centrum te
Vel dhoven
Verklaring betreffende de jaarrekening
Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2010 van Stichting Máxima Medisch
Centrum te Veldhoven gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en
enk el voud ige balans per 31 december 2010 en de geconsolideerde en enkelvoudige wi nst-en­
verliesrekening over 2010 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de
gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere t oelichtingen.
Verantwoordelijkheid va n de raad van bestuur
De raad va n bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de
jaarreken ing die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor
het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de in Nederland gelde nd e
Regel ing verslaggeving WTZi. De raad van bestuur is tevens verantwoordelijk voor een
zodanige interne beheersing als hij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarreKening
mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fout en.
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekeni ng op basis van
onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht,
waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons
gelde nde ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat
een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afw ij kin gen van
materieel belang beva t.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie
over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden
zij n afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorm ing, met inbegrip van het
inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als
gevolg van fraude of fouten .
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in
aa nm erking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld
daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de
omstandigheden. Deze risico-i ns chattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot
uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing va n de stic hting. Een
controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor
financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting
gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekeni ng.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is
om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Máxima Medisch Centrum
152
11111111111111111111111111111 ' "''''
Ël ERNST & YOUNG
2
Oordeel betreffende de jaa((ekening
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samen stelling
van het vermogen van s tichting Máxima Medisch Centrum per 31 december 2010 en van het
res ultaat over 2010 in overeenste m ming met de Regeling verslaggeving WT21.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen
Wij vermelden dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aa nl eid ing van het onderzoek
of he t jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de Voorsch r ifte n
voor de inrichting van het Jaarverslag van zorginstellingen is opgesteld, en of - voor zover van
toepa ss ing - de in artikel 2 :392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn
toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoo rdelen ,
veren igbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2 :391 lid 4 BW.
De n Haag, 13 mei 2011
Ernst & Young Accountants LLP
w.g. drs. R.L.A. Eveleens RA
Máxima Medisch Centrum
153
Stichting Máxima Medisch Centrum
5.3 BIJLAGEN
Máxima Medisch Centrum
154
5.3 Kwantitatieve gegevens
5.3.1 Klinische opname, verpleegdagen, beademingsdagen, dagverplegingen en polikliniekbezoeken
werkelijk
2010
segment A
werkelijk
2010
segment B
werkelijk
2010
totaal
werkelijk
2009
segment A
werkelijk
2009
segment B
werkelijk
2009
totaal
16.395
367
8.169
-
24.564
367
16.645
333
8.730
-
25.375
333
100.499
14.246
591
1.631
119
117.086
39.041
623
58
39.722
139.540
14.246
591
2.254
177
156.808
102.635
14.627
683
1.830
84
119.859
26.702
644
46
27.392
141.875
14.627
683
2.474
130
159.789
2.657
2.657
-
2.657
2.657
3.132
3.132
-
3.132
3.132
Aantal dagverplegingen
- aantal normale dagverplegingen
- aantal zware dagverplegingen,
totaal aantal dagverplegingen
20.383
1.448
21.831
11.717
4.227
15.944
32.100
5.675
37.775
18.849
1.388
20.237
9.101
5.159
14.260
27.950
6.547
34.497
Aantal polikliniekbezoeken
- aantal eerste polikliniekbezoeken
- aantal herhalingsbezoeken
totaal aantal polikliniekbezoeken
133.680
200.078
333.758
37.949
81.283
119.232
171.629
281.361
452.990
131.219
202.829
334.048
37.332
74.586
111.918
168.551
277.415
445.966
Aantal klinische opnamen
- waarvan opname neonatale IC
Aantal verpleegdagen, per klasse
- klasse 1
- klasse 2
- klasse 3
- PAAZ
- gezonde moeder/zuigeling
- verkeerd bed-patienten
- afwezigheiddagen
totaal aantal verpleegdagen
Aantal beademingsdagen
- beademingsdagen IC voor volwassenen
totaal beademingsdagen
5.3.2 Opgenomen patiënten en verpleegdagen per specialisme
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde / tandarts
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- IC
Totaal
Máxima Medisch Centrum
Opnamen
werkelijk
werkelijk
2010
2009
Verpleegdagen
werkelijk
werkelijk
2010
2009
2.891
969
2.748
1.856
57
35
4.262
1.389
2.338
392
91
3.066
367
2.354
1.074
11
620
44
-
2.683
1.018
3.960
1.673
78
14
4.298
1.563
2.226
406
110
3.021
333
2.159
1.048
14
722
49
-
22.880
5.798
14.632
13.080
469
94
25.769
5.567
12.936
1.033
199
11.959
4.483
9.443
8.741
259
1.252
99
3.869
22.121
5.802
16.530
12.377
730
54
25.965
6.800
12.832
1.129
260
11.401
4.419
9.094
9.353
312
1.543
127
4.313
24.564
25.375
142.562
145.162
155
5.3.3 Dagverplegingen en polikliniekbezoeken per specialisme
Dagverplegingen
werkelijk
werkelijk
2010
2009
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde / tandarts
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- Sportgeneeskunde
Totaal
1e polikliniekbezoek
werkelijk
werkelijk
2010
2009
Herhalingsbezoeken
werkelijk
werkelijk
2010
2009
7.823
4.201
1.995
1.023
985
2.101
2.779
1.228
1.874
851
190
4.192
813
1.037
20
2.402
4.244
17
-
7.039
3.711
769
796
911
1.756
2.844
1.147
2.031
807
210
3.677
774
1.101
39
2.413
4.454
18
-
14.082
6.730
13.543
6.042
5.196
1.107
22.787
7.411
17.135
4.777
5.598
10.892
354
6.033
7.675
462
14.496
11.919
14.278
1.112
-
13.304
6.609
12.770
6.059
5.557
1.024
22.791
7.386
17.238
4.298
5.547
10.536
670
5.464
8.619
475
13.509
11.503
14.227
965
-
27.434
13.365
13.793
10.473
12.136
1.861
38.653
18.939
26.247
10.592
6.849
26.144
40
6.925
8.433
441
18.132
16.290
17.614
1.959
5.041
26.207
13.116
12.606
10.392
12.392
1.745
38.171
18.973
27.419
9.323
6.213
25.823
171
6.996
9.267
433
17.583
15.793
18.451
1.975
4.366
37.775
34.497
171.629
168.551
281.361
277.415
Waarvan zware dagverplegingen
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Pulmonologie
- Cardiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Pediatrie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Neurologie
- Oogheelkunde
- Revalidatie
Totaal
Máxima Medisch Centrum
Zware dagverplegingen 2010
segment A
segment B
Totaal
Zware dagverplegingen 2009
segment A
segment B
Totaal
1
4
170
70
226
267
38
318
178
176
-
2
37
539
145
843
35
109
15
2.502
-
2
1
41
709
215
1.069
302
38
427
193
2.678
-
1
5
7
173
70
204
237
37
331
192
131
-
2
53
872
130
1.099
37
71
14
2.881
-
3
5
60
1.045
200
1.303
274
37
402
206
3.012
-
1.448
4.227
5.675
1.388
5.159
6.547
156
5.3.4 Ziekenhuispsychiatrie
conform GGZ -parameters
werkelijk
2010
werkelijk
2009
INTRAMURAAL
Verpleegdagen
- Verpleegdagen bekostigingscategorie 1.1
- Verpleegdagen bekostigingscategorie 1.2
- Verpleegdagen bekostigingscategorie 1.3
subtotaal verpleegdagen
- Afwezigheiddagen bekostigingscategorie 1.1
- Afwezigheiddagen bekostigingscategorie 1.2
- Afwezigheiddagen bekostigingscategorie 1.3
subtotaal afwezigheiddagen
Totaal verpleegdagen
Opname
- Eerste opname
- Heropname
Totaal opnamen
2
11.126
2.369
13.497
1
10.808
2.575
13.384
748
1
749
1.236
7
1.243
14.246
14.627
363
50
413
344
36
380
4
4
4
6
18
10
8
11
29
1.610
1.795
1.028
1.271
1
9.414
578
85
51
47
32
15.912
1.205
1.037
717
1.108
8.561
712
1
48
61
26
13.476
-
-
133
133
-
EXTRAMURAAL
Extramuraal kinderen en jeugd
- F151 Nieuwe inschrijving
- F152 Intakecontact
- F153 Onderzoekscontact
- F156 Behandeling/begeleidingscontact
Totaal extramuraal kinderen en jeugd
Extramuraal volwassenen
- F101 Nieuwe inschrijving
- F102 Intakecontact
- F103 Psychodiagn/neuropsychologisch onderzoek
- F104 Psychotherapiecontact
- F105 Groepscontact psychotherapie
- F106 Behandeling/begeleidingscontact
- F221 Telefonische behandelings / begeleidingscontact
- F107 Groepscontact behandeling begeleiding
- F108 Crisis binnen kantooruren
- F109 Crisis buiten kantooruren
- F110 Toeslag contact buiten instelling
Totaal extramuraal volwassenen
Deeltijd volwassenen en ouderen
- F473 Structuurbiedende deeltijdbeh. met beperkte begeleiding (4 - 6u)
Totaal deeltijd volwassenen en ouderen
Overige GGZ-prestaties
- F121 Psychiatrische intensieve thuiszorg
Totaal overige GGZ-prestaties
Máxima Medisch Centrum
157
5.3.5 Dialyse productie
werkelijk
2010
- Hemo Dialyse / Filtratie / Diafiltratie
- Hemo Dialyse / Filtratie / Dialfiltratie + EPO
Subtotaal Hemo Dialyse / Filtratie / Diafiltratie
werkelijk
2009
266
14.615
14.881
137
14.738
14.875
- Continue Ambulante Peritoneale Dialyse (CAPD)
- CAPD + Erythropoetine (EPO)
Subtotaal CAPD
216
1.530
1.746
99
2.180
2.279
- Chronic Cycling Peritoneal Dialysis (CCPD)
- CCPD + EPO
Subtotaal CCPD
756
3.346
4.102
271
3.950
4.221
Totaal CAPD/CCPD
5.848
6.500
Totaal Dialyse productie
20.729
21.375
- aantal dialyseweken
5.461
6.145
5.3.6 Opnamen en verpleegdagen per specialisme/DBC-segment
Verrichtingsjaar 2010
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- IC
Totaal
segment A
Opnamen - 2010
segment B
Totaal
Verpleegdagen - 2010
segment A
segment B
Totaal
2.691
884
1.590
1.383
20
16
3.209
577
1.428
269
91
756
367
2.335
532
7
204
36
-
200
85
1.158
473
37
19
1.053
812
910
123
2.310
19
542
4
416
8
-
2.891
969
2.748
1.856
57
35
4.262
1.389
2.338
392
91
3.066
367
2.354
1.074
11
620
44
-
20.983
5.013
9.360
12.085
196
59
20.055
2.285
7.525
769
199
1.995
4.483
9.368
4.001
69
456
70
3.869
1.897
785
5.272
995
273
35
5.714
3.282
5.411
264
9.964
75
4.740
190
796
29
-
22.880
5.798
14.632
13.080
469
94
25.769
5.567
12.936
1.033
199
11.959
4.483
9.443
8.741
259
1.252
99
3.869
16.395
8.169
24.564
102.840
39.722
142.562
Verrichtingsjaar 2009
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- IC
Totaal
Máxima Medisch Centrum
segment A
Opnamen - 2009
segment B
Totaal
Verpleegdagen - 2009
segment A
segment B
Totaal
2.548
922
2.206
1.300
28
10
3.179
693
1.366
303
110
716
333
2.115
483
8
292
33
-
135
96
1.754
373
50
4
1.119
870
860
103
2.305
44
565
6
430
16
-
2.683
1.018
3.960
1.673
78
14
4.298
1.563
2.226
406
110
3.021
333
2.159
1.048
14
722
49
-
21.084
4.995
10.526
11.652
231
48
20.427
3.009
7.615
875
260
1.935
4.419
8.882
4.054
123
687
98
4.312
1.037
807
6.004
725
499
6
5.538
3.791
5.217
254
9.466
212
5.299
189
856
29
1
22.121
5.802
16.530
12.377
730
54
25.965
6.800
12.832
1.129
260
11.401
4.419
9.094
9.353
312
1.543
127
4.313
16.645
8.730
25.375
105.232
39.930
145.162
158
5.3.7 Dagverpleging en 1e polikliniek bezoek per specialisme/DBC-segment
Verrichtingsjaar 2010
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- Sportgeneeskunde
Totaal
Dagverplegingen - 2010
segment A
segment B
Totaal
1e polikliniekbezoek - 2010
segment A
segment B
Totaal
5.454
2.933
898
1.010
89
722
2.008
786
975
738
190
2.117
813
764
16
668
1.633
17
-
2.369
1.268
1.097
13
896
1.379
771
442
899
113
2.075
273
4
1.734
2.611
-
7.823
4.201
1.995
1.023
985
2.101
2.779
1.228
1.874
851
190
4.192
813
1.037
20
2.402
4.244
17
-
11.730
5.304
5.860
5.356
3.092
534
20.208
6.036
15.767
4.053
5.598
6.985
354
6.001
5.147
312
10.937
8.727
10.567
1.112
-
2.352
1.426
7.683
686
2.104
573
2.579
1.375
1.368
724
3.907
32
2.528
150
3.559
3.192
3.711
-
14.082
6.730
13.543
6.042
5.196
1.107
22.787
7.411
17.135
4.777
5.598
10.892
354
6.033
7.675
462
14.496
11.919
14.278
1.112
-
21.831
15.944
37.775
133.680
37.949
171.629
Verrichtingsjaar 2009
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- Sportgeneeskunde
Totaal
Máxima Medisch Centrum
Dagverplegingen - 2009
segment A
segment B
Totaal
1e polikliniekbezoek - 2009
segment A
segment B
Totaal
5.345
2.773
247
780
79
896
1.782
774
879
658
210
2.037
774
831
20
644
1.490
18
-
1.694
938
522
16
832
860
1.062
373
1.152
149
1.640
270
19
1.769
2.964
-
7.039
3.711
769
796
911
1.756
2.844
1.147
2.031
807
210
3.677
774
1.101
39
2.413
4.454
18
-
11.037
5.296
6.272
5.526
3.220
528
20.178
6.031
15.637
3.532
5.547
6.828
670
5.395
5.592
331
10.498
8.204
9.932
965
-
2.267
1.313
6.498
533
2.337
496
2.613
1.355
1.601
766
3.708
69
3.027
144
3.011
3.299
4.295
-
13.304
6.609
12.770
6.059
5.557
1.024
22.791
7.386
17.238
4.298
5.547
10.536
670
5.464
8.619
475
13.509
11.503
14.227
965
-
20.237
14.260
34.497
131.219
37.332
168.551
159
5.3.8 Herhalingsbezoeken per specialisme/DBC-segment
Verrichtingsjaar 2010
Specialisme
segment A
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- Sportgeneeskunde
Totaal
segment B
Totaal
21.926
10.131
5.487
9.516
5.761
883
31.857
15.145
22.693
8.492
6.849
8.858
40
6.822
5.602
190
11.722
11.245
9.859
1.959
5.041
5.508
3.234
8.306
957
6.375
978
6.796
3.794
3.554
2.100
17.286
103
2.831
251
6.410
5.045
7.755
-
27.434
13.365
13.793
10.473
12.136
1.861
38.653
18.939
26.247
10.592
6.849
26.144
40
6.925
8.433
441
18.132
16.290
17.614
1.959
5.041
200.078
81.283
281.361
Verrichtingsjaar 2009
Specialisme
segment A
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Mondheelkunde
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Revalidatie
- Sportgeneeskunde
Totaal
segment B
Totaal
21.346
10.013
6.266
9.580
6.532
1.258
32.239
15.366
23.384
7.172
6.213
9.198
171
6.700
6.156
222
12.936
11.076
10.660
1.975
4.366
4.861
3.103
6.340
812
5.860
487
5.932
3.607
4.035
2.151
16.625
296
3.111
211
4.647
4.717
7.791
-
26.207
13.116
12.606
10.392
12.392
1.745
38.171
18.973
27.419
9.323
6.213
25.823
171
6.996
9.267
433
17.583
15.793
18.451
1.975
4.366
202.829
74.586
277.415
5.3.9 Geopende DBCs in 2010 per specialisme/DBC-segment
Specialisme
- Inwendige geneeskunde
- Maag-, darm- en lever
- Cardiologie
- Longziekten
- Reumatologie
- Anesthesiologie
- Chirurgie
- Urologie
- Orthopedie
- Plastische Chirurgie
- Gynaecologie
- Neonatologie
- Pediatrie
- Neurologie
- Neurochirurgie
- Dermatologie
- Keel-, neus- en oorheelkunde
- Oogheelkunde
- Radiologie
- Revalidatie
- Psychiatrie
Totaal
Máxima Medisch Centrum
segment A
segment B
Totaal geopend % B-segment
21.924
8.466
9.615
7.494
3.618
745
25.405
8.809
19.675
4.782
11.274
394
11.194
7.295
325
12.780
10.975
13.679
1.069
1.271
2.098
3.215
1.731
11.493
1.031
2.963
721
3.132
2.006
1.891
963
6.557
41
3.584
177
4.598
4.323
5.986
-
25.139
10.197
21.108
8.525
6.581
1.466
28.537
10.815
21.566
5.745
17.831
394
11.235
10.879
502
17.378
15.298
19.665
1.069
1.271
2.098
12,79%
16,98%
54,45%
12,09%
45,02%
49,18%
10,98%
18,55%
8,77%
16,76%
36,77%
0,00%
0,36%
32,94%
35,26%
26,46%
28,26%
30,44%
0,00%
0,00%
0,00%
182.887
54.412
237.299
22,93%
160
Máxima Medisch Centrum
Postbus 90052
5600 PD Eindhoven
telefoon (040) 888 91 40
[email protected]
www.mmc.nl